Aflevering 12

op 22 november 2002 heeft de Hoge Raad een belangwekkend arrest gewezen over de toepassing van de deelnemingsvrijstelling op (call– en put)opties op aandelen, het zgn. falconarrest. HR 22 november 2002, nr. 36.272, BNB 2003/34. De casus van het arrest was vrij ingewikkeld, maar is voor de rechtsoordelen van de Hoge Raad niet wezenlijk. Vandaar dat ik ter tijd– en ruimtebesparing beschrijving van de casus achterwege laat. Kort gezegd, oordeelde de Hoge Raad in dit arrest dat op het voordeel uit hoofde van het optierecht de deelnemingsvrijstelling van toepassing is als de aandelen in geval van uitoefening van de optie kwalificeren als een deelneming. Deze verstrekkende beslissing van de Hoge Raad doet de vraag rijzen of de Hoge Raad met dit oordeel niet uit de bocht is gevlogen. Bezien wij daartoe eerst kort een stukje geschiedenis.

ziekenfonds zelfstandigen

ziekenfonds zelfstandigen

De staatssecretaris van Financiën heeft in verband met het uitbreken van de klassieke vogelpest een aantal maatregelen van fiscaal-technische en fiscaal-organisatorische aard getroffen. Deze maatregelen zijn in de eerste plaats bedoeld voor ondernemers die direct zijn getroffen door de gevolgen van de klassieke vogelpest. Daarbij moet worden gedacht aan pluimveehouderijen en -slachterijen die door de klassieke vogelpest zijn besmet of in verband met de sinds 1 maart 2003 getroffen vervoersbeperkende maatregelen rechtstreeks in hun bedrijfsvoering zijn beperkt. Daarnaast is een deel van de in dit besluit opgenomen maatregelen ook van toepassing op al die bedrijven waar een (tijdelijke) terugval in de bedrijfsvoering valt te herleiden tot de klassieke vogelpest. De maatregelen zijn vergelijkbaar met de maatregelen die werden getroffen bij het uitbreken van de varkenspest en bij het uitbreken van mond- en klauwzeer (zie o.a. besluit RTB2001/1372M, NTFR 2001/533). Het gaat om maatregelen betreffende het formele belastingrecht (termijnen), de invordering (uitstel en dwanginvordering), winstaspecten, omzetbelasting en de belasting op zware motorrijtuigen (teruggavemogelijkheid). Als contactpersoon ten behoeve van de coördinatie van de maatregelen is op het Ministerie van Financiën de heer mr. R.J.M. Coopmans aangewezen.

urencriterium, zelfstandigenaftrek

geruisloze omzetting, inbreng onderneming, loods

De staatssecretaris heeft acht vragen beantwoord over de herinvesteringsreserve. Aan de orde komen de volgende onderwerpen: Inwerkingtreding herinvesteringsreserve bij gebroken boekjaar; volgorde afboeking herinvesteringsreserve; herinvesteringsreserve en onttrekking; herinvestering in onroerende zaak bij eigendom en gerechtigdheid tot personenvennootschap; herinvestering bij vervreemding pand in mede-eigendom; herinvestering in onroerende zaak bij eigendom en erfpacht, al dan niet in het kader van overheidsingrijpen; en herinvesteringsreserve bij afstoten tak gemengd agrarisch bedrijf.

anoniementarief, loonbelastingverklaring

Het besluit met betrekking tot de administratieplicht van genieters van resultaat uit overige werkzaamheden is aangepast in verband met de wijziging per 1 januari 2003 van art. 52 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (hierna: AWR). Ingevolge die wijziging is de wettelijke administratieplicht voor de resultaatgenieters als bedoeld in art. 3.90 Wet IB 2001 komen te vervallen. Art. 52 AWR is nog wel van toepassing op resultaatgenieters die aan terbeschikkingstelling doen.

afschrijving, aftrek, rentedatum, saldo

afkoop, kapitaalverzekering

en omstandigheden, relevante feiten, terugkomen op eerder besluit, terugwerkende kracht, verklaring, verzekeringsplicht

genietingsmoment, glijclausule, reserve uitgestelde huur

begrijpelijk, motivering

verbouwing, vervaardiging gebouwen

bekendmaking, formeel gebrek, mandaatbesluit

bewijs

bewijs

aanslagtermijn, bekendmaking

gezagsverhouding, niet-zelfstandige arbeid, werkgever

moeiende vennootschap

fiscale eenheid BTW, verrekening