Home

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 07-08-2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:5463, BRE - 23 _ 3367, 23 _ 3368, 24 _ 5907 en 24 _ 5908

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 07-08-2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:5463, BRE - 23 _ 3367, 23 _ 3368, 24 _ 5907 en 24 _ 5908

Gegevens

Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum uitspraak
7 augustus 2024
Datum publicatie
16 augustus 2024
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2024:5463
Zaaknummer
BRE - 23 _ 3367, 23 _ 3368, 24 _ 5907 en 24 _ 5908
Relevante informatie
Art. 3.90 Wet IB 2001, Art. 3.94 Wet IB 2001, Art. 3.95 Wet IB 2001, Art. 27e AWR, Art. 67e AWR

Inhoudsindicatie

IB/PVV en Zvw 2019 en 2020, ROW

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Zittingsplaats Breda

Belastingrecht

zaaknummers: BRE 23/3367, 23/3368, 24/5907 en 24/5908

[belanghebbende] , uit [plaats] , belanghebbende,

(gemachtigde: [gemachtigde] ),

en

de inspecteur van de belastingdienst, de inspecteur.

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank de beroepen van belanghebbende tegen de uitspraken op bezwaar van de inspecteur van 15 mei 2023 en 27 mei 2023.

1.1.

De inspecteur heeft aan belanghebbende de volgende aanslagen en beschikkingen vastgesteld:

-

over het jaar 2019 een navorderingsaanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 24.897, en gelijktijdig beschikkingen waarbij een boete is opgelegd van € 934 en belastingrente in rekening is gebracht van € 173 (zaaknummer 23/3367);

-

over het jaar 2019 een navorderingsaanslag inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet (Zvw) naar een bijdrage-inkomen van € 5.473, en gelijktijdig een beschikking waarbij belastingrente in rekening is gebracht van € 28;

-

over het jaar 2020 een navorderingsaanslag IB/PVV naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 32.239, en gelijktijdig beschikkingen waarbij een boete is opgelegd van € 1.891 en belastingrente in rekening is gebracht van € 237 (zaaknummer 23/3368);

-

over het jaar 2020 een navorderingsaanslag Zvw naar een bijdrage-inkomen van € 9.145, en gelijktijdig een beschikking waarbij belastingrente in rekening is gebracht van € 31.

1.2.

De inspecteur heeft de bezwaren van belanghebbende tegen de navorderingsaanslagen IB/PVV en Zvw 2020 gegrond verklaard. De inspecteur heeft bij uitspraken op bezwaar het bij de navorderingsaanslag IB/PVV 2020 vastgestelde belastbaar inkomen uit werk en woning verminderd tot € 28.567 en het bij de navorderingsaanslag Zvw 2020 vastgestelde bijdrage-inkomen verminderd tot € 5.473. De bijbehorende belastingrentebeschikkingen zijn dienovereenkomstig verminderd. Daarnaast heeft de inspecteur de bezwaren van belanghebbende tegen de boetebeschikkingen bij de navorderingsaanslagen IB/PVV 2019 en 2020 gegrond verklaard en de boeten vernietigd. Verder heeft de inspecteur de bezwaren tegen de navorderingsaanslagen IB/PVV en Zvw 2019 en de bijbehorende belastingrentebeschikkingen afgewezen. De inspecteur heeft gelijktijdig met de uitspraak op bezwaar een kostenvergoeding aan belanghebbende toegekend van € 296.

1.3.

De rechtbank heeft de beroepen op 26 juni 2024 op zitting behandeld. De zaken van belanghebbende zijn gezamenlijk behandeld met de zaken met nummers 23/3168, 23/3169 en 23/3170 van [naam 1] , de zaak met nummer 23/3186 van [naam 2] , de zaken met nummers 23/3184 en 23/3185 van [b.v. 1] en de zaken met nummers 23/3369 en 23/3370 van [naam 3] . Aan de zitting hebben deelgenomen: de gemachtigde en namens de inspecteur, mr. [inspecteur 1] , drs. [inspecteur 2] , mr. [inspecteur 3] en [inspecteur 4] .

1.4.

De rechtbank heeft, na sluiting van het onderzoek ter zitting, het onderzoek heropend en een kopie van de navorderingsaanslagen Zvw 2019 en 2020 bij de inspecteur opgevraagd omdat hoewel partijen zich hebben uitgelaten over de inhoud daarvan, de rechtbank nog niet beschikte over een (integraal) kopie van de aanslagbiljetten zelf . De rechtbank heeft de stukken ontvangen op 5 augustus 2024. Een afschrift van de stukken is aan belanghebbende doorgezonden. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien om de uitspraak nog nader aan te houden (zie 4). De rechtbank sluit daarom vandaag het onderzoek en doet schriftelijk uitspraak.

Beoordeling door de rechtbank

Feiten

Motivering

Conclusie en gevolgen

Beslissing

Informatie over hoger beroep