Home

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 04-06-2024, ECLI:NL:GHARL:2024:3786, 23/126

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 04-06-2024, ECLI:NL:GHARL:2024:3786, 23/126

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Datum uitspraak
4 juni 2024
Datum publicatie
14 juni 2024
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2024:3786
Formele relaties
Zaaknummer
23/126
Relevante informatie
Art. 17 WOZ, Art. 220 Gemw

Inhoudsindicatie

Wet Woz. Drijvend zonnepark is een roerende zaak.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN

locatie Arnhem

nummer BK-ARN 23/126

uitspraakdatum: 4 juni 2024

Uitspraak van de tweede meervoudige belastingkamer

op het hoger beroep van

de heffingsambtenaar van GBLT te Zwolle (hierna: de heffingsambtenaar)

tegen de uitspraak van de rechtbank Overijssel van 15 november 2022, nummer ZWO 22/542, in het geding tussen

[belanghebbende] B.V. (hierna: belanghebbende) en de heffingsambtenaar.

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

De heffingsambtenaar heeft bij beschikking op grond van de Wet waardering onroerende zaken (hierna: de Wet WOZ) de waarde van het zonnepark in de [naam1] , [adres1] te [plaats1] , per waardepeildatum 1 januari 2020 en naar de toestandsdatum 1 januari 2021 vastgesteld op € 12.350.000. Tegelijk met deze beschikking is de aanslag onroerendezaakbelasting 2021 (OZB) vastgesteld op € 95.366,70.

1.2.

Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de WOZ-beschikking en de aanslag OZB. De heffingsambtenaar heeft bij uitspraken op bezwaar de WOZ-beschikking en de aanslag OZB gehandhaafd.

1.3.

Belanghebbende is tegen die uitspraken in beroep gekomen bij de rechtbank Overijssel (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard, de uitspraken van de heffingsambtenaar vernietigd en de WOZ-beschikking en de aanslag OZB vernietigd (ECLI:NL:RBOVE:2022:3361).

1.4.

De heffingsambtenaar heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld. Belanghebbende heeft een verweerschrift ingediend.

1.5.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 8 mei 2024. Daarbij zijn verschenen en gehoord mr. M. Chatelin, mr. S. Kort, mr. P. van der Muur en mr. J.W. Nuis, als de gemachtigden van belanghebbende, alsmede [naam2] , [naam3] , [naam4] en [naam5] namens de heffingsambtenaar. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan deze uitspraak is gehecht.

2 Vaststaande feiten

2.1.

Belanghebbende is eigenaar van een drijvend zonnepark in de [naam1] te [plaats1] (hierna: het zonnepark). Het zonnepark heeft een oppervlakte van ongeveer 18.35 hectare en bestaat uit 72.000 zonnepanelen, omvormers en transformatoren. De zonnepanelen, omvormers en transformatoren zijn bevestigd op speciale aan elkaar bevestigde drijflichamen (bootjes) met extra drijfvermogen. Aan de drijflichamen zijn door middel van harpsluitingen 28 Dyneema-kabels verbonden. Deze kabels zijn aan de andere zijde bevestigd aan 28 in de bodem geplaatste klap-ankers. Deze klap-ankers zijn ongeveer zes meter diep in de ondergrond van de waterplas geperst. De waterplas is tot 35 meter diep. Door de kabels kan het waterpark verticaal bewegen en maximaal drie meter horizontaal. Het zonnepark is met een elektriciteitskabel verbonden met een inkoopstation op de wal. Het zonnepark zal naar verwachting 25 jaar in gebruik blijven.

2.2.

De Rechtbank heeft geoordeeld dat het zonnepark als een roerende zaak moet worden aangemerkt, zodat voor vaststelling van een WOZ-beschikking en heffing van OZB geen ruimte is. De Rechtbank heeft het beroep van belanghebbende daarom gegrond verklaard en de WOZ-beschikking vernietigd. Alhoewel de Rechtbank dit niet in haar dictum tot uitdrukking heeft gebracht, leest het Hof met partijen hierin - zoals partijen ter zitting hebben bevestigd - dat de Rechtbank ook de aanslag OZB heeft vernietigd.

3 Geschil

3.1.

In geschil is of het zonnepark als een onroerende zaak moet worden aangemerkt en daarom terecht een WOZ-beschikking is gegeven en een aanslag OZB is opgelegd.

3.2.

De heffingsambtenaar beantwoordt deze vragen bevestigend en concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank en handhaving van de WOZ-beschikking en aanslag OZB. Belanghebbende beantwoordt deze vragen ontkennend en concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de Rechtbank.

4 Beoordeling van het geschil

5 Griffierecht en proceskosten

6 Beslissing