Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 25-01-2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:435, BRE - 22 _ 4895 en 24 _ 950
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 25-01-2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:435, BRE - 22 _ 4895 en 24 _ 950
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 25 januari 2024
- Datum publicatie
- 5 februari 2024
- Zaaknummer
- BRE - 22 _ 4895 en 24 _ 950
- Relevante informatie
- Art. 15, lid 1, onderdeel e, WBRV, Art. 2 WBRV, Art. 9 WBRV, Art. 52 WBRV, Art. 67c AWR, Art. 6:7 Awb
Inhoudsindicatie
Naheffingsaanslag overdrachtsbelasting
Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Breda
Belastingrecht
zaaknummers: BRE 22/4895 en 24/950
[belanghebbende] B.V., gevestigd te [plaats] , belanghebbende,
(gemachtigde: [gemachtigde] ),
en
de inspecteur van de belastingdienst, de inspecteur.
Inleiding
1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank de beroepen van belanghebbende tegen de uitspraken op bezwaar van de inspecteur van 16 september 2022.
De inspecteur heeft aan belanghebbende een naheffingsaanslag overdrachtsbelasting opgelegd van € 420.000. Bij gelijktijdige beschikking heeft de inspecteur een verzuimboete van € 5.278 aan belanghebbende opgelegd (de boetebeschikking). Verder heeft de inspecteur bij beschikking belastingrente aan belanghebbende in rekening gebracht van € 66.034 (de belastingrentebeschikking).
De inspecteur heeft het bezwaar van belanghebbende tegen de naheffingsaanslag en de boetebeschikking bij uitspraak op bezwaar afgewezen. Bij afzonderlijke uitspraak op bezwaar heeft de inspecteur ook het bezwaar van belanghebbende tegen de belastingrentebeschikking afgewezen.
De rechtbank heeft de beroepen op 30 november 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: namens belanghebbende haar bestuurder [naam 1] , de gemachtigde, en namens de inspecteur mr. [inspecteur 1] , mr. drs. [inspecteur 2] en mr. [inspecteur 3] .