NTFR 2025/39 - Wijziging Regeling CO2-heffing industrie

NTFR 2025/39

NTFR 2025/39 - Wijziging Regeling CO2-heffing industrie

Samenvatting

De minister van Klimaat en Groene Groei heeft de Regeling CO2-heffing industrie gewijzigd. Door deze wijziging sluit de CO2-heffing industrie aan op de Verordening kosteloze toewijzing van emissierechten (Verordening (EU) 2019/331, die is gewijzigd door Verordening (EU) 2024/873.

Inhoud van de regeling

De wijzigingen van de Verordening kosteloze toewijzing van emissierechten die van belang zijn voor de regeling hebben betrekking op het berekenen van het historische activiteitsniveau, op definitiewijzigingen van de warmte- en brandstofbenchmark en van enkele productbenchmarks, op extra sub-installaties door de Verordening koolstofcorrectie aan de grens en het schrappen van de uitwisselbaarheidsfactor tussen brandstof en elektriciteit. De nieuwe EU ETS handelsperiode 4b loopt van 2026-2030. Handelsperiode 4a loopt van 2021-2025.

Noot

De Regeling CO2-heffing industrie geeft een nadere invulling aan de nationale CO2-heffing industrie, zoals opgenomen in hoofdstuk 16b van de Wet milieubeheer. De wijziging van Regeling CO2-heffing industrie is in internetconsultatie geweest (NTFR 2024/1751).

De herziening van de EU-Verordening kosteloze toewijzing van emissierechten is met ingang van 1 januari 2024 in werking getreden. Er is een onderscheid tussen bestaande en nieuwe installaties. De wijzigingen voor bestaande installaties zijn pas van toepassing op toewijzingen voor de periode vanaf 1 januari 2026. Zij hoeven dus pas vanaf 1 januari 2026 te voldoen aan de Europese regels over verslagperiode 2025 en de jaren daarna. Nieuwe installaties die na 1 januari 2024 voor de eerste keer een aanvraag doen voor kosteloze toewijzing, moeten voor de jaren 2024 en 2025 onder het EU ETS wel al voldoen aan de gewijzigde Europese regels. Onderhavige wijzigingsregeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2025. Omdat de regels binnen de CO2-heffing industrie zo zijn opgesteld dat in maart wordt gerapporteerd over de verslagperiode daarvoor (dus bijvoorbeeld in maart 2026 wordt gerapporteerd over de verslagperiode 2025), is er binnen de gewijzigde artikelen verduidelijkt welke regels gelden voor welke verslagperiode. Daarnaast is het onderscheid tussen bestaande en nieuwe installaties niet relevant voor de berekening van het historische activiteitsniveau onder de CO2-heffing industrie omdat deze berekening voor nieuwe installaties wordt gebaseerd op het actuele activiteitsniveau (art. 38 van de regeling). Na de aankomende rapportage in maart 2025 (over verslagperiode 2024) loopt de regeling voor bestaande én nieuwe installaties gelijk met de Europese regels.

Andere artikelen in deze aflevering