Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 29-05-2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:3525, BRE 21/2204
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 29-05-2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:3525, BRE 21/2204
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 29 mei 2024
- Datum publicatie
- 30 mei 2024
- Zaaknummer
- BRE 21/2204
- Relevante informatie
- Art. 7 Wet OB 1968, Art. 11 lid 1 onderdeel c Wet OB 1968, Art. 7:462 BW
Inhoudsindicatie
Omzetbelasting; doorbelasting kosten aansprakelijkheidsverzekering.
Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Breda
Belastingrecht
zaaknummer: BRE 21/2204
uitspraak van de meervoudige kamer van 29 mei 2024 in de zaak tussen
[belanghebbende]
, gevestigd in [plaats] , belanghebbende,
en
de inspecteur van de belastingdienst, de inspecteur.
Inleiding
1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van 16 april 2021.
Belanghebbende heeft aangifte omzetbelasting gedaan over het tijdvak juni 2020 ( [aangiftenummer] ). Zij heeft de volgens de aangifte verschuldigde belasting van € 51.156 op aangifte voldaan en daartegen tijdig bezwaar gemaakt.
De inspecteur heeft het bezwaar van belanghebbende ongegrond verklaard. Belanghebbende heeft daartegen beroep ingesteld. Het beroep strekt tot teruggaaf van € 42.885 omzetbelasting.
De inspecteur heeft op het beroep gereageerd met een verweerschrift.
De gemachtigde heeft een nader stuk en een tiendagenstuk ingediend. Deze stukken zijn in afschrift aan de inspecteur verstrekt. Ter zitting heeft de inspecteur een pleitnota voorgedragen.
De rechtbank heeft het beroep op 14 maart 2024 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: namens belanghebbende, [naam 1] , als gemachtigden, mr. F.M. Soetens, mr. M.L. Al-Saady, [naam 2] en mr. F.J. Manzoni en namens de inspecteur, mr. [inspecteur 1] en dr. [inspecteur 2] .