Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 10-07-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:4859, BRE 19/5392
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 10-07-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:4859, BRE 19/5392
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 10 juli 2023
- Datum publicatie
- 14 juli 2023
- Zaaknummer
- BRE 19/5392
- Relevante informatie
- Art. 3.92 Wet IB 2001, Art. 4.36 Wet IB 2001, Art. 36 Iw 1990
Inhoudsindicatie
IB/PVV. Inkomen uit aanmerkelijk belang. Verkrijgingsprijs na geruisloze inbreng.
Belanghebbende heeft zijn (privé)onderneming geruisloos ingebracht in een BV. In geschil is de hoogte van de verkrijgingsprijs van de aandelen. De rechtbank verwerpt het standpunt van belanghebbende dat hij erop mocht vertrouwen dat een verkrijgingsprijs van € 192.000 tijdens het boekenonderzoek bij de BV is geaccepteerd. De inspecteur maakt met zijn berekening aannemelijk dat de verkrijgingsprijs negatief € 81.340 is als gevolg van de geruisloze inbreng. Ook de overige standpunten van belanghebbende leiden niet tot een hogere verkrijgingsprijs. Beroep ongegrond
Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Breda
Belastingrecht
zaaknummer: BRE 19/5392
[belanghebbende], uit [plaats], belanghebbende,
(gemachtigde: [gemachtigde]),
en
de inspecteur van de Belastingdienst, de inspecteur,
en