Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 19-04-2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:2587, 23/2428
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 19-04-2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:2587, 23/2428
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 19 april 2024
- Datum publicatie
- 25 april 2024
- Zaaknummer
- 23/2428
- Relevante informatie
- Art. 3.120a Wet IB 2001
Inhoudsindicatie
Artikel 3.120a Wet IB 2001
Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Breda
Belastingrecht
zaaknummer: BRE 23/2428
[belanghebbende] , uit [plaats] , belanghebbende
(gemachtigde: [naam] )
en
de inspecteur van de Belastingdienst, de inspecteur.
Inleiding
1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van 7 maart 2023.
De inspecteur heeft aan belanghebbende voor het jaar 2019 een aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 51.489 (de aanslag).
De inspecteur heeft het bezwaar van belanghebbende ongegrond verklaard.
De inspecteur heeft op het beroep gereageerd met een verweerschrift.
De rechtbank heeft het beroep op 20 maart 2024 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: belanghebbende, de gemachtigde van belanghebbende en namens de inspecteur, mr. drs. [inspecteur 1] en mr. [inspecteur 2] .