Home

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 07-02-2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:653, 22/2460

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 07-02-2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:653, 22/2460

Gegevens

Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum uitspraak
7 februari 2024
Datum publicatie
23 februari 2024
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2024:653
Zaaknummer
22/2460
Relevante informatie
Art. 4.12 Wet IB 2001

Inhoudsindicatie

22/2460 en 22/2466. Inkomstenbelasting / aanmerkelijk belang, verkapte winstuitdeling. Een BV kocht een nieuwe woning voor de dga, die woonde in de bedrijfswoning bij de veehouderij. De nieuwe woning werd ingrijpend verbouwd, aan de dga verhuurd en daarna (voor minder dan de kostprijs) aan de dga verkocht. Daarna ging de dochter van de dga in de bedrijfswoning wonen. Volgens de rechtbank deed de BV tot het bedrag van de verbouwingskosten een uitdeling aan de dga in het jaar waarin die kosten werden gemaakt omdat de kosten alleen werden gemaakt te bevrediging van de persoonlijke behoefte van de dga en zij dat in een zakelijke verhouding niet zou hebben gedaan. De BV had geen zakelijk belang, ook al wilde de dga de bedrijfswoning alleen verlaten als er vervangende woonruimte kwam.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Zittingsplaats Breda

Belastingrecht

zaaknummers: BRE 22/2460 en 22/2466

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 7 februari 2024 in de zaken tussen

[belanghebbende 1] (belanghebbende 1), en

[belanghebbende 2] (belanghebbende 2),

beiden uit [plaats] , belanghebbenden

(gemachtigde: mr. W.M.J. Saes),

en

de inspecteur van de belastingdienst, de inspecteur.

Inleiding

Beoordeling door de rechtbank

Feiten

Motivering

Conclusie en gevolgen

Beslissing

Informatie over hoger beroep