Home

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 07-12-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:8587, BRE 23_804

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 07-12-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:8587, BRE 23_804

Gegevens

Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum uitspraak
7 december 2023
Datum publicatie
22 januari 2024
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2023:8587
Zaaknummer
BRE 23_804
Relevante informatie
Art. 9.6 Wet IB 2001, Art. 45aa Uitv reg IB 2001, Art. 4:17 Awb

Inhoudsindicatie

IB/PVV. ambtshalve vermindering en dwangsom. Kerstarrest. wel recht op dwangsom. geen recht op ambtshalve vermindering. geen schending gelijkheidsbeginsel.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Zittingsplaats Breda

Belastingrecht

zaaknummer: BRE 23/804

[belanghebbende] , uit [plaats] , belanghebbende

(gemachtigde: [gemachtigde] ),

en

de inspecteur van de Belastingdienst, de inspecteur.

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van 10 januari 2023.

1.1.

De inspecteur heeft aan belanghebbende voor het jaar 2017 een definitieve aanslag in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV, de aanslag) opgelegd. Op 28 januari 2022 heeft belanghebbende verzocht om ambtshalve vermindering van de aanslag. Dit verzoek heeft de inspecteur afgewezen.

1.2.

Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de afwijzing van haar verzoek.

1.3.

Op 25 november 2022 heeft de inspecteur een ingebrekestelling ontvangen.

1.4.

De inspecteur heeft het bezwaar op 10 januari 2023 afgewezen. Hij heeft geen dwangsombeschikking afgegeven.

1.5.

Belanghebbende heeft beroep ingesteld omdat de inspecteur volgens haar ten onrechte geen dwangsom heeft toegekend en omdat hij haar verzoek om ambtshalve vermindering ten onrechte heeft afgewezen.

1.6.

Met toestemming van partijen heeft de rechtbank de zaak zonder mondeling behandeling afgedaan.

Beoordeling door de rechtbank

Feiten

Motivering

Conclusie en gevolgen

Beslissing

Bent u het niet eens met deze uitspraak?