Aflevering 22

Over het fiscale vestigingsklimaat is genoeg geklaagd de laatste jaren. De klachten gingen vooral over de reparatiewetgeving inzake de kostenaftrek voor hybride leningen, de handel in verlies–BV‘s, de omzetting van waardeloze vorderingen in schulden en andere regelingen in de deelnemingsvrijstelling. Daarnaast speelde de uitvoering door de Belastingdienst parten. Er wordt over een breed front geklaagd over de gang van zaken bij de kennisgroepen, de rulingpraktijk en in het algemeen het afnemend dienstbetoon van de fiscus in de vorm van vooroverleg. Merkwaardigerwijs waren er vanuit de praktijk weinig klachten over het tarief van de vennootschapsbelasting. Dat was overigens wel een zorg voor de bewindslieden. Nog in 1997 constateerde de toenmalige staatssecretaris van Financiën dat het tarief van 35 procent internationaal concurrerend was. Toch keerde het tij snel, want in 2002 beval de Commissie–Van Rooij in hun rapport aan dat het VPB–tarief naar 30 procent zou moeten. Voornaamste overweging was dat de Nederlandse ondernemingen de schaalgrootte van de markt tegen hebben en zich daardoor sneller geconfronteerd weten met dubbele heffing als gevolg van het werken o.a. in de diverse landen van de Europese Unie. De regering nam het rapport in die zin over dat er gefaseerd een paar (halve) puntjes voor het tarief zouden afgaan. Het is zo ver niet gekomen want staatssecretaris Wijn pakt de zaken rigoureus aan. Eerst wordt het tarief per 2007 verlaagd naar 30 procent, maar hij doet meer. Hij ziet de noodzaak van een verbetering van het ondernemingsklimaat in en begint met een aantal maatregelen die de scherpe kanten van eerder beleid wegnemen of op zijn minst verzachten. Te denken valt aan de kwestie rondom de winstopslag op doorbelaste hoofdkantoorkosten, de versnelling van de APA–praktijk, de afschaffing van art. 12 Wet VPB 1969 en de verdere maatregelen in die sfeer. Bovendien wordt de rem gezet op het fiscale hobbyisme en de grensverkenning door de kennisgroepen. Wat mij betreft prima maatregelen, waar overigens nog best wat aan toe te voegen is.

duiding, optie, zakelijkheid

optiecontracten, opties, verlies uit aanmerkelijk belang

De staatssecretaris van Financiën heeft de nota naar aanleiding van het verslag aan de Eerste Kamer gezonden inzake het wetsvoorstel aftrekuitsluiting van steekpenningen. In de nota wordt veel aandacht gegeven aan de vraag of de inspecteur op de stoel van de strafrechter moet gaan zitten voor de beoordeling van de aangifte. Verder wordt aandacht gegeven aan de toezegging een aanslag ambtshalve te verminderen indien in de strafprocedure gerede twijfel bestaat of sprake is van één van de feiten of delictsomschrijvingen waarnaar wordt verwezen in het Wetboek van Strafrecht. Ten slotte is van de omringende landen een overzicht gegeven van vergelijkbare aftrekuitsluitingen.

anoniementarief, loonbelastingverklaringen, valse identiteitsbewijzen

dag-en weekbladen, kostenvergoeding, lunchkosten, representatiekosten, traktaties

De staatssecretaris van Financiën heeft een besluit uitgebracht waardoor werknemers zonder fiscale gevolgen een zogenoemde ZuidOost-pas kunnen ontvangen naast een onbelaste reiskostenvergoeding voor hun reguliere woon-werkverkeer. Het besluit werd aangekondigd in antwoorden op kamervragen (zie NTFR 2005/570)

De staatssecretaris van Financiën heeft Kamervragen beantwoord over de mogelijkheid om verlofdagen via een zogenoemde cafetariaregeling te besteden voor een goed doel. Hij geeft aan dat een dergelijke omruil niet onbelast kan geschieden. Net als zijn ambtsvoorgangers gaat hij dit ook niet mogelijk gaat maken.

De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft een Nota naar aanleiding van het verslag en een Nota van Wijziging inzake het wetsvoorstel Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) ingediend bij de Tweede Kamer. Het kabinet streeft ernaar dat de WIA de WAO vervangt met ingang van 1 januari 2006. Met de Nota van Wijziging worden enkele technische onjuistheden en onvolkomenheden in de WIA hersteld.

Het wetsvoorstel Invoering en financiering Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (IWIA) is ingediend bij de Tweede Kamer. De Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA; zie NTFR 2005/411) vervangt de WAO met ingang van 1 januari 2006. In de IWIA wordt een groot aantal zaken geregeld die verband houden met het wetsvoorstel WIA.

Per 1 januari 2006 vervalt in verband met de Wet VUT/prepensioen/levensloop (VPL) de mogelijkheid om lijfrentepolissen te gebruiken voor een zogenoemde overbruggingslijfrente (zie onder meer NTFR 2004/1377). Ingevolge de Wet VPL kunnen alleen lijfrentepolissen die vóór 1 januari 2006 zijn gesloten, nog worden gebruikt voor een overbruggingslijfrente. Voorwaarde is dan wel dat deze mogelijkheid uitdrukkelijk in de polis was opgenomen. Dit is bij veel polissen niet het geval.

De staatssecretaris van Financiën heeft een besluit uitgebracht over het begrip regeling voor vervroegde uittreding, de afgrenzing met loonstamrechten, eenmalige ontslaguitkeringen en het overgangsrecht.

bevoordeling, bewust, uitdeling

grondgebruikverklaring, huurwaardeforfait

drempel, giften, Wereldbank

emigratie, pensioenlichaam, pensioenreserves, waardering

De Tweede Kamer heeft het wetsvoorstel over de behandeling van afgewaardeerde vorderingen en de aanpassing van de afwaarderingsverliesregeling in de deelnemingsvrijstelling aanvaard. Dat is gebeurd op 24 mei 2005. Na het toevoegen van een versoepeling in de terugwerkende kracht waarmee art. 12 Wet VPB 1969 is ingetrokken (zie NTFR 2005/385) zijn er geen grote veranderingen meer voorgesteld en aangenomen. Door middel van een vierde nota van wijziging van 15 april 2004 zijn nog een enkele verschrijving en verwijzing aangepast. Verder is via een amendement van de Tweede Kamer van 28 april 2005 op één punt de bewijslast voor belastingplichtigen versoepeld. Het gaat dan om de bewijslast ten aanzien van het niet ten laste brengen van de afwaardering van een vordering van Nederlandse winst.

De staatssecretaris van Financiën heeft de nota naar aanleiding van het verslag betreffende het wetsvoorstel afschaffing van het concernfinancieringsregime aan de Tweede Kamer gezonden. Hij benadrukt dat de voorgestelde overgangsregeling het maximale onderhandelingsresultaat was. Verder gaat hij in op de budgettaire derving en het aantal ondernemingen dat onder de overgangsregeling valt. Hij verwacht dat een groot deel van die ondernemingen aan het einde van de overgangstermijn geen reserve meer heeft die belast moet vrijvallen. Er worden geen aanpassingen van het wetsvoorstel aangekondigd.

Een aantal partijen hebben gereageerd op de nota ‘Werken aan winst‘, zoals de staatssecretaris die recentelijk aan de Tweede Kamer heeft gestuurd (NTFR 2005/587 en 683). In de nota worden voorlopige plannen gepresenteerd voor toekomstige aanpassingen in vooral de vennootschapsbelasting en in mindere mate de inkomstenbelasting.

last, legaat, vrij van recht

leegwaarde

De staatssecretaris heeft vragen beantwoord over de elektronische aangifte van deelnemers in een commanditaire vennootschap.

kantoortoets, reguliere controle, vergrijpboete

In dit besluit wordt bekend gemaakt voor welke berichten de elektronische weg tussen burgers en de Belastingdienst is geopend en welke eisen daarbij worden gesteld. In aanvulling op het besluit van 5 november 2004, CPP2004/2142M (NTFR 2004/1745) worden bij dit besluit tevens de genoemde elektronische formulieren vastgesteld.

emigratie vennootschap, goede trouw, omkeerregel, strafheffing

belastingverdrag, emigratie vennootschap, goede trouw, omkeerregel, pensioenrechten, strafheffing

belastingverdrag, emigratie vennootschap, erkende verzekeraar, goede trouw, omkeerregel, pensioenaanspraak

belastingverdrag, emigratie vennootschap, erkende verzekeraar, goede trouw, omkeerregel, pensioenrechten

afzonderlijk, mandaatregeling, stallingsbeschikking

sociale aard, verzorgingstehuis, winst beogen

plaats van dienst, speelautomatenexploitatie, vermakelijkheidsactiviteiten

beroepsbeoefenaar

rechtsstrijd, zwaar motorrijtuig

parkeerbelasting

bouwvergunning, heffingsmaatstaf, leges

Met het voorliggende wetsvoorstel wordt uitvoering gegeven aan het in het Hoofdlijnenakkoord voor het kabinet CDA, VVD en D66 neergelegde voornemen om het gebruikersdeel van de onroerendezaakbelasting (OZB) op woningen af te schaffen en de stijging van de OZB op bedrijfspanden en het eigenarendeel op woningen, na overleg met de gemeenten, te maximeren.