Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 02-10-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:6776, 21/2866 en 22/2415
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 02-10-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:6776, 21/2866 en 22/2415
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 2 oktober 2023
- Datum publicatie
- 20 oktober 2023
- Zaaknummer
- 21/2866 en 22/2415
- Relevante informatie
- Art. 4.13 Wet IB 2001, Art. 16 AWR
Inhoudsindicatie
AB-winst; prijsgeven lening door BV.
Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Breda
Belastingrecht
zaaknummers: BRE 21/2866 en 22/2415
[belanghebbende] , uit [plaats] (Spanje), belanghebbende,
(gemachtigde: drs. J. van Leeuwaarden),
en
de inspecteur van de belastingdienst, de inspecteur.
Inleiding
1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank de beroepen van belanghebbende tegen de uitspraken op bezwaar van de inspecteur van 4 juni 2021 en 30 maart 2022.
De inspecteur heeft aan belanghebbende voor de jaren 2012 en 2014 een navorderingsaanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) opgelegd. Gelijktijdig met de vaststelling van de navorderingsaanslagen heeft de inspecteur belastingrente in rekening gebracht (de belastingrentebeschikkingen) en voor het jaar 2012 een vergrijpboete opgelegd (de boetebeschikking).
De inspecteur heeft de bezwaren van belanghebbende ongegrond verklaard.
De rechtbank heeft de beroepen op 30 augustus 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: de gemachtigde van belanghebbende en, namens de inspecteur, mr. [inspecteur 1] , [inspecteur 2] .