Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 30-11-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:8322, BRE 22/4765
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 30-11-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:8322, BRE 22/4765
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 30 november 2023
- Datum publicatie
- 11 december 2023
- Zaaknummer
- BRE 22/4765
- Relevante informatie
- Art. 18 Verdrag Nederland – België, Art. 29 Verdrag Nederland – België
Inhoudsindicatie
Inkomstenbelasting / belastingverdarg met België
Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Breda
Belastingrecht
zaaknummer: BRE 22/4765
ir. [belanghebbende] , uit [plaats] , belanghebbende
en
de inspecteur van de Belastingdienst, de inspecteur.
Inleiding
1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van 2 september 2022.
De inspecteur heeft aan belanghebbende voor het jaar 2018 een aanslag inkomstenbelasting (IB) opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 55.002 en een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 110.
De inspecteur heeft het bezwaar van belanghebbende afgewezen.
De inspecteur heeft op het beroep gereageerd met een verweerschrift.
De rechtbank heeft het beroep op 19 oktober 2023 op zitting behandeld. Hieraan heeft namens de inspecteur mr. [inspecteur] deelgenomen. Belanghebbende is, met bericht aan de rechtbank, niet verschenen. Van het verhandelde ter zitting is geen proces-verbaal opgemaakt aangezien geen inhoudelijke behandeling heeft plaatsgevonden.