MBB 2010, afl. 2 - Het Cacaobonen-arrest: nadere regels met betrekking tot (verplichte) samenhangende waardering
Aflevering 2, gepubliceerd op 01-02-2010 geschreven door Mr. L.A. Lutz en Mr.drs. W.J.W. VosseIn april 2009 heeft de Hoge Raad in het zogenoemde ‘Cacaobonen-arrest’HR 10 april 2009, nr. 42.916, NTFR 2009/821. belangrijke regels geformuleerd over de toepassing van goed koopmansgebruik bij samenhangende transacties. De kernvraag die aan de orde komt in het arrest is of goed koopmansgebruik toestaat dat niet-gerealiseerde verliezen op bepaalde contracten fiscaal direct kunnen worden genomen, terwijl het nemen van niet-gerealiseerde winsten met betrekking tot de met de contracten samenhangende posities wordt uitgesteld. Het Cacaobonen-arrest geeft een nadere uitleg aan de regels met betrekking tot het vraagstuk van de samenhangende waardering van vermogensbestanddelen die de Hoge Raad in eerdere jurisprudentie geformuleerd heeft, te weten in het ‘Hedge-arrest’HR 23 januari 2004, nr. 37.893, NTFR 2004/99. en het ‘Optie-arrest’.HR 16 november 2007, nr. 42.970, NTFR 2007/2072.In dit artikelZie over hetzelfde onderwerp: W. Bruins Slot, ‘Cacaobonenarrest: stellig onbedoelde gevolgen’, NTFR Beschouwingen 2009/27 en S. Peelen en B. van Kasteren, ‘Of Hedges and Cacao Beans: Supreme Court Ruling on Hedge Accounting for Tax Purposes’, IBFD Derivatives & Financial Instruments, september/oktober 2009. worden eerst de relevante beginselen van goed koopmansgebruik beschreven, gevolgd door een korte bespreking van het Hedge-arrest en het Optie-arrest. Vervolgens wordt aandacht besteed aan het Cacaobonen-arrest, waarna de consequenties van dit arrest voor bepaalde praktijksituaties beschreven zullen worden. Bovendien worden enige vraagpunten opgeworpen. Het artikel eindigt met een conclusie.