Aflevering 25

In verband met het feit dat de Economische Controle Dienst (ECD) per 1 september 1999 deel is gaan uitmaken van de Belastingdienst, zijn de bestaande Besluiten buitengewoon opsporingsambtenaar van de FIOD en van de ECD uit 1995 vervangen door één Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar Belastingdienst/FIOD-ECD. In het besluit wordt onder meer geregeld wie als buitengewoon opsporingsambtenaar zijn aangewezen en welke bevoegdheden de betreffende ambtenaren hebben.

De staatssecretaris heeft een aantal vragen die op 29 mei jl. zijn gesteld tijdens het Algemeen Overleg met de Vaste Commissie voor Financiën over knelpunten en problemen bij invoering van de Belastingherziening 2001 schriftelijk beantwoord. De staatssecretaris gaat vooral uitgebreid in op de nieuwe standaardvoorwaarden voor geruisloze inbreng in een BVof NV. De inventarisatie ten behoeve van dit overleg namen wij op in NTFR 2001/765.

afschrijving, uitgaverechten

verhuiskosten

dienstbetrekking, gezagsverhouding, motiveringsbeginsel, zorgvuldigheidsbeginsel

Dit besluit beschrijft in kort bestek de bestaande fiscale faciliteiten voor de fiets. Het besluit betreft een actualisering van het Besluit van 24 januari 1996, nr. DB96/55M per 1 januari 2001. In het besluit zijn bovendien 37 vragen en antwoorden opgenomen. Hierin wordt uitgebreid ingegaan op de vergoeding, verstrekking en terbeschikkingstelling van een fiets voor woon-werkverkeer en zakelijke reizen, de met een fiets samenhangende zaken, de afschrijving in de winstsfeer, de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek en de fietsaftrek. Naast de eerder gepubliceerde en thans geactualiseerde vragen en antwoorden, bevat het besluit ook een aantal nieuwe standpunten.

premieplicht, verzekeringsplicht

aftrekbaarheid, vooruitbetaalde rente

In dit besluit geeft de staatssecretaris van Financiën aan hoe een belegging in Eco Brasil (teakhout) onder de Wet IB 1964 fiscaal dient te worden behandeld. Het gaat om de door Eco Brasil aangeboden beleggingen in Eco Brasil Individueel Investeringsplan en het Eco Brasil Garantieplan. Eco Brasil BV meent dat geen sprake is van (in Nederland) belastbare inkomsten. De staatssecretaris denkt daar anders over.De belegging dient volgens de staatssecretaris te worden gezien als het ter beschikking stellen van een hoofdsom. De opbrengst, 12% per jaar, wordt daarom als rente belast. Omdat zowel de vergoeding als de aflossing onafhankelijk zijn van de inkomsten uit respectievelijk de waarde van de bosgrond, stelt de staatssecretaris zich op het standpunt dat niet wordt belegd in een recht op inkomsten uit bosgrond.

lijfrenten, overdracht onderneming, premieaftrek, voorwaarden

overige giften, pandit, schriftelijke bescheiden

loonbelasting, naheffing, voorheffing

co-ouderschap, kinderbijslag, kinderen

In totaal hebben ongeveer 150.000 belastingplichtigen bezwaar gemaakt tegen hun voorlopige aanslag inkomstenbelasting/premieheffing 2001 vanwege een indeling in de verkeerde box. Dit blijkt uit antwoorden die de minister van Financiën heeft gegeven in de nota naar aanleiding van het verslag betreffende de begroting van Financiën (IXB) voor 2001 (27757, nr. 1). De minister kon nog niet aangeven om welke bedragen het hierbij gaat. Dat zal begin 2002 duidelijk zijn. Begin dit jaar was door de staatssecretaris van Financiën in een persbericht uitgedragen dat de Belastingdienst verwachtte dat ongeveer 300.000 belastingplichtigen zouden moeten verzoeken om hun voorlopige aanslag naar boven of beneden bij te stellen. Zie NTFR 2001/120.

buitenlandse deelneming, Deelnemingsvrijstelling, feitelijke vestigingsplaats, fraus legis, oprichting naar Ned. recht

De invoeringswet Wet inkomstenbelasting voorziet in hoofdstuk 2, artikel IV, onderdeel B, in een overgangsmaatregel, inhoudende een additionele heffing van vennootschapsbelasting over bovenmatige winstuitdelingen (hierna: Overgangsheffing Vpb). Op sommige punten liggen er nog onbeantwoorde vragen vanuit de parlementaire behandeling. Ook vanuit de praktijk zijn inmiddels vragen gerezen over deze heffing. In dit besluit wordt een aantal vragen met betrekking tot de overgangsheffing Vpb behandeld.

De staatssecretaris heeft het goedkeurende besluit ten aanzien van de juridische fusie binnen fiscale eenheid herzien in verband met de wijziging van artikel 14b Wet Vpb (juridsche fusie) per 1 januari 2001.

bewijsconstructie, zwijgrecht

getuigenverhoor, oproeping

lijfrente, navordering, premies, terugwenteling

De minister van Financiën heeft, mede namens de staatssecretaris, verslag uitgebracht van een vergadering van de Ecofin Raad die plaatsvond op 15 juni te Gotenburg. Uit het verslag blijkt dat op fiscaal gebied slechts één punt aan de orde is geweest: de sinds het aantreden van de regering Bush gewijzigde opstelling van de Verenigde Staten in OESO-verband ten aanzien van tax havens. Omdat hierover op werkniveau binnen de OESO al vooruitgang is geboekt, werd besloten dat het sturen van een brief aan de VS hierover nu niet opportuun zou zijn.

De staatssecretaris heeft in dit besluit geregeld hoe inwoners van Kroatië vermindering van Nederlandse dividendbelasting kunnen krijgen. Dit naar aanleiding van het op 6 april jl. in werking getreden verdrag met Kroatië. De bepalingen van het verdrag met betrekking tot ontvangen of behaalde inkomsten en vermogen vinden in Nederland en in Kroatië toepassing vanaf 1 januari 2002.

kortingen, maatstaf van heffing, prijsvermindering

optie belaste levering, overdrachtsbelasting, vervaardiging

belaste levering, optie

doorlopende post, financieringsregeling, rente- en verzekeringskosten, vergoeding

kasstelsel, vergoeding, verhaal op afnemers

De staatssecretaris heeft meegedeeld geen beroep in cassatie te hebben ingesteld tegen de uitspraak van Hof Leeuwarden, nr. 234/99. Deze uitspraak namen wij op in NTFR 2001/380. Ter toelichting merkt hij het volgende op:

Sinds 1 januari 2001 is thuiszorg, ongeacht het winstbeogen, in artikel 11, lid 1,onderdeel g, sub 2, Wet OB van BTW vrijgesteld. Niet-winstbeogende kraamzorg was reeds vrijgesteld op grond van artikel 11, lid1, onderdeel f, Wet OB jo. artikel 7 en bijlage B, onderdeel b, sub 9, Uitvoeringsbesluit. De staatssecretaris keurt nu goed dat ook winstbeogende kraamzorg, kan delen in de BTW-vrijstelling van artikel 11, lid 1,onderdeel g, sub 2, Wet OB. Dit geldt echter alleen voor de daadwerkelijke kraamzorg, en dus niet voor degene die bij dit soort kraamzorg bemiddelt. Wel kan er eventueel sprake zijn van een doorlopende post.

In antwoord op vragen van het Tweede Kamerlid van der Vlies heeft de staatssecretaris aangegeven dat de Europese Zesde BTW-richtlijn de Nederlandse wetgever geen mogelijkheden geeft, om het tegen betaling keuren van huisdieren door dierenhouderijorganisaties buiten de BTW-heffing te laten. Deze prestatie vindt in het economisch verkeer plaats en is daarmee nu eenmaal onderworpen aan de BTW-heffing. Ook ten aanzien van het uitbreiden van de vrijstellingsbepalingen of het plaatsen onder het verlaagde BTW-tarief, ziet de staatssecretaris geen mogelijkheden.

Volgens de staatssecretaris is het ontwerpen en onderhouden van een website te kwalificeren als een dienst, waarbij de eventuele levering van een gegevensdrager ondergeschikt is aan de dienst en daar aldus in opgaat. Voor de plaats van dienst is van toepassing artikel 6, lid 2 onderdeel d, sub 3 van de Wet op de omzetbelasting 1968. Het onderhoud is op één lijn te stellen met het ontwikkelen van software en valt daardoor onder dezelfde bepaling.

braakliggend perceel, weg

De staatssecretaris heeft zijn beroep in cassatie tegen de uitspraak van Hof Arnhem, nr. 99/00477, ingetrokken. Deze uitspraak namen wij op in NTFR 2000/1640. Ter toelichting merkt hij het volgende op:

verbruik

staangeld woonwagens, tariefbepaling, verbindendheid

120%, tariefsnorm, verbindendheid, zeer geringe overschrijding

125%, geringe overschrijding, tariefsnorm

bezoekersvergunning, grijs kenteken

Het verdrag tussen het Nederland en Duitsland inzake de wederzijdse administratieve bijstand bij de invordering van belastingschulden en de uitreiking van documenten treedt op 23 juni 2001 in werking. De Nederlandse tekst van het Verdrag is gepubliceerd in Tractatenblad 1999, 113. Het verdrag wordt, tenzij sprake is van bijzondere omstandigheden, niet toegepast voor bedragen minder dan 700 Euro per verzoek om bijstand bij invordering.

Het op 21 mei 1999 met de Bondsrepubliek Duitsland gesloten Verdrag inzake de wederzijdse adminsitratieve bijstand bij de invordering van belastingschulden en de uitreiking van documenten is op 23 juni 2001 in werking getreden. De Nederlandse tekst van het verdrag is gepubliceerd in het Tractatenblad 1999, 113.

doorzending, ten onrechte in beroep, tweede beschikking

aankoop voor peildatum