Home

Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 11-10-2023, ECLI:NL:GHSHE:2023:3287, 22/01164

Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 11-10-2023, ECLI:NL:GHSHE:2023:3287, 22/01164

Gegevens

Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Datum uitspraak
11 oktober 2023
Datum publicatie
25 januari 2024
ECLI
ECLI:NL:GHSHE:2023:3287
Formele relaties
Zaaknummer
22/01164
Relevante informatie
Art. 9 BPM, Art. 10 BPM, Art. 8 Uitv.reg. BPM

Inhoudsindicatie

BPM. Waardevermindering wegens schadeverleden niet aannemelijk gemaakt

Uitspraak

Team belastingrecht

Meervoudige Belastingkamer

Nummer: 22/01164

Uitspraak op het hoger beroep van

[belanghebbende] ,

wonend in [woonplaats] ,

hierna: belanghebbende,

tegen de uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant (hierna: de rechtbank) van 10 mei 2022, nummer BRE 21/1447, in het geding tussen belanghebbende en

de inspecteur van de Belastingdienst,

hierna: de inspecteur.

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

De inspecteur heeft een naheffingsaanslag belasting van personenauto’s en motorrijwielen (hierna: Bpm) opgelegd. Tevens is bij beschikking belastingrente in rekening gebracht.

1.2.

Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt. De inspecteur heeft uitspraak op bezwaar gedaan en het bezwaar gegrond verklaard.

1.3.

Belanghebbende heeft tegen deze uitspraak beroep ingesteld bij de rechtbank.

De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en tevens een vergoeding voor immateriële schade toegekend.

1.4.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de rechtbank hoger beroep ingesteld bij het hof. De inspecteur heeft een verweerschrift ingediend.

1.5.

De zitting heeft plaatsgevonden op 21 september 2023 in ’s-Hertogenbosch. Daar zijn verschenen [gemachtigde] , als gemachtigde van belanghebbende, en, namens de inspecteur, [inspecteur 1] en [inspecteur 2] .

1.6.

Het hof heeft aan het einde van de zitting het onderzoek gesloten.

2 Feiten

2.1.

Belanghebbende heeft op aangifte een bedrag van € 4.273 aan Bpm voldaan ter zake van de registratie van het motorrijtuig Mercedes-Benz C 43 AMG 4Matic met VIN-nummer eindigend op [VIN-nummer] . Belanghebbende heeft de auto in Oostenrijk gekocht voor € 28.500 (inclusief belasting).

2.2.

Bij de aangifte is een taxatierapport gevoegd van Waardetaxaties.nl. Daarin is een handelsinkoopwaarde in onbeschadigde staat opgenomen van € 57.435. De handelsinkoopwaarde is vastgesteld aan de hand van een koerslijst van XRAY. Voorts heeft de taxateur een bedrag van € 38.395 aan berekende schade in mindering gebracht. De handelsinkoopwaarde in beschadigde staat is vastgesteld op € 19.040.

2.3.

De inspecteur heeft een hertaxatie laten verrichten door [persoon] werkzaam bij Domeinen Roerende Zaken (hierna: DRZ). De bevindingen zijn opgenomen in een taxatierapport. De handelsinkoopwaarde is aan de hand van eveneens de koerlijst van XRAY vastgesteld op € 54.690. De taxateur heeft geen schade in aanmerking genomen.

De handelsinkoopwaarde is vastgesteld op € 54.690 en de verschuldigde Bpm op € 13.204. De nageheven Bpm bedraagt € 8.931 en tevens is € 377 belastingrente in rekening gebracht.

2.4.

De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard, de inspecteur veroordeeld tot het vergoeden van immateriële schade van € 500, en de inspecteur veroordeeld in de proceskosten van € 541 en tot vergoeding van griffierecht van € 181.

3 Geschil en conclusies van partijen

3.1.

Het geschil betreft het antwoord op de volgende vragen:

1. Dient rekening te worden gehouden met een waardevermindering wegens ex-schade?

2. Heeft de rechtbank de proceskosten op een te laag bedrag vastgesteld?

3.2.

Belanghebbende concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de rechtbank en tot vermindering van de naheffingsaanslag tot € 7.294 en de proceskosten in de beroepsfase vast te stellen op € 759 per punt. De inspecteur concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de rechtbank ten aanzien van de naheffingsaanslag en de inspecteur conformeert zich aan het oordeel van het hof over de proceskosten in beroep.

4 Gronden

5 Beslissing