Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 03-01-2025, ECLI:NL:RBZWB:2025:10, 24/2592
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 03-01-2025, ECLI:NL:RBZWB:2025:10, 24/2592
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 3 januari 2025
- Datum publicatie
- 8 januari 2025
- Annotator
- Zaaknummer
- 24/2592
- Relevante informatie
- Art. 3.101 Wet IB 2001, Art. 3.146 Wet IB 2001
Inhoudsindicatie
IB/PVV, Nabetaling werkloosheidsuitkering
Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Breda
Belastingrecht
zaaknummer: BRE 24/2592
[belanghebbende], uit [plaats], belanghebbende
(gemachtigde: [gemachtigde]),
en
de inspecteur van de belastingdienst, de inspecteur.
Inleiding
1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van 26 januari 2024.
De inspecteur heeft aan belanghebbende voor het jaar 2020 een aanslag in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 70.971. Bij gelijktijdige beschikking is € 243 aan belastingrente in rekening gebracht.
De inspecteur heeft het bezwaar van belanghebbende ongegrond verklaard. De inspecteur heeft daarbij de aanslag en de belastingrentebeschikking gehandhaafd.
De inspecteur heeft op het beroep gereageerd met een verweerschrift.
De rechtbank heeft het beroep op 22 november 2024 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: de gemachtigde van belanghebbende en namens de inspecteur mr. [inspecteur 1] en mr. [inspecteur 2].