Aflevering 45

Een pleidooi voor afschaffing van de tegenbewijsregeling in het autokostenforfait.

De staatssecretaris van Financiën heeft de nota naar aanleiding van het verslag met betrekking tot het wetsvoorstel Overige Fiscale Maatregelen 2004 ingediend bij de Tweede Kamer. Daarbij heeft hij tevens een (tweede) nota van wijziging op het wetsvoorstel ingediend. De plenaire behandeling van het wetsvoorstel in de Tweede Kamer staat gepland voor 10 tot en met 13 november a.s. Het wetsvoorstel behandelden wij in NTFR 2003/1524.

De staatssecretaris van Financiën heeft de nota naar aanleiding van het verslag met betrekking tot het Belastingplan 2004 ingediend bij de Tweede Kamer. Daarbij heeft hij tevens een (derde) nota van wijziging op het wetsvoorstel ingediend. De plenaire behandeling van het wetsvoorstel in de Tweede Kamer staat gepland voor 10 tot en met 13 november aanstaande. Het wetsvoorstel namen wij op in NTFR 2003/1570.

arbeidskostenforfait, omrijkilometers

De staatssecretaris van Financiën heeft een besluit uitgebracht met 23 vragen en antwoorden over spaarloon. Het besluit bevat, anders dan inmiddels gebruikelijk, géén vermelding dat het ook geldt voor de werknemersverzekeringen.

De staatssecretaris van Financiën heeft de nota naar aanleiding van het Verslag met betrekking tot het wetsvoorstel bevorderen van de financiering van de eigen woning met eigen middelen (materiële implementatie initiatiefwetsvoorstel Hillen) ingediend bij de Tweede Kamer. De plenaire behandeling van het wetsvoorstel in de Tweede Kamer staat gepland voor 10 tot en met 13 november a.s. De regering gaat in deze nota uitgebreid in op de keuze voor de vormgeving van het wetsvoorstel. Tot een wijziging van het voorstel leidt dit niet. Ook vormt het wetsvoorstel geen aanleiding om het eigenwoningforfait in heroverweging te nemen. Met het wetsvoorstel streeft de regering ernaar om het aantal woningbezitters zonder eigenwoningschuld of met een geringe eigenwoningschuld in 2008 te laten stijgen ten opzichte van 2003. Om budgettaire redenen wordt vastgehouden aan inwerkingtreding per 1 januari 2005.

In vijf vragen en antwoorden behandelt de staatssecretaris van Financiën (de financiering van) het aandeel in een vereniging van eigenaren (VVE).

aanmerkelijk belang, binnenlands belastingplichtig, emigratie, woonplaats

vermogensbeheer, werkkamer

De staatssecretaris van Financiën heeft in de nota naar aanleiding van het verslag met betrekking tot het wetsvoorstel implementatie van de spaarrenterichtlijn de vragen beantwoord van diverse Tweede-Kamerfracties. Die vragen gaan onder andere over de met derdelanden nog te sluiten overeenkomsten in relatie tot het geplande invoeringstijdstip van de richtlijn (1 januari 2005), over het feit dat enkele landen (België, Luxemburg en Oostenrijk) tijdens de overgangsperiode niet automatisch gegevens zullen verstrekken en de gevolgen daarvan, over de reikwijdte van de richtlijn, over de mogelijkheden met betrekking tot het gebruik van ontvangen rentegegevens door Nederland en over budgettaire aspecten.

De staatssecretaris van Financiën publiceert een besluit met vijf vragen en antwoorden over het overgangsrecht inkomstenbelasting 2001 met betrekking tot rente-inkomsten en lopende termijnen (hoofdstuk 2, art. I, onderdeel AK, Aka en Akaa, IW IB 2001).

echtscheiding, onderbedeling, rente

De staatssecretaris van Financiën is op 21 oktober jl. tijdens het vragenuurtje in de Tweede Kamer stevig aan de tand gevoeld over zijn uitspraken dat alleenstaanden meer belasting moeten betalen dan gezinnen (LOF-congres, 17 oktober 2003).

In een besluit keurt de staatssecretaris van Financiën goed dat een minderjarige ongehuwde moeder die een gezamenlijke huishouding voert met haar kind en haar meerderjarige partner toch als fiscale partner kan worden aangemerkt. De goedkeuring geldt in de situatie waarin de vrouw de leeftijd van 16 jaar heeft bereikt en door de kinderrechter meerderjarig wordt verklaard. In dat geval wordt zij voor de toepassing van art. 1.2, Wet IB 2001, vanaf de geboorte van haar kind als meerderjarig gezien. Zij wordt echter niet eerder geacht meerderjarig te zijn dan vanaf het tijdstip waarop zowel zij 16 jaar is als het kind is geboren.

Belastingplichtigen die voor een deel van het kalenderjaar als partner worden aangemerkt, kunnen op grond van art. 2.17, lid 7, Wet IB 2001 kiezen voor voljaarpartnerschap. Voljaarpartners kunnen gemeenschappelijke inkomensbestanddelen en bestanddelen van de rendementsgrondslag aan elkaar toerekenen in de onderlinge verhouding die zij hiervoor kiezen. De staatssecretaris van Financiën geeft in drie vragen en antwoorden informatie over de herziening van deze keuze.

Monumentuitgaven zijn als persoonsgebonden aftrekpost aftrekbaar in de inkomstenbelasting. Door middel van 8 vragen en antwoorden behandelt de staatssecretaris van Financiën in een besluit enige aspecten van de uitgaven voor monumentenpanden. De volgende onderwerpen komen aan de orde:

backservice, pensioen, voorziening, winst

Een eerste vraag-en-antwoordbesluit over de vanaf 2003 geldende regeling voor de fiscale eenheid is openbaar gemaakt. In het besluit worden vijf vragen beantwoord. Die vragen zien op de volgende onderwerpen:

ontvankelijkheid

boete, verzuimenreeks

niet-ontvankelijkheid, terugwijzing

niet-ontvankelijk, parkeerbelasting

bevoegdheid, invorderingsmaatregelen, opheffen beslag, voorlopige voorziening

appartement, meerderheidsregel, referentiegroep, WOZ-waarde

avas, verzuimboete

aankoopkosten, KB LUX, microfiches, onrechtmatig verkregen bewijs

De minister van Justitie en de staatssecretaris van Financiën hebben het wetsvoorstel belastingrechtspraak in twee feitelijke instanties ingediend bij de Tweede Kamer. Dit wetsvoorstel voorziet in de invoering van beroep bij de rechtbank en hoger beroep bij het gerechtshof in belastingzaken. Dit betekent dat er in de belastingrechtspraak een tweede feitelijke instantie wordt ingevoerd. Hiervoor worden de Wet op de rechterlijke organisatie, de Algemene wet inzake rijksbelastingen en enige andere wetten gewijzigd. Gestreefd wordt naar inwerkingtreding van het wetsvoorstel per 1 januari 2005.

muziekensembles, muziekuitvoeringen, solisten

doorlopende post, gelijkheidsbeginsel, levering elektriciteit, levering van aardgas, regulerende energiebelasting

Een ondernemer exploiteert een café/dancing. De klanten moeten bij een centrale kassa munten aanschaffen voor € 1,75 per stuk. Met deze munten kunnen consumpties worden betaald. De munten zijn een jaar geldig. Niet-gebruikte munten kunnen niet worden ingewisseld voor geld. De staatssecretaris is van mening dat de ondernemer pas BTW verschuldigd is op het moment dat de munten worden ingeleverd voor de consumpties. De uitgifte van de munten op zich is geen belastbare prestatie en kan ook niet worden aangemerkt als een vooruitbetaling (art. 13, lid 2, Wet OB 1968) omdat een levering of dienst nog niet overeengekomen is. In het besluit worden voorts op een aantal administratieve verplichtingen gewezen.

Bij een bouwproject van woningen wordt op een bepaald moment gas, water en elektra op naam van de kopers afgesloten. Bouwbedrijven gebruiken dit gas, water en elektra voor onder andere het droogstoken en reinigen van de woning. Bij de oplevering vergoedt het bouwbedrijf aan de koper hetgeen van de nutsbedrijven is afgenomen. De vraag of deze creditering, die veelal in mindering wordt gebracht op de totaalafrekening, de maatstaf van heffing verlaagt, antwoordt de staatssecretaris dat dat niet het geval is.

energiepremie, recreatiewoning

Voor de tuinbouw geldt een verlaagd tarief voor de REB voor het gebruik van minerale olie als er geen aansluiting voor aardgas is. Als er wel een aansluiting is, maar deze onvoldoende capaciteit heeft om te worden gebruikt voor het stomen (ontsmetten) van tuinbouwgronden, kan het verlaagde tarief eigenlijk niet worden toegepast. De staatssecretaris keurt in dit besluit goed dat het verlaagde tarief ook in deze situatie kan worden toegepast voor halfzware olie, gasolie en vloeibaar gemaakt petroleumgas.

gelijkheidsbeginsel, Havengeld, ligplaatsen, schriktarief, woonschip

aanvraag, bouwvergunning, griffierecht, leges, principe-uitspraak, windturbineparken

huurwaardekapitalisatiefactor, werkelijke huur