Aflevering 5

Op 18 maart 2009 heeft de Nationale ombudsman zijn verslag over het jaar 2008 aangeboden aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Het verslag heeft als thema ‘De burger in de ketens’. De overheid als geheel is erg complex en samenwerking binnen en tussen verschillende onderdelen van de overheid kan moeizaam verlopen. Met ketensamenwerking en keteninformatisering beogen de vele honderden onderdelen van de overheid de burger centraal te stellen. In dit verslag gaat het vooral om de vraag hoe de belangen van burgers bij toenemende ketensamenwerking en keteninformatisering voldoende kunnen worden gewaarborgd. Het verslag is tevens een verantwoording van de (fiscale) werkzaamheden van de Nationale ombudsman in 2008.Op 11 november 2008 werd namens de Commissie voor de Verzoekschriften uit de Eerste Kamer en de Commissie voor de Verzoekschriften en de Burgerinitiatieven uit de Tweede Kamer der Staten-Generaal het jaarverslag van deze commissies aangeboden aan de Staten-Generaal. Beide verslagen worden hierna kort besproken.

In deze bijdrage worden enkele recente ontwikkelingen in de rechtspraak op het terrein van de vervangingsreserve/herinvesteringsreserve behandeld. Aan de orde komen onderwerpen als: wanneer is er sprake van gehele of gedeeltelijke staking, het vervangingsvoornemen en het vereiste van eenzelfde economische functie. Het artikel wordt afgerond met een aantal conclusies.

In dit artikel onderzoekt de auteur in hoeverre artikel 13 van de Btw-richtlijn, een bijzondere bepaling over de belastingplicht van publiekrechtelijke lichamen, volledig en juist in de Wet OB 1968 is geïmplementeerd.

Indien een belanghebbende (bijvoorbeeld een belastingplichtige) beroep instelt bij de bestuursrechter (in casu: de belastingrechter) wegens het feit dat een bestuursorgaan (in casu: de inspecteur) te lang talmt met het nemen van een hem regarderend en voor beroep vatbaar besluit (zoals: een beslissing op bezwaar) en indien dat besluit vervolgens – terwijl de beroepszaak bij de rechtbank in behandeling is – alsnog door het bestuursorgaan wordt genomen, is volgens art. 6:20, lid 4, Awb het door de belanghebbende ingestelde beroep van rechtswege ook tegen het inmiddels genomen besluit gericht – ervan uitgaand dat dit besluit niet geheel aan de bezwaren van de belanghebbende tegemoet komt.