Home

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 06-12-2022, ECLI:NL:GHARL:2022:10439, 21/00712

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 06-12-2022, ECLI:NL:GHARL:2022:10439, 21/00712

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Datum uitspraak
6 december 2022
Datum publicatie
16 december 2022
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2022:10439
Formele relaties
Zaaknummer
21/00712
Relevante informatie
Art. 2.1 onderdeel b Wtl, Art. 2.6 lid 1 onderdeel c Wtl, Art. 2.7 Wtl, Art. 2.8 Wtl, Art. 6.2 Wtl, Art. 49 Wfsv

Inhoudsindicatie

Wet tegemoetkomingen loondomein. Loonkostenvoordeel arbeidsgehandicapte.

Uitspraak

locatie Arnhem

nummer BK-ARN 21/00712

uitspraakdatum: 6 december 2022

op het hoger beroep van

de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Utrecht (hierna: de Inspecteur)

tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 20 mei 2021, nummer AWB 20/3136, ECLI:NL:RBGEL:2021:2543, in het geding tussen

[belanghebbende] B.V. te [vestigingsplaats] (hierna: belanghebbende) en de Inspecteur

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

Met dagtekening 23 juli 2019 heeft de Inspecteur bij voor bezwaar vatbare beschikking (artikel 4.2 van de Wet tegemoetkomingen loondomein (hierna: Wtl)) ten name van belanghebbende een verzoek om een loonkostenvoordeel (hierna ook: LKV) op grond van de Wtl voor 2018 afgewezen.

1.2.

De Inspecteur heeft bij uitspraak op bezwaar het bezwaar ongegrond verklaard.

1.3.

Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard, de uitspraak van de Inspecteur vernietigd en een loonkostenvoordeel vastgesteld van € 3.806,40.

1.4.

De Inspecteur heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld. Belanghebbende heeft een verweerschrift ingediend.

1.5.

Belanghebbende heeft een nader stuk ingediend.

1.6.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 11 oktober 2022. Namens belanghebbende zijn verschenen [naam1] en [naam2] . Namens de Inspecteur is verschenen [naam3] . Beide partijen hebben ter zitting een pleitnota voorgedragen en ingebracht. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan deze uitspraak is gehecht.

2 De vaststaande feiten

2.1.

Belanghebbende drijft een onderneming in financiële dienstverlening. De diensten die zij aanbiedt liggen op het gebied van financiële administratie, loonadministratie en dergelijke.

2.2.

Op 18 december 2017 is bij belanghebbende [naam4] in dienst gekomen. Feitelijk is [naam4] op 1 januari 2018 begonnen als [functie1] . [naam4] had voordien een uitkering krachtens de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (de Wet WIA).

2.3.

Anders dan de Inspecteur in het verweerschrift in de procedure voor de Rechtbank heeft geschreven, is aan [naam4] geen doelgroepverklaring premiekorting ten behoeve van een arbeidsgehandicapte werknemer verstrekt. Evenmin is aan [naam4] een doelgroepverklaring LKV arbeidsgehandicapte werknemer (artikel 2.7 van de Wtl) verstrekt.

2.4.

Belanghebbende heeft op 31 januari 2018 aangifte loonheffingen gedaan voor het tijdvak december 2017. In de aangifte is geen bedrag aan premiekorting ingevuld en is ten aanzien van [naam4] de indicatie ‘N’ (wat staat voor nee) opgenomen bij de indicatie premiekorting arbeidsgehandicapte werknemer.

2.5.

In de aangiften loonheffingen voor januari tot en met juni 2018 heeft belanghebbende geen verzoek gedaan om een loonkostenvoordeel. Er zijn geen indicaties geplaatst in de desbetreffende aangiften.

2.6.

Medio 2018 heeft belanghebbende geconstateerd dat de premiekorting niet juist was verwerkt. Op 20 augustus 2018 heeft zij een correctiebericht voor december 2017 ingediend. Daarbij is ten aanzien van [naam4] de indicatie ‘J’ (wat staat voor ja) opgenomen bij de indicatie premiekorting arbeidsgehandicapte werknemer. Naar aanleiding daarvan heeft belanghebbende alsnog de premiekorting voor die maand ontvangen.

2.7.

Vanaf de aangifte voor het tijdvak juli 2018, gedaan op 23 augustus 2018, heeft belanghebbende maandelijks bij de aangifte verzocht om een loonkostenvoordeel door een ‘J’ in iedere aangifte te vermelden bij de doelgroep arbeidsgehandicapte werknemer.

2.8.

Op 9 oktober 2018 heeft belanghebbende correctieberichten met indicatie ‘J’ ingediend voor de aangiftetijdvakken in het eerste halfjaar van 2018.

3 Het geschil

In geschil is of belanghebbende recht heeft op een loonkostenvoordeel arbeidsgehandicapte werknemer (artikel 2.1, onderdeel b, van de Wtl, al dan niet op grond van het overgangsrecht dat is opgenomen in artikel 6.2 van de Wtl).

4 Beoordeling van het geschil

5 Griffierecht en proceskosten

6 Beslissing