Aflevering 11

Gepubliceerd op 11 maart 2004

NTFR 2004/324 - Koudwatervrees bij de wetgever! Over de onmogelijkheid van een fiscale eenheid met een buitenlandse dochtermaatschappij

Aflevering 11, gepubliceerd op 11-03-2004 geschreven door prof. dr. mr. E.J.W. Heithuis
Per 1 januari 2003 is het ingrijpend gewijzigde fiscale–eenheidsregime in de vennootschapsbelasting in werking getreden. Belangrijk onderdeel van dit gewijzigde regime is de wijze waarop in dit nieuwe regime met buitenlandse dochtermaatschappijen wordt omgegaan. De hoofdregel is dat een fiscale eenheid alleen kan worden aangegaan tussen een feitelijk volgens art. 4 AWR 1959 in Nederland gevestigde moedermaatschappij en een eveneens feitelijk volgens art. 4 AWR 1959 in Nederland gevestigde dochtermaatschappij. Buitenlandse maatschappijen kunnen dus niet als moeder– of dochtermaatschappij in een fiscale eenheid worden gevoegd. Op deze hoofdregel bevat de wet een belangrijke uitzondering en dat is de mogelijkheid een buiten Nederland gevestigde moeder– of dochtermaatschappij in een fiscale eenheid te voegen, mits deze maatschappij beschikt over een vaste inrichting in Nederland. Onder het oude fiscale–eenheidsregime was dit niet mogelijk. Anderzijds kan een in het buitenland gevestigde naar Nederlands recht opgerichte NV of BV niet meer worden gevoegd in een fiscale eenheid. De vestigingsplaatsfictie van art. 2, lid 4, Wet VPB 1969 geldt namelijk niet langer voor art. 15 e.v. Wet VPB 1969, zodat een fiscale eenheid met een in het buitenland gevestigde naar Nederlands recht opgerichte NV of BV niet meer tot de mogelijkheden behoort.

NTFR 2004/326 - Aandelenopties werknemers in toekomst alleen belast bij uitoefening

Aflevering 11, gepubliceerd op 11-03-2004
De Nederlandse corporate governance code, opgesteld door de Commissie-Tabaksblat, is door het kabinet aangewezen als gedragscode voor beursgenoteerde vennootschappen. Het kabinet vindt dat de code een bijdrage levert aan het herstel van het vertrouwen bij beleggers en het brede publiek in de integriteit van bestuurders, commissarissen en financiële marktpartijen. Dit hebben de ministers Zalm (Financiën), Donner (Justitie) en Brinkhorst (Economische Zaken) de Tweede Kamer laten weten.

NTFR 2004/336 - Kamervragen over pc-regeling

Aflevering 11, gepubliceerd op 11-03-2004
Het Tweede-Kamerlid Dezentjé Hamming heeft vragen gesteld aan de staatssecretaris van Financiën over de pc-privé-regeling. De vrijstelling voor computers en bijbehorende apparatuur werd met ingang van 1 januari 2004 verlaagd van € 2.269 naar € 1.415 per drie kalenderjaren.

NTFR 2004/338 - Pemba en eigen risico voor kleine bedrijven

Aflevering 11, gepubliceerd op 11-03-2004
De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft een nota naar aanleiding van het verslag aan de Tweede Kamer gezonden, over het wijzigingsvoorstel 29 292, wetsvoorstel premiedifferentiatie kleine werkgevers (zie NTFR 2003/1957). Hij heeft daarbij ook een nota van wijziging ingediend.

NTFR 2004/339 - Besluit privé-gebruik auto en toepassing autokostenforfait geactualiseerd

Aflevering 11, gepubliceerd op 11-03-2004
De staatssecretaris van Financiën brengt een geactualiseerde versie uit van een verzamelbesluit over privé-gebruik auto en toepassing autokostenforfait (besluit van 12 december 2001, nr. CPP2001/2139M, NTFR 2001/1728). Het nieuwe besluit geldt voor de wetgeving die geldt tot en met 31 december 2003. Binnenkort zal dit nieuwe besluit al weer opnieuw worden aangepast aan de wetgeving per 1 januari 2004.

NTFR 2004/340 - Regeling sociaal-ethisch beleggen

Aflevering 11, gepubliceerd op 11-03-2004
De minister van Ontwikkelingssamenwerking (OSW) maakt mede namens de staatssecretaris van Financiën in een persbericht bekend dat de Europese Commissie voor 20 jaar haar goedkeuring heeft verleend aan de fiscale faciliteiten voor sociaal-ethisch beleggen. De faciliteiten treden met terugwerkende kracht per 1 januari 2004 in werking. De Regeling sociaal-ethisch beleggen 2004, die eerder in concept is 'voorgehangen' bij de Tweede Kamer (NTFR2002/40), is op 4 maart in de Staatscourant (nr.44) gepubliceerd. Thans kunnen particuliere beleggers ook voor de inleg in een sociaal-ethisch fonds een vrijstelling voor maatschappelijke beleggingen in box 3 genieten van maximaal € 51.390 (2004) . De inlegger heeft tevens recht op een heffingskorting van 1,3% over het vrijgestelde bedrag. De minister van OSW heeft dit ook via een brief aan de Tweede Kamer meegedeeld.

NTFR 2004/346 - Vrijstelling overdrachtsbelasting stedelijke herstructurering

Aflevering 11, gepubliceerd op 11-03-2004
In art. 15, lid 1, onderdeel o, Wet bel.rv. is sinds 1 januari 2003 een vrijstelling opgenomen voor verkrijgingen van onroerende zaken door in Nederland gevestigde lichamen die de bevordering van stedelijke herstructurering ten doel hebben. Bij de onderhavige regeling worden de gevallen aangewezen en voorwaarden vastgesteld waaronder deze vrijstelling kan worden toegepast. De vrijstelling is uitsluitend bedoeld voor een brede aanpak van de problemen in een wijk waarvoor door meerdere partijen een tijdelijk samenwerkingsverband wordt opgericht (wijkontwikkelingsmaatschappij). De voorwaarden voor de toepassing van de vrijstelling houden in de eerste plaats in dat een wijkontwikkelingsmaatschappij als zodanig moet zijn aangewezen door de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer. Verkrijgingen door de wijkontwikkelingsmaatschappij kunnen dan vrij van overdrachtsbelasting plaatsvinden. Ter zake van de toedeling of overdracht van de onroerende zaken aan de participanten bij beëindiging van de samenwerking wordt wel overdrachtsbelasting geheven.

NTFR 2004/347 - Kapitaalsbelasting bij inbreng 100% aandelenpakket

Aflevering 11, gepubliceerd op 11-03-2004
De staatssecretaris verduidelijkt zijn standpunten over de vrijstelling van kapitaalsbelasting bij inbreng van 100%-aandelenpakketten. Op 4 augustus 1997 is in een besluit vastgelegd dat de inbreng van een dergelijk pakket wordt aangemerkt als de verwerving van een zelfstandig onderdeel van een onderneming. Op grond van art. 37, lid 2, onderdeel b, Wet BRV is dan een vrijstelling van kapitaalsbelasting van toepassing. Als uitzondering daarop gold de situatie dat het door het 100%-aandelenpakket vertegenwoordigde geen onderneming kan vormen.

NTFR 2004/355 - Belastingverdragen; voorkoming dubbele belasting in box 3, schulden

Aflevering 11, gepubliceerd op 11-03-2004
In dit besluit beantwoordt de staatssecretaris een vraag over de voorkoming van dubbele belasting onder de belastingverdragen bij in het buitenland gelegen onroerende zaken die in de Wet IB 2001 in box 3 vallen. De voorkoming van dubbele belasting wordt volgens het besluit verleend over het buitenlandse voordeel uit sparen en beleggen, waarbij de waarde van de in het buitenland gelegen onroerende zaak wordt gesaldeerd met de waarde van de schulden die verband houden met die onroerende zaak.

NTFR 2004/357 - Aanvulling Uitvoeringsregeling WKA 2004

Aflevering 11, gepubliceerd op 11-03-2004 geschreven door mr. J.D. Schouten
De minister van SZW en de staatssecretaris van Financiën publiceerden in december 2003 de Uitvoeringsregeling inleners-, keten- en opdrachtgeversaansprakelijkheid 2004 (zie NTFR 2004/32). De bijlage met een model van een G-rekeningovereenkomst is in het thans gepubliceerde besluit vervangen. In het model was ten onrechte geen bepaling opgenomen over de plicht van de ontvangen partij tot terugstorting ingeval de storting afkomstig was van een andere G-rekening en geen betrekking had op aanneming van werk of uitlening van personeel. Verder is geregeld dat de rekeninghouder moet melden dat een aanvraag tot toepassing van de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen is gedaan.