Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 18-01-2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:214, BRE - 23 _ 1332
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 18-01-2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:214, BRE - 23 _ 1332
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 18 januari 2024
- Datum publicatie
- 2 februari 2024
- Annotator
- Zaaknummer
- BRE - 23 _ 1332
- Relevante informatie
- Art. 4.12 Wet IB 2001, Art. 17 Wet Vpb 1969, Art. 16 AWR
Inhoudsindicatie
Navorderingsaanslag vennootschapsbelasting 2014. Artikel 17, derde lid, aanhef en onderdeel b, van de Wet Vpb.
Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Breda
Belastingrecht
zaaknummer: BRE 23/1332
uitspraak van de meervoudige kamer van 18 januari 2023 in de zaak tussen
[belanghebbende] B.V. (rechtsopvolger van [SA 1] ), gevestigd te [plaats] , belanghebbende,
(gemachtigde: [gemachtigde] ),
en
de inspecteur van de belastingdienst, de inspecteur.
Inleiding
1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van 11 januari 2023.
De inspecteur heeft aan [SA 1] een navorderingaanslag vennootschapsbelasting over het jaar 2014 opgelegd naar een belastbare winst van € 19.000.000. Gelijktijdig met het vaststellen van de aanslag heeft de inspecteur bij beschikking een bedrag van € 171.277 aan belastingrente in rekening gebracht (de belastingrentebeschikking).
De inspecteur heeft het bezwaar van belanghebbende tegen de navorderingsaanslag en de belastingrentebeschikking bij uitspraak op bezwaar afgewezen.
De rechtbank heeft het beroep op 7 december 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: namens belanghebbende [naam 1] , de gemachtigde ter bijstand vergezeld door [naam 2] en prof. dr. [naam 3] , en namens de inspecteur drs. [inspecteur 1] , drs. [inspecteur 2] en mr. [inspecteur 3] . Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat met deze uitspraak wordt meegezonden.