Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 10-05-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:3140, BRE - 21 _ 4791 en 21 _ 4792
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 10-05-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:3140, BRE - 21 _ 4791 en 21 _ 4792
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 10 mei 2023
- Datum publicatie
- 26 mei 2023
- Zaaknummer
- BRE - 21 _ 4791 en 21 _ 4792
- Relevante informatie
- Art. 6:22 Awb, Art. 10:3 Awb
Inhoudsindicatie
Schending mandaatverbod
Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Eindhoven
Belastingrecht
zaaknummers: BRE 21/4791 en 21/4792
[belanghebbende], uit [plaats], belanghebbende,
de inspecteur van de belastingdienst, de inspecteur.
Inleiding
1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank de beroepen van belanghebbende tegen de uitspraken op bezwaar van 14 oktober 2021.
De inspecteur heeft aan belanghebbende de volgende aanslagen en beschikkingen opgelegd:
- -
-
een navorderingsaanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) over het jaar 2016 naar een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 99.349, waarbij bij gelijktijdige beschikking € 304 belastingrente in rekening is gebracht;
- -
-
een navorderingsaanslag IB/PVV over het jaar 2017 naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 85.053, waarbij bij gelijktijdige beschikking € 928 belastingrente in rekening is gebracht.
De inspecteur heeft de bezwaren van belanghebbende tegen de navorderingsaanslagen IB/PVV 2016 en 2017 en de belastingrentebeschikkingen bij uitspraken op bezwaar van 14 oktober 2021 afgewezen.
De rechtbank heeft de beroepen op 29 maart 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: belanghebbende, de gemachtigde van belanghebbende, en namens de inspecteur, [inspecteur].
Feiten
Beoordeling door de rechtbank
Conclusie en gevolgen
Beslissing
Informatie over hoger beroep
Voetnoten
Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen, Berlijn 12 april 2012.
Vgl. Hoge Raad 8 februari 2002, ECLI:NL:HR:2002:AD9084 en Hoge Raad 16 februari 2007, ECLI:NL:HR:2007:AZ8572.
Artikel 1, eerste lid, onderdeel d, in samenhang met artikel 2, eerste lid, onderdeel d, van het Besluit.
Artikel 27h, derde lid en artikel 28, zevende lid AWR.