Hoge Raad, 17-10-2014, ECLI:NL:HR:2014:2982, 11/02582
Hoge Raad, 17-10-2014, ECLI:NL:HR:2014:2982, 11/02582
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 17 oktober 2014
- Datum publicatie
- 17 oktober 2014
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2014:2982
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHAMS:2011:BU1580, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan
- Zaaknummer
- 11/02582
Inhoudsindicatie
Douanerechten; posten 2202 en 3004 van de GN; sondevoeding voor personen die medisch worden verzorgd, wordt ingedeeld onder post 3004 van de GN; eindbeslissing na arrest HvJ 30 april 2014, C-267/14, BNB 2014/131.
Uitspraak
17 oktober 2014
nr. 11/02582
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van Nutricia N.V. te Zoetermeer (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam van 28 april 2011, nrs. P09/00445, P09/00446, P09/00447, P09/00448 en P09/00449, betreffende bindende tariefinlichtingen, na beantwoording van de door de Hoge Raad bij een arrest aan het Hof van Justitie van de Europese Unie gestelde vragen.
1 Ontstaan en loop van het geding
Voor een overzicht van het ontstaan en de loop van het geding tot aan het door de Hoge Raad in dit geding gewezen arrest van 19 april 2013, nr. 11/02582, ECLI:NL:HR:2013:BZ7836, BNB 2013/145, wordt verwezen naar dat arrest, waarbij de Hoge Raad aan het Hof van Justitie van de Europese Unie heeft verzocht een prejudiciële beslissing te geven over de in dat arrest geformuleerde vragen.
Bij arrest van 30 april 2014, Nutricia N.V., C-267/13, ECLI:EU:C:2014:277, BNB 2014/131, heeft het Hof van Justitie uitspraak doende op die vragen, voor recht verklaard:
“Tariefpost 3004 van de gecombineerde nomenclatuur, opgenomen in bijlage I bij verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief, zoals gewijzigd bij verordening (EG) nr. 1549/2006 van de Commissie van 17 oktober 2006, moet aldus worden uitgelegd dat onder het begrip „geneesmiddelen” in de zin van die post mede zijn begrepen voedingspreparaten die uitsluitend bestemd zijn om onder medisch toezicht enteraal (door middel van een maagsonde) te worden toegediend aan personen die medisch worden verzorgd, wanneer deze producten in het kader van de bestrijding van de ziekte of de aandoening van deze personen worden toegediend om ondervoeding te voorkomen of bestrijden.”
Partijen zijn in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op dit arrest. Zowel belanghebbende als de Staatssecretaris heeft van deze gelegenheid gebruik gemaakt.
2 Nadere beoordeling van de middelen
Uit de hiervoor onder 1 weergegeven verklaring voor recht volgt dat de bij de onderhavige bindende tariefinlichtingen ingedeelde producten moeten worden ingedeeld in post 3004 van de Gecombineerde Nomenclatuur (hierna: de GN). De Inspecteur heeft mitsdien voor de producten ten onrechte een bindende tariefinlichting met vermelding van post 2202 90 10 van de GN verstrekt. Middel I slaagt derhalve.
Gelet op het hiervoor in 2.1 overwogene kan ’s Hofs uitspraak niet in stand blijven. Middel II behoeft geen behandeling. De Hoge Raad kan de zaak afdoen.
3 Proceskosten
De Staatssecretaris zal worden veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie en de Inspecteur in de kosten van het geding voor het Hof en van het geding voor de Rechtbank en in verband met de behandeling van het bezwaar.