Rechtbank Gelderland, 01-10-2024, ECLI:NL:RBGEL:2024:6628, AWB 21/4924, 21/4925, 21/4926
Rechtbank Gelderland, 01-10-2024, ECLI:NL:RBGEL:2024:6628, AWB 21/4924, 21/4925, 21/4926
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Gelderland
- Datum uitspraak
- 1 oktober 2024
- Datum publicatie
- 30 december 2024
- Annotator
- Zaaknummer
- AWB 21/4924
- Relevante informatie
- Art. 55 AWR, Art. 16 AWR, Art. 1 Wet DB, Art. 2 Wet DB, Art. 2 Wet Vpb 1969, Art. 8:42 Awb, Verdrag Nederland - Malta
Inhoudsindicatie
Belastingverdrag met Malta. Tie-breaker. Plaats van werkelijke leiding. Heffingsrecht dividend. Belanghebbende is van mening dat de plaats van haar werkelijke leiding op Malta is gelegen. Bij gevolg komt Nederland geen heffingsrecht toe over de in 2015, 2016 en 2017 uitgekeerde dividenden. Naar het oordeel van de rechtbank is de inspecteur erin gelaagd aannemelijk te maken dat de plaats van werkelijke leiding niet op Malta, maar in Nederland is gelegen. De kernbeslissingen met betrekking tot de activiteiten van belanghebbende worden niet genomen door de Maltese trustdirecte, maar (materieel) door de Nederlandse adviseur van belanghebbende. De tie-breaker uit het belastingverdrag met Malta wijst in dat geval Nederland aan als vestigingsland. Bij gevolg zijn de door belanghebbende uitgekeerde dividenden onderworpen aan Nederlandse dividendbelastingheffing. Beroep ongegrond.
Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
Zittingsplaats Arnhem
Bestuursrecht
zaaknummers: ARN 21/4924, 21/4925 en 21/4926
uitspraak van de meervoudige belastingkamer van
in de zaken tussen
[belanghebbende] , belanghebbende,
(gemachtigden: mr. R.F. Stam , mr. F.M. Wessels , mr. F.H.H. Sijbers en mr. J. Koek ),
en
de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Utrecht, de inspecteur,
en
de Staat der Nederlanden (de Minister van Justitie en Veiligheid), te Den Haag,
de Staat.