Home

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 14-12-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:8754, BRE - 22 _ 3572 tot en met 22 _ 3575

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 14-12-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:8754, BRE - 22 _ 3572 tot en met 22 _ 3575

Gegevens

Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum uitspraak
14 december 2023
Datum publicatie
21 december 2023
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2023:8754
Formele relaties
Zaaknummer
BRE - 22 _ 3572 tot en met 22 _ 3575
Relevante informatie
Art. 13bis Wet LB, Art. 67f AWR

Inhoudsindicatie

Artikel 13bis van de Wet LB 1964, bijtelling privégebruik auto

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Zittingsplaats Breda

Belastingrecht

zaaknummers: BRE 22/3572 tot en met 22/3575

[belanghebbende] , gevestigd te [plaats] , belanghebbende,

(gemachtigde: mr. drs. C.M.J.E.P. Meerts),

en

de inspecteur van de belastingdienst, de inspecteur.

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank de beroepen van belanghebbende tegen de uitspraken op bezwaar van de inspecteur van 9 juni 2022.

1.1.

De inspecteur heeft aan belanghebbende naheffingsaanslagen loonheffingen opgelegd over de tijdvakken gelegen in de perioden 1 januari 2016 tot en met 31 december 2016 (2016), 1 januari 2017 tot en met 31 december 2017 (2017), 1 januari 2018 tot ten met 31 december 2018 (2018) en 1 januari 2019 tot en met 31 december 2019 (2019). Bij gelijktijdige beschikkingen heeft de inspecteur aan belanghebbende boeten opgelegd (de boetebeschikkingen) en aan belanghebbende belastingrente in rekening gebracht (de belastingrentebeschikkingen). Dit kan als volgt worden samengevat:

Zaaknr.

Periode

Dagtekening

Kenmerk

Belasting

Boete

Rente

22/3572

2016

17 september 2021

[kenmerk 1]

€ 4.530

€ 2.266

€ 801

22/3573

2017

17 september 2021

[kenmerk 2]

€ 3.433

€ 1.716

€ 469

22/3574

2018

17 september 2021

[kenmerk 3]

€ 4.632

€ 2.316

€ 448

22/3575

2019

17 september 2021

[kenmerk 4]

€ 4.392

€ 2.196

€ 249

1.2.

De inspecteur heeft de bezwaren van belanghebbende tegen de naheffingsaanslagen loonheffingen, de boete- en belastingrentebeschikkingen bij uitspraken op bezwaar ongegrond verklaard.

1.3.

De rechtbank heeft de beroepen op 2 november 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: namens belanghebbende [naam 1] , de gemachtigde en namens de inspecteur mr. [inspecteur] .

Beoordeling door de rechtbank

Feiten

Motivering

Conclusie en gevolgen

Beslissing

Informatie over hoger beroep