Aflevering 7-8

Met de titel ‘De onontkoombare Wet op de loonsomheffing 2010 (met of zonder vlaktaks?)’MBB 2006, nr. 10. beoogde ik in oktober 2006 een bijdrage te leveren aan de gedachtevorming over de invoering van een loonsomheffing. De ingewikkeldheid van de huidige vier te gedetailleerde loonheffingen noopt daartoe. In dit artikel geef ik een update van de ontwikkelingen in 2007 en in 2008. Ik begin met een korte samenvatting van mijn voorstel hoe een loonsomheffing eruit zou kunnen zien. Hoewel ik geen glazen bol heb, noch een koffiedikkijker ben, eindig ik met een toekomstvoorspelling.

Per 1 juli 2008 is de btw-heffing op kansspelautomaten afgeschaft en vervangen door de kansspelbelasting. Er wordt ernstig getwijfeld aan het EU-bestendig zijn van deze nieuwe wijze van heffen. In deze bijdrage wordt nagegaan op grond van de Btw-richtlijn en de jurisprudentie van het Europese Hof van Justitie (HvJ EG) of deze wijziging in de heffing van kansspelautomaten wel EU-proof is.

Naar aanleiding van het arrest van de Hoge Raad van 18 januari 2008 inzake omkering van de bewijslast en het opleggen van een vergrijpboete wordt op basis van de wetsgeschiedenis, de daarop betrekking hebbende jurisprudentie en de literatuur nagegaan hoe over dit onderwerp gedacht wordt. In de slotparagraaf geeft de auteur zijn eigen visie.

In deze bijdrage wordt de toepassing behandeld van de onderworpenheidstoets op een deelneming die belastingverrekening toepast ter zake van inkomsten uit een derde land. De benadering die in de parlementaire geschiedenis is geschetst, is volgens de auteur onnodig complex en leidt tot onevenwichtige en arbitraire uitkomsten. De auteur pleit voor een alternatieve benadering waarin deze onevenwichtigheden zich niet voordoen.