Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 23-01-2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:331, BRW 22/5820
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 23-01-2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:331, BRW 22/5820
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 23 januari 2024
- Datum publicatie
- 29 januari 2024
- Zaaknummer
- BRW 22/5820
- Relevante informatie
- Art. 27a Iw 1990, Art. 29 Iw 1990
Inhoudsindicatie
Geen recht op aanvullende betalingskorting na herstel; beroep op vertrouwensbeginsel slaagt niet.
Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Breda
Belastingrecht
zaaknummer: BRE 22/5820
[belanghebbende] , uit [plaats] , belanghebbende,
(gemachtigde: mr. M.B.Ph. Geeraedts),
en
de ontvanger van de Belastingdienst, de ontvanger.
Inleiding
1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de ontvanger van 4 november 2022.
De ontvanger heeft aan belanghebbende, bij de betaling van de voorlopige aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) voor het jaar 2020 met een te betalen bedrag van € 42.821, een betalingskorting van in totaal € 445 toegekend (de betalingskorting).
Belanghebbende heeft beroep ingesteld tegen de kennelijk niet-ontvankelijk verklaring van zijn bezwaar tegen de vaststelling van de betalingskorting.
De ontvanger heeft daarna het bezwaar van belanghebbende, met inachtneming van de uitspraak van de rechtbank1, alsnog ontvankelijk verklaard. Vervolgens heeft de ontvanger het bezwaar ongegrond verklaard.
De rechtbank heeft het beroep op 12 december 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: belanghebbende en zijn gemachtigde en namens de ontvanger, [naam 1] en [naam 2] .