Aflevering 12

Gepubliceerd op 19 maart 2009

NTFR 2009/616 - Fout ter zake van informeel kapitaal kan niet meer via foutenleer worden hersteld

Aflevering 12, gepubliceerd op 19-03-2009 met annotatie van drs. N.M. Ligthart
In 1991 zijn de aandelen in belanghebbende verkocht aan B SA. De verkopende vennootschap heeft een recht op vrijwaring bedongen tegen claims van de klanten van belanghebbende. Belanghebbende, die deze vrijwaring heeft aanvaard, heeft ter zake hiervan tot en met 2000 geen balanspost opgevoerd. In 1998 heeft belanghebbende op grond van de vrijwaring € 235.669 van de verkopende vennootschap ontvangen en tot haar winst gerekend. Vaststaat dat dit niet correct is. In geschil is of belanghebbende met toepassing van de foutenleer het in 1998 ontvangen en in dat jaar – ten onrechte – als winst geboekte bedrag alsnog (als informeel kapitaal) ten laste van haar winst van 2001 (het oudste openstaande jaar) kan boeken. Hof Den Bosch (NTFR 2007/1110) heeft dat toegestaan. De Hoge Raad denkt hier echter anders over. De in het verleden gemaakte fout betreft namelijk het ter zake van de vordering niet in aanmerking nemen van een informele kapitaalstorting. Voor zover deze vordering vóór 2001 is afgelost, vormt deze geen onderdeel meer van het ondernemingsvermogen en leidt deze fout in zoverre niet tot een onjuiste vaststelling van het eindvermogen van 2000. Derhalve kan de vordering – voor zover afgelost – niet bij de vaststelling van het eindvermogen 2000 in aanmerking worden genomen. Dit betekent dat de in 1998 gemaakte fout niet met toepassing van de foutenleer in 2001 kan worden hersteld.

NTFR 2009/619 - Gedeeltelijke overdracht leidt tot heffing over gehele pensioenaanspraak

ECLI:NL:HR:2009:BF0931, datum uitspraak 13-03-2009, publicatiedatum 13-03-2009
Aflevering 12, gepubliceerd op 19-03-2009 met annotatie van mr. J.D. Schouten
Belanghebbende is in dienstbetrekking werkzaam geweest bij de bv van haar echtgenoot. In 1989 is haar een pensioen toegezegd. De pensioentoezegging was tot 1 december 2002 volledig verzekerd bij een verzekeringsmaatschappij. Per die datum bedroeg de waarde van de pensioenaanspraak van belanghebbende € 120.076. In 2002 heeft de verzekeringsmaatschappij op verzoek van belanghebbende een deel van de verplichting ingevolge de pensioenregeling – de waarde van de pensioenaanspraak per 1 januari 1995, ten bedrage van € 36.020 – overgedragen aan de bv. De bedoeling was dat de bv dit deel van het pensioen in eigen beheer zou uitvoeren. Het restant bleef verzekerd bij de verzekeringsmaatschappij. De echtgenoot van belanghebbende was in 2002 en in voorgaande jaren enig aandeelhouder van de bv. In geschil is of de gedeeltelijke overdracht van de pensioenregeling leidt tot een heffing over de gehele pensioenaanspraak.

NTFR 2009/620 - Vertrouwen op het Handboek loonheffingen

Aflevering 12, gepubliceerd op 19-03-2009
De staatssecretaris van Financiën heeft een nieuw besluit uitgebracht. Dit besluit is een actualisering van het besluit van 22 augustus 2007, nr. CPP2007/1465M (NTFR 2007/1574), inzake loon, vrijgesteld loon en vrije vergoedingen en verstrekkingen.

NTFR 2009/621 - Opnieuw Kamervragen over kostenvergoeding prostitutiebranche

Aflevering 12, gepubliceerd op 19-03-2009
De staatssecretaris van Financiën heeft opnieuw (zie NTFR 2009/151) Kamervragen beantwoord over het convenant inzake sekswerkers en met name over de vaste kostenvergoeding die daar deel van uitmaakt. De Belastingdienst heeft de afspraak gebaseerd op kostensoorten die kunnen kwalificeren voor vrije vergoedingen. De kostenvergoeding komt volgens de staatssecretaris niet in strijd met de beslissing van de Hoge Raad in zijn arrest van 23 januari 2009, nr. 07/13576 (NTFR 2009/244, met commentaar van Schouten), namelijk dat een kostenvergoeding vooraf of uiterlijk op het moment van betaling naar aard en veronderstelde omvang dient te zijn gespecificeerd.

NTFR 2009/624 - Ruil volwaardige vordering tegen onvolwaardige vordering vormt winstuitdeling

ECLI:NL:GHLEE:2009:BH4591, datum uitspraak 27-02-2009, publicatiedatum 04-03-2009
Aflevering 12, gepubliceerd op 19-03-2009
Belanghebbende was enig aandeelhouder van een bv. In 2002 heeft de bv een volwaardige vordering op haar aandeelhouder verruild voor een onvolwaardige vordering op een niet meer bestaande dochtervennootschap. Als gevolg hiervan is de bv verarmd en belanghebbende verrijkt. Belanghebbende heeft de winstuitdeling niet in zijn aangifte vermeld en de inspecteur heeft aan belanghebbende een navorderingsaanslag en een boete opgelegd. Belanghebbende stelt in appel dat de navorderingsaanslag en de boete ten onrechte zijn opgelegd.

NTFR 2009/629 - Antwoorden op vragen van de Tweede Kamer over de terugbetaling van dividendbelasting aan buitenlandse investeerders

Aflevering 12, gepubliceerd op 19-03-2009 geschreven door mr. M.H.C. Ruijschop
Staatssecretaris De Jager van Financiën heeft geantwoord op vragen van Tweede Kamerlid De Nerée tot Babberich over een artikel in het Financieele Dagblad inzake de terugbetaling van Nederlandse dividendbelasting aan buitenlandse pensioenfondsen. Uit de antwoorden blijkt dat de desbetreffende buitenlandse pensioenfondsen over de jaren 2003 tot en met 2006 voor een totaal bedrag van circa € 100 miljoen om teruggaaf van Nederlandse dividendbelasting hebben verzocht. Sinds 1 januari 2007 is dit recht op teruggaaf neergelegd in art. 10, lid 3, Wet DB 1965.

NTFR 2009/630 - Brief inzake fiscaal vestigingsklimaat

Aflevering 12, gepubliceerd op 19-03-2009
Minister Bos van Financiën heeft een brief aan de Tweede Kamer gezonden waarin hij de Kamer informeert over zijn visie op de toekomst van de financiële sector. Tevens geeft hij in de brief een overzicht van de voortgang in 2008 van het overheidsprogramma ten aanzien van het versterken van de positie van Nederland als centrum voor financiële dienstverlening en gaat hij in op enkele initiatieven die door Holland Financial Centre (HFC) zijn genomen. In de brief stipt de bewindsman behalve tal van niet-fiscale onderwerpen ook enkele fiscale punten aan.

NTFR 2009/634 - Belastingdienst doet terecht beroep op geheimhoudingsplicht

Aflevering 12, gepubliceerd op 19-03-2009
Verzoekster, een trust en adviesgroep, vraagt in het kader van de ingevolge de Wet Toezicht Trustkantoren op haar rustende onderzoeksplicht de Belastingdienst om informatie met betrekking tot een drietal door haar over te nemen bv's. Zij overlegt daarbij een machtiging om namens de bv's op te treden. De Belastingdienst beroept zich op de geheimhoudingsplicht van art. 67 AWR en weigert de gevraagde informatie te verstrekken. Verzoekster klaagt over deze weigering.

NTFR 2009/635 - Optreden controleambtenaar niet professioneel

Aflevering 12, gepubliceerd op 19-03-2009
Verzoekers voeren samen de directie over een bv die een garagebedrijf exploiteert. De Belastingdienst stelt in 2006 door middel van een waarneming ter plaatse een onderzoek in naar hun privégebruik van een auto van de zaak. Bij een bezoek aan het adres van het garagebedrijf treft de medewerker van de Belastingdienst verzoekers niet aan. Hij maakt zich aan de balie bekend als medewerker van de Belastingdienst en laat een briefje voor verzoekers achter waarin staat dat hij is geweest in het kader van de waarneming ter plaatse en dat hij een summier rapport zal uitbrengen. Verzoekers klagen erover dat hun privacy is geschonden doordat de betrokken ambtenaar zich als medewerker van de Belastingdienst bekend heeft gemaakt en een briefje heeft achtergelaten waaruit de baliemedewerkers konden afleiden dat jegens hen een onderzoek van de Belastingdienst gaande was.

NTFR 2009/636 - Belastingdienst breekt onderhandelingen over vso te abrupt af

Aflevering 12, gepubliceerd op 19-03-2009
Tussen verzoekster, een groot aantal door haar beheerde bv's en de Belastingdienst bestaat een geschil over de fiscale afwikkeling van in de jaren 1999 tot en met 2001 gevormde herinvesteringsreserves. In 2008 voerden verzoekster en de Belastingdienst al ten minste twee jaar overleg teneinde tot overeenstemming te komen. Op 16 april 2008 deelt de Belastingdienst verzoekster mee dat het eerdere aanbod komt te vervallen omdat niet aan de voorwaarden van dat aanbod is voldaan. Volgens de Belastingdienst duurden de onderhandelingen door toedoen van verzoekster te lang, zodat het beëindigen van de onderhandelingen onomkeerbaar was. Na een klacht hierover van verzoekster bood de Belastingdienst op 6 juni 2008 verzoekster de gelegenheid een door de Belastingdienst aangepaste tekst voor een vaststellingsovereenkomst alsnog, uiterlijk op 30 juni 2008, in zijn geheel te accepteren. Verzoekster klaagt over de handelwijze van de Belastingdienst. Zij wijst erop dat de door de Belastingdienst aangebrachte wijzigingen in de tekst onduidelijkheden bevatten en dat daarin een onjuistheid voorkwam.

NTFR 2009/637 - Nederlands tonnageregime door Europese Commissie goedgekeurd

Aflevering 12, gepubliceerd op 19-03-2009
De Europese Commissie heeft de wijzigingen goedgekeurd die Nederland van plan is aan te brengen in zijn tonnageregime. Deze regeling biedt scheepvaartmaatschappijen de mogelijkheid om de winst uit zeescheepvaart te bepalen aan de hand van de tonnage van de schepen waarmee die winst wordt behaald (art. 3.22 t/m 3.24 Wet IB 2001 en art. 8 Wet VPB 1969).

NTFR 2009/638 - Akkoord verlaagde btw-tarieven

Aflevering 12, gepubliceerd op 19-03-2009
Tijdens de zogenoemde Ecofinvergadering is een akkoord bereikt over het toepassen van verlaagde btw-tarieven. De tijdelijke tariefsverlaging op arbeidsintensieve diensten, zoals bijvoorbeeld fietsenmakers, schoenmakers, schilders en kappers, is hiermee structureel geworden. Het wordt ook mogelijk het verlaagde tarief toe te passen op digitale gegevensdragers. Dat betekent dat bijvoorbeeld een cursus op dvd tegen het verlaagde tarief kan worden belast.

NTFR 2009/639 - Kringloopwinkel is omzetbelasting verschuldigd

ECLI:NL:HR:2009:BH5557, datum uitspraak 13-03-2009, publicatiedatum 13-03-2009
Aflevering 12, gepubliceerd op 19-03-2009 met annotatie van drs. P.B.R. Thiemann
Belanghebbende exploiteert een kringloopwinkel. Zij verkoopt tegen vergoeding gebruikte goederen die zij om niet heeft verkregen. Aan haar is een naheffingsaanslag OB opgelegd. Belanghebbende komt hiertegen in beroep. Zij stelt dat haar winkelomzet moet worden beschouwd als transacties tussen particulieren en dat deze transacties, ter voorkoming van cumulatie, vrij van omzetbelasting moeten kunnen plaatsvinden.

NTFR 2009/642 - Reizigersvrijstelling in andere landen

Aflevering 12, gepubliceerd op 19-03-2009
In deze brief stelt de staatssecretaris van Financiën de Tweede Kamer ten eerste op de hoogte van de invulling van de implementatie van de reizigersvrijstelling in andere landen. Daarbij gaat het erom hoe de lidstaten gebruik maken van de nationale beleidsvrijheid. De Europese Commissie heeft een overzicht opgesteld over de invulling van de implementatie. Ten tweede gaat hij in op de mogelijkheid voor toeristen van buiten de EU om btw-vrij aankopen te doen in Europa. Daarbij gaat het om de verschillende invulling door de lidstaten, die invloed kan hebben op de concurrentiepositie van de toeristische sector.

NTFR 2009/645 - Afwijzing cessie debiteuren als zekerheid voor betalingsuitstel onvoldoende gemotiveerd

Aflevering 12, gepubliceerd op 19-03-2009
Verzoeker vraagt de Belastingdienst uitstel van betaling voor een naheffingsaanslag OB tot een bedrag van € 5.529. Hij vraagt een betalingsregeling toe te staan van € 250 tot € 500 per maand. Tot zekerheid biedt hij de overdracht aan van zijn debiteurenportefeuille, waaronder vorderingen op één debiteur tot een totaalbedrag van € 5.793. De Belastingdienst weigert aan het verzoek tegemoet te komen omdat de voorgestelde betalingsregeling langer zou duren dan een jaar en omdat de aangeboden zekerheid niet op eenvoudige wijze gesteld en uitgewonnen kan worden. Verzoeker klaagt over de afwijzing van zijn verzoek.

NTFR 2009/646 - Geen restitutie successierecht na verjaring recht tot invordering bij andere erfgenamen

Aflevering 12, gepubliceerd op 19-03-2009
Wijlen verzoeksters moeder ontving in 1992 tezamen met dertien andere erfgenamen een erfenis. In 1999 wordt over de successierechten een schikking getroffen tussen de Belastingdienst en de erfgenamen. In afwachting van de berekening van de uiteindelijk verschuldigde successierechten heeft wijlen verzoeksters moeder in 2000 het vermoedelijk verschuldigde bedrag alvast voldaan. Verzoekster klaagt erover dat de Belastingdienst de erfenis eind 2006 nog steeds niet heeft afgehandeld en dat rechtsongelijkheid is ontstaan doordat sommige erfgenamen (willekeurige bedragen aan) successierechten hebben betaald en andere niet.