Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 03-07-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:4581, 20/9765
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 03-07-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:4581, 20/9765
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 3 juli 2023
- Datum publicatie
- 6 juli 2023
- Zaaknummer
- 20/9765
- Relevante informatie
- Art. 37d Wet OB 1968, Art. 11 Uitv. besl. OB 1968, Art. 12 Uitv. besl. OB 1968, Art. 13 Uitv. besl. OB 1968
Inhoudsindicatie
Omzetbelasting.
De rechtbank is van oordeel dat belanghebbendes beroep op artikel 37d van de Wet OB niet in deze procedure aan de orde kan komen, omdat de levering waar dit beroep op ziet is gedaan door een andere vennootschap. De inspecteur heeft het te betalen bedrag aan omzetbelasting wegens herziening juist berekend; naar tijdsgelang uitgaande van het jaar van ingebruikname en de negen daarop volgende boekjaren.
Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Breda
Belastingrecht
zaaknummer: BRE 20/9765
[belanghebbende]., gevestigd te [plaats 1], belanghebbende
(gemachtigde: [gemachtigde]),
en
de inspecteur van de belastingdienst.
Inleiding
1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van 16 oktober 2020.
Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de voldoening op aangifte van omzetbelasting over het vierde kwartaal van 2019.
De inspecteur heeft het bezwaar van belanghebbende ongegrond verklaard.
De rechtbank heeft het beroep op 21 april 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: de gemachtigde van belanghebbende en namens de inspecteur, [inspecteur], [inspecteur], [inspecteur] en [inspecteur].