Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 05-09-2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:6204, BRE 23/1319, 23/1320, 23/839, 23/841, 23/842, 23/2799, 23/2800 en 23/2801
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 05-09-2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:6204, BRE 23/1319, 23/1320, 23/839, 23/841, 23/842, 23/2799, 23/2800 en 23/2801
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 5 september 2024
- Datum publicatie
- 12 september 2024
- Zaaknummer
- BRE 23/1319, 23/1320, 23/839, 23/841, 23/842, 23/2799, 23/2800 en 23/2801
Inhoudsindicatie
Winstuitdeling door BV, inkomsten uit aanmerkelijk belang en inkomsten uit sparen en beleggen, lager werkelijk rendement box 3 niet aannemelijk gemaakt, vergrijpboetes terecht opgelegd.
Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Breda
Belastingrecht
zaaknummers: BRE 23/1319, 23/1320, 23/839, 23/841, 23/842, 23/2799, 23/2800 en 23/2801
[belanghebbende] , uit [plaats 1] , belanghebbende
(gemachtigde: mr. P.A. Caljé),
en
de inspecteur van de Belastingdienst, de inspecteur.
Inleiding
1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank de beroepen van belanghebbende tegen de uitspraken op bezwaar van de inspecteur van 24 januari 2023, 17 februari 2023 en 2 mei 2023. In die uitspraken heeft de inspecteur beslist op de bezwaren van belanghebbende tegen de aan hem opgelegde navorderingsaanslagen inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) over de jaren 2007 tot en met 2009, en 2015 tot en met 2018, en de aanslag IB/PVV voor het jaar 2019, en de daarbij opgelegde vergrijpboetes.
De rechtbank heeft de beroepen op 25 juli 2024 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: belanghebbende, bijgestaan door zijn echtgenote en zijn gemachtigde, en namens de inspecteur: [inspecteur 1] en [inspecteur 2] .