Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 09-01-2025, ECLI:NL:RBZWB:2025:117, 23/9532
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 09-01-2025, ECLI:NL:RBZWB:2025:117, 23/9532
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 9 januari 2025
- Datum publicatie
- 16 januari 2025
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:RBZWB:2025:117
- Zaaknummer
- 23/9532
Inhoudsindicatie
Premie AWf. Schriftelijke vastlegging arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Beroep ongegrond.
Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Breda
Belastingrecht
zaaknummer: BRE 23/9532
[belanghebbende] , uit [plaats] , belanghebbende,
en
de inspecteur van de Belastingdienst, de inspecteur.
Inleiding
1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van 22 augustus 2023.
De inspecteur heeft aan belanghebbende een naheffingsaanslag loonheffingen (LH) van € 1.144 over het jaar 2020 opgelegd (de naheffingsaanslag). Gelijktijdig heeft de inspecteur belastingrente in rekening gebracht van € 111 (de belastingrentebeschikking) en een verzuimboete van € 114 (de boetebeschikking) opgelegd.
De inspecteur heeft het bezwaar van belanghebbende ongegrond verklaard.
De rechtbank heeft het beroep op 17 oktober 2024 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: namens de inspecteur, mr. [inspecteur] . Belanghebbende is, zonder kennisgeving aan de rechtbank, niet verschenen. De griffier heeft belanghebbende op 4 september 2024 digitaal uitgenodigd om op de zitting te verschijnen. Op dezelfde datum is een notificatie van de plaatsing van dit bericht aan belanghebbende verzonden naar het door belanghebbende voor dit doel opgegeven e-mailadres. Daarom neemt de rechtbank aan dat belanghebbende dit bericht op 4 september 2024 heeft ontvangen. De rechtbank stelt daarmee vast dat belanghebbende correct en op de juiste wijze voor de zitting is uitgenodigd.