Home

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 25-07-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:5190, BRE - 21 _ 3611

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 25-07-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:5190, BRE - 21 _ 3611

Gegevens

Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum uitspraak
25 juli 2023
Datum publicatie
4 augustus 2023
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2023:5190
Zaaknummer
BRE - 21 _ 3611
Relevante informatie
Art. 45 VWEU

Inhoudsindicatie

IB/PVV 2020, belastbaarheid Duits ouderdomspensioen in Nederland

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Zittingsplaats Breda

Belastingrecht

zaaknummer: BRE 21/3611

[belanghebbende] , uit [plaats] , belanghebbende

(gemachtigde: mr. A.L. Faber),

en

De inspecteur van de belastingdienst.

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van 14 juli 2021.

1.1.

Met dagtekening 11 juni 2021 is aan belanghebbende een aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (hierna: IB/PVV) 2020 opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 50.755 ( [aanslagnummer] H.06.01).

1.2.

De inspecteur heeft het bezwaar van belanghebbende ongegrond verklaard en heeft daarbij de aanslag gehandhaafd.

1.3.

De inspecteur heeft op het beroep gereageerd met een verweerschrift.

1.4.

Met dagtekening 4 april 2023 heeft de gemachtigde van belanghebbende het beroepschrift aangevuld. Bij brief van 17 juni 2023 heeft de gemachtigde de beroepsgronden uitgebreid met een subsidiair standpunt.

1.5.

De inspecteur heeft op het subsidiaire standpunt bij brief van 20 juni 2023 gereageerd.

1.6.

De rechtbank heeft het beroep op 28 juni 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: belanghebbende, de gemachtigde van belanghebbende mr. A.L. Faber, en namens de inspecteur [naam 1] en [naam 2] .

Beoordeling door de rechtbank

Feiten

Motivering

Conclusie en gevolgen

Beslissing