Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 10-01-2025, ECLI:NL:RBZWB:2025:185, BRE 24/1996 tot en met 24/2000 en BRE 24/2000 tot en met 24/2006
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 10-01-2025, ECLI:NL:RBZWB:2025:185, BRE 24/1996 tot en met 24/2000 en BRE 24/2000 tot en met 24/2006
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 10 januari 2025
- Datum publicatie
- 3 februari 2025
- Zaaknummer
- BRE 24/1996 tot en met 24/2000 en BRE 24/2000 tot en met 24/2006
- Relevante informatie
- Art. 7:4 Awb, Art. 3 Iw 1990, Art. 9 Iw 1990, Art. 11 Iw 1990, Art. 25 Iw 1990
Inhoudsindicatie
Aanmaningskosten navorderingsaanslag.
Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Breda
Belastingrecht
zaaknummers: BRE 24/1996 tot en met 24/2000 en BRE 24/2002 tot en met 24/2006
[belanghebbenden] , uit [plaats] ( [land] ), belanghebbenden,
(gemachtigde: [gemachtigde] ),
en
de ontvanger van de belastingdienst, de ontvanger.
Inleiding
1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank de beroepen van belanghebbenden tegen de uitspraken op bezwaar van de ontvanger van 5 januari 2024.
De ontvanger heeft over de jaren 2008 tot en met 2012 aanmaningskosten in rekening gebracht aan belanghebbenden vanwege het onbetaald laten van de navorderingsaanslagen die zijn opgelegd over deze jaren (de aanmaningskosten). Belanghebbenden hebben tegen deze aanmaningskosten bezwaar gemaakt.
De ontvanger heeft de bezwaren van belanghebbenden ongegrond verklaard en de aanmaningskosten in stand gelaten. Belanghebbenden zijn hiertegen in beroep gekomen.
De rechtbank heeft de beroepen op 22 november 2024 op zitting behandeld. Belanghebbenden en de gemachtigde van belanghebbenden hebben deelgenomen aan de zitting via een videoverbinding. Namens de ontvanger zijn verschenen: mr. [naam 1] , [naam 2] en dr. [naam 3] .