Home

Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 10-07-2024, ECLI:NL:GHSHE:2024:2226, 22/1027 tot en met 22/1030 en 22/1049

Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 10-07-2024, ECLI:NL:GHSHE:2024:2226, 22/1027 tot en met 22/1030 en 22/1049

cassatie ingesteld (rolnr HR: 24/03192)

Gegevens

Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Datum uitspraak
10 juli 2024
Datum publicatie
13 augustus 2024
ECLI
ECLI:NL:GHSHE:2024:2226
Formele relaties
Zaaknummer
22/1027 tot en met 22/1030 en 22/1049
Relevante informatie
Art. 8 Wet Vpb 1969, Art. 67d AWR

Inhoudsindicatie

Naar aanleiding van een boekenonderzoek corrigeert de inspecteur kosten die door belanghebbende in aftrek op de winst zijn gebracht. De inspecteur legt (navorderings)aanslagen VPB op met boeten. Het hof oordeelt dat het hoger beroep van belanghebbende ongegrond is en dat de (navorderings)aanslagen en boeten, zoals die na het beroep in eerste aanleg zijn vastgesteld, niet te hoog zijn vastgesteld.

Uitspraak

Team belastingrecht

Meervoudige Belastingkamer

Nummers: 22/1027 tot en met 22/1030 en 22/1049

Uitspraak op het hoger beroep van

[belanghebbende] ,

gevestigd in [vestigingsplaats] ,

hierna: belanghebbende,

tegen de uitspraak van de rechtbank Zeeland-West–Brabant (hierna: de rechtbank) van 6 april 2022, nummers BRE 18/7490 tot en met 18/7494 in het geding tussen belanghebbende en

de inspecteur van de Belastingdienst,

hierna: de inspecteur.

1 Ontstaan en loop van het geding

2011

1.1.

Aan belanghebbende is over het jaar 2011 een navorderingsaanslag in de

vennootschapsbelasting opgelegd (hierna: de navorderingsaanslag 2011). Bij gelijktijdig gegeven beschikkingen is heffingsrente in rekening gebracht en is een vergrijpboete opgelegd.

2012

1.2.1.

Aan belanghebbende is voor het jaar 2012 een aanslag in de vennootschapsbelasting

opgelegd. Bij gelijktijdig gegeven beschikking is belastingrente in rekening gebracht.

1.2.2.

De inspecteur heeft de aanslag vennootschapsbelasting voor het jaar 2012 ambtshalve verminderd (hierna: de aanslag 2012). De in rekening gebrachte belastingrente is overeenkomstig verminderd.

2013

1.3.1.

Aan belanghebbende is voor het jaar 2013 een aanslag in de vennootschapsbelasting

opgelegd (hierna: de aanslag 2013). Bij gelijktijdig gegeven beschikking is een verzuimboete opgelegd.

1.3.2.

Aan belanghebbende is over het jaar 2013 een navorderingsaanslag in de vennootschapsbelasting opgelegd (hierna: de navorderingsaanslag 2013). Bij gelijktijdig gegeven beschikkingen is belastingrente in rekening gebracht en is een verzuimboete opgelegd.

2014

1.4.

Aan belanghebbende is voor het jaar 2014 een aanslag in de vennootschapsbelasting opgelegd (hierna: de aanslag 2014). Bij gelijktijdig gegeven beschikkingen is belastingrente in rekening gebracht en is een vergrijpboete opgelegd.

Alle jaren

1.5.

Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt. De inspecteur heeft uitspraken op bezwaar gedaan en het bezwaar tegen de navorderingsaanslag 2013 gedeeltelijk toegewezen, de navorderingsaanslag 2013 verminderd en de beschikking belastingrente vernietigd. Bij gelijktijdig gegeven beschikking is het verlies over 2013 vastgesteld. Bij uitspraken op bezwaar heeft de inspecteur belanghebbendes overige bezwaren afgewezen.

1.6.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraken op bezwaar beroep ingesteld bij de rechtbank. De rechtbank heeft de beroepen gegrond verklaard.

1.7.

Belanghebbende heeft tegen deze uitspraak hoger beroep ingesteld bij het hof. De inspecteur heeft een verweerschrift ingediend.

1.8.

Belanghebbende heeft vóór de zitting nadere stukken ingediend. Deze stukken zijn doorgestuurd naar de inspecteur.

1.9.

De zitting heeft plaatsgevonden op 17 mei 2024 in ’s-Hertogenbosch. Daar zijn verschenen [persoon 1] namens belanghebbende, [gemachtigde] , als gemachtigde van belanghebbende, en, namens de inspecteur, [inspecteur 1] , [inspecteur 2] en [inspecteur 3] . Op deze zitting zijn gelijktijdig, maar niet gevoegd behandeld de zaken met nummers 22/1027 tot en met 22/1050.

1.10.

Belanghebbende heeft tijdens de zitting een pleitnota overgelegd aan het hof en aan de andere partij. Deze pleitnota wordt met instemming van partijen geacht ter zitting te zijn voorgelezen.

1.11.

Het hof heeft aan het einde van de zitting het onderzoek gesloten.

2 Feiten

2.1.

De aandelen van belanghebbende worden volledig gehouden door [A BV] De aandelen van [A BV] worden volledig gehouden door de heer [persoon 1] . Belanghebbende is gevestigd op het adres [adres] , [postcode] in [vestigingsplaats] , tevens het woonadres van [persoon 1] . Daarnaast drijft [persoon 1] samen met [persoon 2] een vennootschap onder firma, zijnde [VOF] , dat op hetzelfde adres is gevestigd.

2.2.

De inspecteur heeft op 30 mei 2016 een boekenonderzoek bij belanghebbende aangekondigd. Onderzocht is de aanvaardbaarheid van de aangiften vennootschapsbelasting over de jaren 2011 t/m 2014, omzetbelasting over het tijdvak 1 januari 2011 tot en met 31 december 2014 en loonheffingen over het tijdvak 1 januari 2011 tot en met 31 december 2015. Van het boekenonderzoek is op 7 juni 2017 een controlerapport opgemaakt.

2.3.

Naar aanleiding van de bevindingen van het boekenonderzoek heeft de inspecteur met betrekking tot een aantal door belanghebbende in aftrek gebrachte kosten het standpunt ingenomen dat sprake is van onzakelijke uitgaven. Dit heeft geleid tot de volgende correcties:

Correctie vennootschapsbelasting

2014

2013

2012

2011

Aangegeven winst

€ 11.056

– € 10.422

€ 16.432

€ 7.690

Correctie Werk derden

€ 2.800

€ 4.227

€ 8.955

€ 8.699

Correctie Representatiekosten

€ 1.100

€ 1.000

€ 1.000

€ 1.250

Correctie Kantinekosten

€ 550

€ 500

€ 500

€ 625

Correctie relatiegeschenken

€ 130

Correctie reiskosten

€ 1.710

€ 1.615

€ 1.615

€ 2.375

Correctie Adm. en Advieskosten

€ 500

€ 500

Correctie diefstal contant geld

€ 3.235

Nader vastgestelde winst

€ 20.451

– € 3.080

€ 29.002

€ 21.269

2.4.

Gedurende het boekenonderzoek zijn de navorderingsaanslag 2011, de aanslag 2012

en de aanslag 2013 vastgesteld. Na afronding van het boekenonderzoek is de aanslag 2012 verminderd conform de bevindingen in het rapport en zijn de navorderingsaanslag 2013 en de aanslag 2014 vastgesteld.

2.5.

Als gevolg van het gedeeltelijk toewijzen van het bezwaar tegen de navorderingsaanslag 2013, is het verrekenbare verlies van het boekjaar 2013 bij beschikking vastgesteld op € 3.080. Bij beschikking is dit verlies van het jaar 2013 verrekend met de belastbare winst van 2012 (de ambtshalve vermindering 2012). Dit heeft geresulteerd in een belastbaar bedrag van 2012 van € 25.922.

2.6.

In de beroepsfase heeft de inspecteur de aftrek kosten werk derden voor alle jaren alsnog volledig geaccepteerd, de correctie aftrek relatiegeschenken (2011) teruggenomen en van de initieel 100% gecorrigeerde aftrek reiskosten voor alle jaren alsnog 50% geaccepteerd. De rechtbank heeft – mede gelet hierop – de belastbare bedragen van belanghebbende in haar uitspraak als volgt vastgesteld:

Correctie vennootschapsbelasting

2014

2013

2012

2011

Door insp. gecorrigeerde winst

€ 20.451

– € 3.080

€ 29.002

€ 21.269

Correctie Werk derden

– € 2.800

– € 4.227

– € 8.955

– € 8.699

Correctie relatiegeschenken

– € 130

Correctie reiskosten

– € 855

– € 808

– € 808

– € 1.188

Door Rechtbank vastgestelde belastbare winst

€ 16.796

– € 8.115

€ 19.239

€ 11.252

Door Rechtbank vastgesteld belastbare bedrag

€ 16.796

nihil

€ 11.124

€ 11.252

2.7.

De rechtbank heeft verder de boetebeschikkingen verminderd wegens overschrijding van de redelijke termijn voor het doen van een uitspraak. De rechtbank heeft de

verzuimboete bij de aanslag voor liet jaar 2013 tot op € 1.968 verminderd en de vergrijpboetes verminderd tot 40% van het bedrag aan belasting van de verminderde navorderingsaanslag 2011 respectievelijk het bedrag aan belasting van de verminderde aanslag 2014.

3 Geschil en conclusies van partijen

3.1.

Het geschil in hoger beroep betreft het antwoord op de volgende vragen:

I. Zijn de in 1.1 tot en met 1.4 genoemde (navorderings)aanslagen, zoals deze zijn gebaseerd op de na beroep vastgestelde belastbare bedragen, tot de juiste bedragen vastgesteld?

II. Zijn de boeten zoals deze zijn vastgesteld na beroep, terecht en tot de juiste bedragen vastgesteld?

3.2.

Belanghebbende concludeert tot vernietiging van de navorderingsaanslag 2013, vermindering van de navorderingsaanslag 2011, de aanslag 2012, de aanslag 2013 en de aanslag 2014. Daarnaast concludeert belanghebbende tot vernietiging van alle opgelegde boeten. De inspecteur concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de rechtbank.

4 Gronden

5 Beslissing