Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 05-03-2025, ECLI:NL:RBZWB:2025:1264, BRE 24/1816
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 05-03-2025, ECLI:NL:RBZWB:2025:1264, BRE 24/1816
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 5 maart 2025
- Datum publicatie
- 10 maart 2025
- Annotator
- Zaaknummer
- BRE 24/1816
- Relevante informatie
- Art. 3.81 Wet IB 2001
Inhoudsindicatie
Aanslag IB/PVV 2020, beroep op vertrouwensbeginsel slaagt niet.
Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Breda
Belastingrecht
zaaknummer: BRE 24/1816
[belanghebbende], uit [plaats], belanghebbende,
en
de inspecteur van de belastingdienst, de inspecteur.
Inleiding
1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van 20 december 2023.
Voor het jaar 2020 heeft de inspecteur aan belanghebbende een aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) opgelegd berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 10.933 (de aanslag). Bij de aanslag heeft de inspecteur € 17 belastingrente in rekening gebracht (de belastingrentebeschikking).
De inspecteur is gedeeltelijk tegemoet gekomen aan het bezwaar van belanghebbende. De inspecteur heeft de aanslag verlaagd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 10.825. De belastingrentebeschikking is verlaagd naar € 16.
De rechtbank heeft het beroep op 22 januari 2025 op zitting behandeld. Hieraan hebben namens de inspecteur mr. [inspecteur 1] en mr. drs. [inspecteur 2] deelgenomen.
Namens belanghebbende is, zonder kennisgeving aan de rechtbank, niemand ter zitting verschenen. De griffier heeft op 7 november 2024 in het digitaal dossier van belanghebbende een bericht geplaatst waarbij belanghebbende is uitgenodigd om op de zitting te verschijnen. Van de plaatsing van dit bericht is op dezelfde datum een notificatie aan belanghebbende verzonden naar het door belanghebbende voor dit doel opgegeven e-mailadres. Daarom neemt de rechtbank aan dat belanghebbende dit bericht op 7 november 2024 heeft ontvangen.1 De rechtbank stelt daarmee vast dat belanghebbende correct en op de juiste wijze voor de zitting is uitgenodigd.