Ga verder naar content
SduNDFR

Aflevering 33

Gepubliceerd op 15 augustus 2002

NTFR 2002/1127 - Vereenvoudiging loonbelasting door verandering heffingstechniek inkomstenbelasting

Aflevering 33, gepubliceerd op 15-08-2002 geschreven door mr. G.W.B. van Westen
Het zal de fiscale professional niet zijn ontgaan dat er regelmatig vragen worden opgeworpen over en voorstellen worden gedaan voor vereenvoudiging van de loonbelasting. Het rapport–Heerendiensten, in 1985 geschreven onder leiding van oud–staatssecretaris Grapperhaus, vroeg al aandacht voor de steeds complexer en bewerkelijker wordende regelgeving en regelmatig halen ambtelijke en wetenschappelijke werkgroepen de publiciteit met dit onderwerp. Onlangs zijn er zelfs twee congressen over de toekomst van de loonbelasting georganiseerd door Deloitte & Touche (november 2001) en door het Ministerie van Financiën (juni 2002). En ten slotte werd recent in het kader van de Wet Walvis een uitgebreid pakket wetsvoorstellen tot administratieve lastenverlichting ingediend

NTFR 2002/1141 - Geen dubbele heffing bij buitenlands pensioen

Aflevering 33, gepubliceerd op 15-08-2002
De staatssecretaris van Financiën heeft het besluit van 26 maart 1997, DB97/596M (Infobulletin 1997/267) gewijzigd en opnieuw uitgebracht. In dit besluit is een voorziening getroffen ter voorkoming van dubbele heffing over in het buitenland opgebouwde zuivere pensioenen.

NTFR 2002/1142 - Vergoeding en verstrekking van werkkleding

Aflevering 33, gepubliceerd op 15-08-2002
De staatssecretaris van Financiën heeft op 6 augustus 2002 een besluit afgegeven waarin hij duidelijkheid probeert te geven over de vraag wanneer kleding als werkkleding kan worden aangemerkt. Dit besluit is ook van toepassing voor de premieheffing werknemersverzekeringen.

NTFR 2002/1154 - Vragen en antwoorden over de verliesverwatering ex art. 20a Wet VPB

Aflevering 33, gepubliceerd op 15-08-2002
Sinds 1 januari 2001 is in art. 20a Wet VPB 1969 een regeling opgenomen waardoor verliezen onder omstandigheden niet meer verrekenbaar zijn met latere winsten. Dat doet zich voor indien, kort samengevat, met name aan twee voorwaarden is voldaan: het uiteindelijk belang in de belastingplichtige is in belangrijke mate gewijzigd en de bezittingen van de belastingplichtige bestaan gedurende een bepaalde periode grotendeels uit beleggingen. In een besluit zijn twaalf vragen en antwoorden over de werking van het artikel opgenomen.