Home

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 25-05-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:3606, BRE - 22 _ 634

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 25-05-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:3606, BRE - 22 _ 634

Gegevens

Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum uitspraak
25 mei 2023
Datum publicatie
9 juni 2023
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2023:3606
Zaaknummer
BRE - 22 _ 634
Relevante informatie
Art. 44b Uitv reg IB 2001

Inhoudsindicatie

IB/PVV 2018, IACK

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Zittingsplaats Eindhoven

Belastingrecht

zaaknummer: BRE 22/634

[belanghebbende], uit [plaats 1] (België), belanghebbende,

(gemachtigde: [gemachtigde]),

en

de inspecteur van de belastingdienst, de inspecteur.

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van 7 januari 2022.

1.1.

De inspecteur heeft aan belanghebbende een aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) voor het jaar 2018 opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 54.091 en een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 4.018. Bij gelijktijdige beschikking heeft de inspecteur € 224 belastingrente in rekening gebracht (de belastingrentebeschikking).

1.2.

De inspecteur heeft het bezwaar van belanghebbende tegen de aanslag IB/PVV 2018 en de belastingrentebeschikking bij uitspraak op bezwaar van 7 januari 2022 afgewezen.

1.3.

De rechtbank heeft het beroep op 13 april 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: namens de inspecteur, [inspecteur] en [inspecteur]. De gemachtigde heeft zich voorafgaand aan de zitting afgemeld voor de zitting en de rechtbank verzocht om de zitting in zijn afwezigheid door te laten gaan.

Feiten

Artikel 1: Hoofdverblijf kind

Artikel 2: De omgang

Beoordeling door de rechtbank

Conclusie en gevolgen

Beslissing

Informatie over hoger beroep