Home

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 06-05-2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:2948, 23/2252

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 06-05-2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:2948, 23/2252

Gegevens

Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum uitspraak
6 mei 2024
Datum publicatie
14 mei 2024
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2024:2948
Zaaknummer
23/2252
Relevante informatie
Art. 9 AWR, Art. 67a AWR, Art. 30fc AWR

Inhoudsindicatie

Verzuimboete

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Zittingsplaats Breda

Belastingrecht

zaaknummer: BRE 23/2252

[belanghebbende] , uit [plaats] (Spanje), belanghebbende,

(gemachtigde: [gemachtigde] ),

en

de inspecteur van de belastingdienst, de inspecteur.

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van 7 maart 2023.

1.1.

De inspecteur heeft aan belanghebbende over het jaar 2019 een aanslag in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) opgelegd naar een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 919 (de aanslag). Gelijktijdig met de vaststelling van de aanslag heeft de inspecteur een verzuimboete van € 2.757 opgelegd (de verzuimboete) en € 24 aan belastingrente in rekening gebracht (de belastingrentebeschikking).

1.2.

De inspecteur heeft het bezwaar van belanghebbende ongegrond verklaard.

1.3.

Belanghebbende heeft verzocht om de zaak zonder zitting te behandelen. De rechtbank heeft een zitting noodzakelijk geacht en het verzoek daarom afgewezen.

1.4.

De rechtbank heeft het beroep op 28 maart 2024 op zitting behandeld. Namens de inspecteur heeft mr. [inspecteur] deelgenomen. Belanghebbende en gemachtigde zijn niet verschenen. Gemachtigde heeft bij brief met dagtekening 22 maart 2024 met als onderwerp ‘Zitting 28 maart 2024’ de rechtbank namens belanghebbende verzocht om de zaak af te doen op basis van de stukken aangezien er voldoende informatie gedeeld is. De rechtbank leidt uit het onderwerp van deze brief af dat belanghebbende en gemachtigde op de hoogte waren van de zitting en stelt daarmee vast dat belanghebbende correct en op de juiste wijze voor de zitting is uitgenodigd.

1.5.

Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat met deze uitspraak wordt meegezonden.

Beoordeling door de rechtbank

Feiten

Motivering

Conclusie en gevolgen

Beslissing

Informatie over hoger beroep