Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 28-11-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:8219, 22/767
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 28-11-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:8219, 22/767
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 28 november 2023
- Datum publicatie
- 11 december 2023
- Zaaknummer
- 22/767
- Relevante informatie
- Art. 3.101 Wet IB 2001, Art. 3.108 Wet IB 2001
Inhoudsindicatie
Art. 3.108 Wet IB 2001; aftrekbaarheid kosten periodieke uitkering.
Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Eindhoven
Belastingrecht
zaaknummer: BRE 22/767
[belanghebbende] , uit [plaats 1] , belanghebbende
en
de inspecteur van de belastingdienst, de inspecteur.
Inleiding
1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van 30 december 2021.
De inspecteur heeft aan belanghebbende voor het jaar 2017 een aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) opgelegd met [aanslagnummer] .H.76.01 (de aanslag). Gelijktijdig met de vaststelling van de aanslag heeft de inspecteur belastingrente in rekening gebracht (de belastingrentebeschikking).
De inspecteur heeft het bezwaar van belanghebbende gegrond verklaard en de aanslag en de belastingrentebeschikking verminderd..
De rechtbank heeft het beroep op 17 oktober 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: belanghebbende en namens de inspecteur, [inspecteur] .