Home

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 15-04-2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:2455, BRE 23/2613

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 15-04-2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:2455, BRE 23/2613

Gegevens

Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum uitspraak
15 april 2024
Datum publicatie
24 april 2024
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2024:2455
Zaaknummer
BRE 23/2613
Relevante informatie
Art. 16 AWR

Inhoudsindicatie

Kenbare fout (art. 16-2- aanhef en onderdeel c AWR); overgangsregeling pensioenartikel Verdrag Nederland/Duitsland.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Zittingsplaats Breda

Belastingrecht

zaaknummer: BRE 23/2613

[belanghebbende] , uit [plaats] (Duitsland), belanghebbende

(gemachtigde: [naam] ),

en

de inspecteur van de belastingdienst, de inspecteur.

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van [belanghebbende] (mevrouw) tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van 21 maart 2023. Mevrouw is belanghebbende in deze zaak.

1.1.

De inspecteur heeft aan mevrouw voor het jaar 2019 een navorderingsaanslag inkomstenbelasting (IB) opgelegd met aanslagnummer [aanslagnummer] H.97.01 (navorderingsaanslag). Op deze navorderingsaanslag staat ook dat mevrouw belastingrente moet betalen (belastingrentebeschikking). Mevrouw heeft tegen de navorderingsaanslag en de belastingrentebeschikking bezwaar gemaakt.

1.2.

De inspecteur heeft mevrouw in bezwaar geen gelijk gegeven. De navorderingsaanslag en de belastingrentebeschikking zijn daarom hetzelfde gebleven.

1.3.

De rechtbank heeft het beroep op 28 maart 2024 op zitting behandeld. Namens de inspecteur waren mr. [inspecteur 1] en mr. [inspecteur 2] aanwezig op de zitting. Mevrouw en haar gemachtigde hebben zich afgemeld voor de zitting.

Welke vragen liggen ter beoordeling voor aan de rechtbank?

Waarover gaat deze rechtszaak?

Hoe komt de rechtbank tot haar beslissing?

Wat heeft dat voor gevolgen?

Beslissing

Informatie over hoger beroep