Home

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 21-12-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:8997, 22/4578 en 22/4580

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 21-12-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:8997, 22/4578 en 22/4580

Gegevens

Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum uitspraak
21 december 2023
Datum publicatie
5 januari 2024
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2023:8997
Zaaknummer
22/4578 en 22/4580
Relevante informatie
Art. 3.54 Wet IB 2001, Art. 8 Wet Vpb 1969, Art. 15e Wet Vpb 1969, Art. 16 AWR

Inhoudsindicatie

Herinvesteringsreserve. Objectvrijstelling. Berekening voorkomingswinst. Belastingrente.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Zittingsplaats Breda

Belastingrecht

zaaknummers: BRE 22/4578 en 22/4580

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 21 december 2023 in de zaak tussen

[belanghebbende] , statutair gevestigd te [plaats] , belanghebbende,

(gemachtigde: [gemachtigde] ),

en

de inspecteur van de belastingdienst, de inspecteur.

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank de beroepen van belanghebbende tegen de uitspraken op bezwaar van de inspecteur van 18 augustus 2022.

1.1.

De inspecteur heeft aan belanghebbende voor het boekjaar 1 juli 2014 tot en met 30 juni 2015 een navorderingsaanslag in de vennootschapsbelasting (Vpb) opgelegd naar een belastbaar bedrag van € 39.288 (de navorderingsaanslag 2014/2015). Gelijktijdig met de vaststelling van de aanslag heeft de inspecteur belanghebbende € 2.953 belastingrente in rekening gebracht (de belastingrentebeschikking 2014/2015).

1.2.

Over het boekjaar van 1 juli 2015 tot en met 30 juni 2016 heeft de inspecteur een navorderingsaanslag Vpb opgelegd naar een belastbaar bedrag van € 467.389 (de navorderingsaanslag 2015/2016). Gelijktijdig met de vaststelling van de aanslag heeft de inspecteur belanghebbende € 31.736 belastingrente in rekening gebracht (de belastingrentebeschikking 2014/2015).

1.3.

De inspecteur heeft de bezwaren van belanghebbende ongegrond verklaard. De inspecteur heeft daarbij de navorderingsaanslag gehandhaafd.

1.4.

De rechtbank heeft de beroepen op 9 november 2023 op zitting behandeld. Hieraan heeft namens belanghebbende zijn gemachtigde deelgenomen. Namens de inspecteur hebben mr. [inspecteur 1] en mr. [inspecteur 2] deelgenomen.

Beoordeling door de rechtbank

Feiten

Motivering

Conclusie en gevolgen

Beslissing

Informatie over hoger beroep