Aflevering 13

in zijn boek De Hoge Raad op de hei liet BarendrechtJ.M. Barendrecht, De Hoge Raad op de hei, W.E.J. Tjeenk Willink 1998 de Civiele kamer van de Hoge Raad een aantal dagen op de hei – ergens tussen Lunteren en Velp – onder leiding van een organisatieadviseur praten over strategie, werkwijze en beleid van de cassatierechter in civiele zaken. De vorm die Barendrecht heeft gekozen om deze onderwerpen te behandelen – zijn boek bestaat grotendeels uit het verslag dat door een raadsheer gemaakt zou kunnen zijn als deze bijeenkomst daadwerkelijk zou hebben plaatsgevonden – spreekt mij aan. Ik stelde mij destijds bij het lezen van zijn boek dan ook onmiddellijk de vraag wat er zou gebeuren als de Belastingkamer onder leiding van een praktijkfiscalist één dagDat de Belastingkamer hier maar één dag de hei bezoekt is slechts terug te voeren op het feit dat een verslag van een meerdaagse sessie het maximale aantal woorden van een column zou overschrijden. op de hei zou praten over de strategie en werkwijze ten aanzien van goedkoopmansgebruik–beslissingen en de kwaliteit van zijn arresten op dit terrein. Helaas biedt deze column mij niet de ruimte om gedetailleerd weer te geven wat er exact zou zijn besproken. Ik beperk mij dan ook tot het weergeven van enkele hoofdlijnen. Mijn gedachten heb ik op papier gezet.

legio lease-effecten, rekenvermogen

behandelbericht, hoorplicht, ontvangstbevestiging

De staatssceretaris van Financiën heeft het Beheersverslag Belastingdienst 2002 aangeboden aan de Tweede Kamer. Met het verslag legt de Belastingdienst verantwoording af aan de verschillende toezichthouders en opdrachtgevers. Het Beheersverslag is opgesplitst in twee delen. Het eerste deel beschrijft de resultaten en ontwikkelingen van de hoofdprocessen van de Belastingdienst. De operationele resultaten voor de primaire processen dienstverlening, toezicht, massaal proces en douane worden afgezet tegen de doelstellingen voor 2002. De ontwikkelingen in de hoofdprocessen worden beschreven aan de hand van de ontwikkeldoelen voor 2002. Elk hoofdstuk wordt gevolgd door een aantal overzichten met de cijfermatige resultaten van het betreffende proces. Deze tabellen vervangen het zogenoemde productieverslag, dat in de voorgaande jaren een zelfstandig onderdeel van het Beheersverslag was. Het tweede deel van het Beheersverslag bestaat uit de jaarrekening van de Belastingdienst. Daarmee wordt mede verantwoording afgelegd over het gevoerde financiële beheer over het begrotingsjaar 2002.

afwikkeling activum, koopoptie, staking

keuzevrijheid, vermogensetikettering

dienstbetrekking, loon, ondernemer, winstbegrip

dga, inruilkorting, optiehandel, toekomstige kosten, verliezen, voorziening

loon, ondernemer

eindafrekening, zetelverplaatsing

bewijslastverdeling, Jaaropgave

bron van inkomen, musicus

In NTFR 2003/213 maakten wij melding van de instelling van de Adviescommissie fiscale behandeling pensioenen. Deze commissie heeft tot taak om gevraagd en ongevraagd te adviseren over elementen van pensioenregelingen die buiten het wettelijke fiscale kader voor pensioenen vallen, maar wel van belang zijn voor een verdergaande flexibilisering van pensioenen. Recentelijk heeft de staatssecretaris van Financiën, in overeenstemming met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid het formele instellingsbesluit van de commissie gepubliceerd.

De staatssecretaris van Financiën heeft binnen een maand na de eerste publicatie (zie NTFR 2003/438) het besluit inzake lijfrenten die worden bedongen bij de omzetting van een oudedagsreserve en bij de omzetting van stakingswinst opnieuw uitgebracht . In het besluit werd goedgekeurd dat in de bedoelde situaties de lijfrente ingaat na het bereiken van de leeftijd van 70 jaar. Thans is het besluit uitgebreid met een paragraaf waarin is geregeld dat de regeling terugwerkt naar 1 januari 2003. Tevens keurt de staatssecretaris het volgende goed. Indien men alsnog in aanmerking komt voor de toepassing van art. 3.128 en/of 3.129 Wet IB 2001 in het jaar 2001, wordt de termijn waarbinnen de desbetreffende premies op grond van art. 3.130, lid 2, Wet IB 2001 moeten zijn betaald of verrekend verlengd tot 1 juli 2003. Een verzoek om de premies alsnog in het jaar 2001 in aanmerking te nemen, wordt aangemerkt als een bij de aangifte gemaakte keuze als bedoeld in artikel 3.130, lid 2, Wet IB 2001.

turbovordering

boetebeding

vertrouwensbeginsel, vooruitbetaalde rente

kosten van levensonderhoud, notariële verklaring, plaats in de samenleving

jaarloon voorafgaand jaar, tabel bijzondere beloningen

middeling

De staatssecretaris van Financiën brengt een Algemene maatregel van bestuur (AmvB) tot stand over de codificatie van de jurisprudentie over de aftrekbaarheid van hulpmiddelen als buitengewone uitgaven voor de inkomstenbelasting. Aan het Uitvoeringsbesluit inkomstenbelasting 2001 (UB 2001) wordt in een nieuw art. 20a de jurisprudentie over de hulpmiddelen op ruime wijze gecodificeerd. Onderscheid is er in hulpmiddelen in de zin van aanpassingen van de eigen woning (art. 20a, ond. a, UB 2001) en andere zaken en aanpassingen (art. 20a, ond. b, UB 2001). Tot en met 2001 zijn alleen de kosten van hulpmiddelen aftrekbaar die op medisch voorschrift zijn aangebracht en geen waardevermeerdering van de eigen woning tot gevolg hebben. Aanpassingen die wel een waardevermeerdering tot gevolg hebben, zijn tot 1 januari 2002 dus niet aftrekbaar. Na deze datum kan wel rekening worden gehouden met deze aanpassingen. De aftrek wordt dan bepaald aan de hand van een bepaalde formule. Voor de andere zaken en aanpassingen geldt dat deze kunnen worden afgetrokken als deze hoofdzakelijk door zieke of invalide personen worden gebruikt. Tot 1 januari 2002 geldt dat de zaken of aanpassingen alleen door zieke of invalide personen worden gebruikt.

totaalwinst

bedrijfsmiddel, obligaties, ruilarresten, vervangingingsreserve

houtopstanden, landgoed, Rangschikkingsbesluit

kadaster, lichaam

kansspelbelasting, tenaamstelling aanslag

ambtelijk verzuim, informatie op eenheid, onderzoeksplicht

gemotiveerde schatting winst, Procesduur, proceshouding gemachtigde

ambtelijk verzuim, navordering

Het komt steeds vaker voor dat de gerechtshoven de door de inspecteur opgelegde verzuim- en vergrijpboetes verminderen dan wel kwijtschelden, omdat zaken te lang op behandeling door de rechter hebben moeten wachten dan wel omdat de rechter van mening is dat de boete tot een te hoog bedrag is vastgesteld, gelet op de aard van het verzuim c.q. vergrijp. In zijn antwoord op de gestelde kamervragen geeft de staatsecretaris van Financiën aan dat de oorzaak ligt in een toenemend aanbod van zaken, met name bij Hof Den Bosch en dat men er naar streeft de doorlooptijden terug te dringen en de doelmatigheid bij de hoven te verbeteren.

conserverende aanslagregeling, vrijheid van vestiging

aanmerkelijkbelangregeling, Zweden

inlening, oculeerders, zelfstandige arbeid

Tijdens een extra Ecofin Raad op 19 maart jl. is onder andere gesproken over invoering van een Europese energiebelasting en over de ontwerprichtlijnen betreffende onderdelen van het belastingpakket (spaartegoeden, gedragscode schadelijke belastingmaatregelen en intrest/royalty's) waarover eerder een politiek akkoord werd gesloten (zie NTFR 2003/282). Aan het persverslag ontlenen wij het volgende.

Op 14 maart heeft de Hoge Raad het cassatieberoep van belanghebbende ongegrond verklaard onder verwijzing naar art. 81 Wet RO.

aan assurantietussenpersonen, hoofddiensten, vrijstelling

externe cateraar, openingsfestiviteiten pand, voorbelasting

landbouwregeling, ontheffing, terugwerkende kracht

overeengekomen prijs, subjectief, vergoeding

dienst, levering

stortplaats

afvalstoffenheffing, inzamelingsplicht

gewicht, proceskosten

belang, omslagklassen, subjectieve factoren, wateraanvoervoorziening