Aflevering 49

Gepubliceerd op 14 december 2001

NTFR 2001/1687 - Nieuwe grieven

Aflevering 49, gepubliceerd op 14-12-2001 geschreven door dr. E.B. Pechler
Kort geleden raakte ik zijdelings betrokken bij een lopende belastingprocedure waarin het bestuursorgaan het standpunt inneemt dat de belastingplichtige in de beroepsfase geen grieven meer naar voren kan brengen die hij ook in de bezwaarfase had kunnen aanvoeren. Het bestuursorgaan beroept zich daarbij op een uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. Naar het oordeel van dit college is "(u)it het samenstel van de art. 3:2, 7:1 lid 1 en 7:11 lid 1 Awb en uit de geschiedenis van de totstandkoming van deze bepalingen" af te leiden "dat in beroep aangevoerde bezwaren die niet hun grondslag vinden in (…) tegen het primaire besluit ingebrachte bezwaren, geen rol kunnen spelen bij de beoordeling van een beroep" (ABRvS 25 januari 2001, AB 2000, 171).

NTFR 2001/1688 - Belastingdienst krijgt nieuwe taak: uitbetaling bijdragen kinderopvang

Aflevering 49, gepubliceerd op 14-12-2001
De Belastingdienst krijgt er als het aan het kabinet ligt met ingang van 2004 een nieuwe taak bij. De dienst gaat namelijk overheidsbijdragen uitbetalen in het kader van de Wet basisvoorziening kinderopvang (WBK). Het kabinet heeft vorige week ingestemd met het desbetreffende wetsvoorstel. De bedoeling van de WBK is dat ouders een sterkere positie krijgen in de kinderopvang in Nederland. De wet stimuleert verder dat ouders meer keuzes krijgen bij het uitzoeken van een kinderopvangplaats. De WBK richt zich op dagopvang, buitenschoolse opvang en gastouderopvang voor kinderen tot in beginsel 12 jaar. Het kabinet wil met de WBK voor ouders meer mogelijkheden creëren om arbeid en zorg te combineren en de toegankelijkheid en kwaliteit van kinderopvang verbeteren. De wet is voor advies naar de Raad van State gestuurd. Uitgangspunt van de wet is dat ouders, werkgever en overheid gezamenlijk bijdragen aan de kosten van kinderopvang. Ouders betalen een inkomensafhankelijke bijdrage. De overheid geeft werkende ouders en bepaalde doelgroepen een financiële bijdrage voor het gebruik van kinderopvang. Die bijdrage zal worden uitbetaald door de Belastingdienst. De hoogte van de bijdrage is afhankelijk van het inkomen van de ouders en het gebruik en de prijs van de opvang. De werkgever betaalt op basis van CAO-afspraken een uniforme bijdrage, die los staat van het gezinsinkomen. Betaalt de werkgever niet mee, dan geeft de overheid aan de ouders een extra tegemoetkoming. Voor in de wet bepaalde doelgroepen als bijstandsgerechtigden, nieuwkomers, WAO'ers, herintreders en arbeidsgehandicapten, vergoedt de gemeente of de uitkeringsinstantie de werkgeversbijdrage. Op dit moment worden niet de ouders, maar via de gemeenten kinderopvanginstellingen gesusbsidieerd. In de praktijk betekent dit dat op dit moment niet alle ouders profiteren omdat niet alle instellingen subsidie krijgen. Bij inwerkingtreding van de WBK vervallen de bestaande fiscale regelingen voor de kinderopvang. Het is de bedoeling dat WBK volgend voorjaar bij de Tweede Kamer kan worden ingediend en in 2004 van kracht wordt.

NTFR 2001/1690 - Aanpassing beleidsbesluiten in verband met invoering euro

Aflevering 49, gepubliceerd op 14-12-2001
De staatssecretaris van Financiën heeft opnieuw een aantal beleidsbesluiten aangepast in verband met de vervanging van de gulden door de euro per 1 januari 2002. De besluiten bevatten geen inhoudelijke wijzigingen. Sommige besluiten zijn geactualiseerd. Hieronder geven wij een overzicht van de recentelijk vervangen beleidsbesluiten. De staatssecretaris heeft tevens een besluit bekend gemaakt waarin hij aangeeft dat voor enkele besluiten het voornemen bestaat om die besluiten binnen afzienbare tijd ook inhoudelijk te wijzigen (Besluit van 6 december 2001, nr. CPP2001/3435M). Om te voorkomen dat in de tussentijd onzekerheid bestaat over de omrekening van guldenbedragen is in dit besluit voor die besluiten alleen de aanpassing aan de euro geregeld.

NTFR 2001/1693 - Antwoorden op kamervragen over bosaanleg

Aflevering 49, gepubliceerd op 14-12-2001
Staatssecretaris Faber heeft mede namens de staatssecretaris van Financiën vragen beantwoord over bosuitbreiding. De vragen zijn een vervolg op vragen van het Tweede-Kamerlid Reitsma (NTFR 2001/1243*). Voorzover fiscaal van belang wordt gemeld dat subsidies of delen ervan die toe te schrijven zijn aan het landbouwbedrijf niet onder de bosbouwvrijstelling vallen (zijn dus belast). Verder wordt verwezen naar de nota n.a.v. het verslag Belastingplan 2002 III (NTFR 2001/1546*) waar is opgemerkt dat zal worden bezien in hoeverre bosaanlegsubsidies die niet onder de bosbouwvrijstelling vallen, onder de vrijstelling voor de ontwikkeling en instandhouding van bos en natuur kunnen worden gebracht. Hiertoe wordt verwezen naar de te verschijnen nota Landbouw en Fiscus.

NTFR 2001/1696 - Waardering maaltijden en inwoning meewerkende kinderen

Aflevering 49, gepubliceerd op 14-12-2001
De staatssecretaris van Financiën heeft in een Besluit van 29 november 2001 een regeling vastgesteld voor de waardering van maaltijden en inwoning, die als loon worden genoten door kinderen die in het bedrijf van hun ouders meewerken. Volgens de staatssecretaris maken kleding, maaltijden of inwoning in een aantal gevallen deel uit van het loon van meewerkende kinderen. Dit is volgens hem het geval als hiermee bij de vaststelling van het loon rekening is gehouden of als het loon dat wel uitdrukkelijk is overeengekomen in belangrijke mate lager is dan hetgeen gebruikelijk is. De staatssecretaris wijst hierbij wel op de mogelijkheid dat de ouder zijn kind ook geld of goederen kan schenken buiten enig verband met de arbeid van het kind (zie punt 3.5 van het Besluit van 20 december 2000, nr. CPP2000/2884, NTFR 2001/28*).

NTFR 2001/1698 - Nieuwe vragen en antwoorden Brede Herwaardering en herziening ivm IB 2001

Aflevering 49, gepubliceerd op 14-12-2001
De staatssecretaris van Financiën geeft een nieuw besluit uit over kapitaalverzekeringen en lijfrenten onder de Wet IB 1964 (CPP2001/1679M). Direct worden dit besluit en twee andere besluiten herzien in verband met de invoering van de Wet IB 2001 (CPP2001/1680M en 1681M). In CPP2001/1681M is een herzien vraag-en-antwoord opgenomen in onderdeel 5 inzake het opnemen van een afkoopverbod bij een lijfrenteverzekering. Goedgekeurd wordt dat geen revisierente wordt berekend als een lijfrente wordt beëindigd op grond van art. 53 Wet Toezicht Verzekeringsbedrijf (WTV). De drie volledige besluiten treft u aan op onze website. Daar hebben wij tevens een compilatie opgenomen van de drie vraag- en antwoordbesluiten Brede Herwaardering IB 1964.

NTFR 2001/1707 - Kamervragen Rekeningenproject

Aflevering 49, gepubliceerd op 14-12-2001
De staatssecretaris van Financiën heeft vragen beantwoord van het Tweede-Kamerlid De Wit over het zogenoemde Rekeningenproject. Dat project betreft een onderzoek door de Belastingdienst naar tegoeden van Nederlanders bij buitenlandse banken. De Belastingdienst heeft van de Belgische autoriteiten spontaan informatie ontvangen over een groot aantal Nederlanders die in het buitenland een bankrekening aanhouden. Zij is een onderzoek gestart naar de individuele fiscale verantwoording van die tegoeden en de inkomsten daaruit. Tweede-Kamerlid De Wit heeft vragen gesteld aan de staatssecretaris van Financiën, met name over de rechtmatigheid van de verkregen informatie uit België. De staatssecretaris heeft de vragen beantwoord zonder er verder inhoudelijk op in te gaan. Dit in verband met het belang van het lopende onderzoek.

NTFR 2001/1709 - Indiening en verwerking van T-biljetten (herzien i.v.m. IB 2001)

Aflevering 49, gepubliceerd op 14-12-2001
Het besluit over de termijn voor indiening en verwerking van T-biljetten is opnieuw uitgebracht voor de toepassing van de Wet IB 2001. Hiermee is geen inhoudelijke wijziging beoogd ten opzichte van het onder Wet IB 1964 geldende Besluit van 25 maart 1991, nr. DB91/72. In het besluit is onder meer goedgekeurd dat een aanslag wordt opgelegd als (1) de aangifte is ingeleverd na het verstrijken van de termijn van drie jaar maar binnen vijf jaar na afloop van het desbetreffende kalenderjaar en (2) het terug te geven bedrag van de gezamenlijke voorheffingen € 454 (f 1.000) of meer per jaar bedraagt. In deze gevallen wordt over de teruggaaf heffingsrente vergoed.

NTFR 2001/1712 - Wetsvoorstel VPB- vrijstelling enkele overheidsbedrijven, nnav verslag EK

Aflevering 49, gepubliceerd op 14-12-2001
De staatssecretaris stuurt de nota naar aanleiding van het verslag inzake het wetsvoorstel afschaffing vrijstelling enkele overheidsbedrijven en voorkoming incidentele voor- en nadelen naar de Eerste Kamer. De nota leidt niet tot verrassende opmerkingen ten opzichte van hetgeen al eerder in het wetgevingstraject aan de orde is gesteld. Eerder besteedden wij in NTFR aandacht aan het wetsvoorstel in nr. 2001/869, 2001/1375, 2001/1630 en 2001/1673. Nu is het wetsvoorstel bij de Eerste Kamer beland.

NTFR 2001/1713 - Belastingplan 2002-II, nota n.a.v. verslag Eerste Kamer

Aflevering 49, gepubliceerd op 14-12-2001
De staatssecretaris van Financiën stuurt de nota naar aanleiding van het verslag bij het wetsvoorstel Belastingplan 2002-II naar de Eerste Kamer. In de nota wordt met name aandacht besteed aan de voorgestelde wijzigingen in de Wet VPB 1969. Het betreft vooral aanvullende vragen over de codificatie van het arm's length-beginsel, de regels voor hybride leningen en de toepassing van de deelnemingsvrijstelling in EU-verhoudingen. De nota leidt niet tot opvallende veranderingen ten opzichte van de voorgaande parlementaire stukken, maar bevat wel een ruime hoeveelheid nadere toelichting. Aan het wetsvoorstel Belastingplan 2002 II – Economische infrastructuur besteedden wij eerder aandacht in NTFR 2001/1428, 2001/1498, 2001/1549, 2001/1578, 2001/1579 en 2001/1580.

NTFR 2001/1719 - Verslag Ecofinraad 4 december

Aflevering 49, gepubliceerd op 14-12-2001
De Minister van Financiën heeft mede namens de staatssecretaris verslag uitgebracht van de vergadering van de Ecofin Raad van 4 december 2001 te Brussel. Tijdens deze vergadering is gesproken over de ontwerprichtlijn over spaartegoeden. Aan het verslag ontlenen wij het volgende: