Aflevering 18

Gepubliceerd op 1 mei 2009

NTFR 2009/962 - Vervangingsvoornemen inzake assurantieportefeuille aannemelijk gemaakt

ECLI:NL:GHARN:2009:BI2191, datum uitspraak 07-04-2009, publicatiedatum 24-04-2009
Aflevering 18, gepubliceerd op 01-05-2009
Belanghebbende, een bv, exploiteerde in 1999 een assurantiebemiddelingsbedrijf. Het pand waarin zij haar onderneming exploiteerde – in eigendom toebehorend aan haar dga A – vertoonde ernstige bouwkundige gebreken. In verband hiermee voert A een slepende civiele procedure. Wegens – met de procedure verband houdende – geestelijke en lichamelijke klachten bij A en ter voorkoming van schade aan haar assurantieportefeuille heeft belanghebbende deze portefeuille en goodwill in 1999 verkocht. A is in dienst getreden bij de overnemer met een non-concurrentiebeding voor vijf jaren voor een bepaald gebied. De vorming van een vervangingsreserve ter zake van de vervreemdingswinst is door de inspecteur en Rechtbank Arnhem niet toegestaan. In hoger beroep heeft belanghebbende echter succes. Het hof acht belanghebbende namelijk erin geslaagd aannemelijk te maken dat ultimo 1999 een vervangingsvoornemen bestond. Dat eind 1999 haar daartoe de financiële middelen ontbraken en dat belanghebbende uiteindelijk niet binnen vier jaren daadwerkelijk tot vervanging is overgegaan, acht het hof niet van doorslaggevende betekenis.

NTFR 2009/967 - Tandarts geniet inkomsten uit overige werkzaamheden

ECLI:NL:GHLEE:2009:BI0998, datum uitspraak 10-04-2009, publicatiedatum 15-04-2009
Aflevering 18, gepubliceerd op 01-05-2009
Belanghebbende heeft zijn tandartspraktijk, die hij gedurende lange tijd heeft gedreven, verkocht. Net als in 2006 heeft hij in 2007 een overeenkomst van opdracht met een andere tandartspraktijk gesloten. Het betreft een overeenkomst voor onbepaalde tijd voor drie dagen per week. Belanghebbende heeft in 2007 gemiddeld 3,5 dagen per week gewerkt, hetgeen neer komt op 1.210 uren. In geschil is de vraag of aan belanghebbende terecht een verklaring arbeidsrelatie resultaat uit overige werkzaamheden is afgegeven en niet een VAR-wuo.

NTFR 2009/974 - Afschaffing met terugwerkende kracht van de pc-privéregeling

Aflevering 18, gepubliceerd op 01-05-2009
Op 27 augustus 2004 maakte de regering bekend dat de pc-privéregeling van art. 11, lid 1, letter p, Wet LB 1964 terstond werd afgeschaft. Zulks is geschied bij Belastingplan 2005, in werking per 1 januari 2005, op dit punt terugwerkend naar 27 augustus 2004, 17.00 uur. Belanghebbenden hebben in september 2004 een pc gekocht en de werkgever (het MvF) verzocht hem de vergoeding belastingvrij te verstrekken, conform de toen geldende wet. De werkgever heeft echter in oktober en november 2004 loonheffing ingehouden.

NTFR 2009/975 - Boekenonderzoek en correctie na klikbrief bij WAO-uitkeringsgerechtigde

ECLI:NL:GHLEE:2009:BI0358, datum uitspraak 03-04-2009, publicatiedatum 08-04-2009
Aflevering 18, gepubliceerd op 01-05-2009
Belanghebbende ontvangt een WAO-uitkering. De inspecteur heeft naar aanleiding van een anonieme klikbrief bij belanghebbende een onderzoek ingesteld. Daarbij zijn de bankafschriften over 2002 tot en met 2004 bekeken. Uit dit onderzoek bleek dat belanghebbende nauwelijks privéopnamen heeft gedaan. Verder bleek dat belanghebbende in 2004 een bedrag van € 6.500 heeft gestort. Hoewel nadere informatie en uitleg is gevraagd, heeft belanghebbende die niet gegeven. De inspecteur stelt zich thans op het standpunt dat belanghebbende bijverdiensten heeft gehad. Voor het bepalen van deze verdiensten heeft de inspecteur de gemiddelde huishoudelijke uitgaven op basis van het Nibud verminderd met de huishoudelijke uitgaven van belanghebbende, zoals gebleken uit de bankafschriften (€520). Dit betekent voor 2004 een correctie van € 12.484 (inclusief de storting van € 6.500). Belanghebbende weerspreekt dat sprake is geweest van zwarte inkomsten. Hij stelt geleefd te hebben van de aflossing van aan zijn kinderen verstrekte leningen.

NTFR 2009/978 - Commentaar VNO/NCW op wetsvoorstel wanbetalers zorgverzekering

Aflevering 18, gepubliceerd op 01-05-2009
VNO-NCW en MKB-Nederland stuurt zijn commentaar op het wetsvoorstel 'Structurele maatregelen wanbetalers zorgverzekeringen' aan de Eerste Kamer. De organisatie heeft grote bezwaren tegen het wetsvoorstel, omdat het hoge administratieve lasten met zich meebrengt en bovendien het effect van de voorgestelde maatregelen niet duidelijk is. In de brief staat dan ook het verzoek aan de Eerste Kamer om niet in te stemmen met het wetsvoorstel.

NTFR 2009/982 - Antwoord op Kamervragen over giftenaftrek en box 3

Aflevering 18, gepubliceerd op 01-05-2009
De staatssecretaris van Financiën beantwoordt Tweede Kamervragen over de gevolgen van de uitspraak van de Hoge Raad over de verplichting tot het betalen van periodieke giften (NTFR 2009/508). In de uitspraak bevestigt de Hoge Raad dat een periodieke lijfrentegift die jaarlijks als persoonsgebonden aftrek wordt afgetrokken voor de inkomstenbelasting ook voor de contante waarde van de verplichting als schuld in box 3 de rendementsgrondslag vermindert. De staatssecretaris meldt dat de uitspraak in beginsel ook geldt voor andere persoonsgebonden aftrekposten, maar stelt dat het daarmee nog niet zo is dat ook alimentatieverplichtingen als schuld in box 3 in aanmerking genomen kunnen worden. Hij vindt het niet wenselijk dat wanneer een periodieke gift als persoonsgebonden aftrekpost in aanmerking kan worden genomen, de met deze gift corresponderende verplichting ook invloed heeft op de grondslag voor het inkomen uit sparen en beleggen en zal daarom – deels ter verduidelijking – een voorstel tot wetswijziging indienen. Hiermee wil hij regelen dat alle verplichtingen waaruit betalingen voortvloeien die als persoonsgebonden aftrekpost in aanmerking kunnen worden genomen niet als schuld in box 3 in aanmerking komen.

NTFR 2009/986 - Wetsvoorstel herziening SW 1956 naar de Tweede Kamer

Aflevering 18, gepubliceerd op 01-05-2009
Staatssecretaris De Jager heeft op 20 april 2009 het wetsvoorstel Vereenvoudiging bedrijfsopvolgingsregeling en herziening tariefstructuur in de Successiewet 1956, alsmede introductie van een regeling voor afgezonderd particulier vermogen in de Wet inkomstenbelasting 2001 en de Successiewet 1956' naar de Tweede Kamer gestuurd.

NTFR 2009/987 - Fileprobleem kan reden zijn voor uitstel zitting

Aflevering 18, gepubliceerd op 01-05-2009 met annotatie van mr. E.C.G. Okhuizen
Belanghebbende kon wegens een file niet tijdig op de hofzitting zijn. Belanghebbende heeft dit voorafgaand aan de zitting telefonisch doorgegeven aan het hof. Het onderzoek ter zitting is gesloten voordat belanghebbende arriveerde. Belanghebbende heeft zich daardoor niet kunnen uitlaten over een stelling van de inspecteur. Deze stelling is uiteindelijk beslissend geweest voor het oordeel van het hof.

NTFR 2009/988 - NOB stuurt commentaar op wetsvoorstel Vierde tranche AWB naar Eerste Kamer

Aflevering 18, gepubliceerd op 01-05-2009
De NOB stuurt zijn commentaar op de wetsvoorstellen 'Aanvulling van de Algemene wet bestuursrecht' (Vierde tranche Algemene wet bestuursrecht), nr. 29 702 en 'Aanpassingswet Vierde tranche Algemene wet bestuursrecht', nr. 31 124 aan de Eerste Kamer. De NOB gaat vooral in op de vergrijpboetes en de positie van bedrijfsfiscalisten. De onderhavige wetsvoorstellen zijn in behandeling bij de Eerste Kamer. Wij informeerden u daarover niet eerder vanwege de meer algemene strekking. Niettemin zijn er fiscale aspecten, zoals blijkt uit dit commentaar.

NTFR 2009/989 - Uitstelverzoek zitting voor griep zonder doktersverklaring afgewezen

ECLI:NL:HR:2009:BI2001, datum uitspraak 24-04-2009, publicatiedatum 05-04-2013
Aflevering 18, gepubliceerd op 01-05-2009
Belanghebbende heeft hoger beroep aangetekend tegen een uitspraak van Rechtbank Arnhem. Het hogerberoepschrift is in de zevende week na dagtekening van die uitspraak ingekomen. De inspecteur heeft incidenteel appel aangetekend. Op de dag van de zitting is namens belanghebbende uitstel van de zitting gevraagd wegens griep. Hof Arnhem (NTFR 2008/910) heeft om een doktersverklaring gevraagd maar niet gekregen. Volgens belanghebbende wordt deze niet verstrekt bij griep. Het hof heeft het verzoek afgewezen. Hierbij heeft het hof laten meewegen dat belanghebbende ook al vier keer bij de rechtbank om uitstel had verzocht wegens medische redenen. Het hoger beroep wordt wegens termijnoverschrijding niet-ontvankelijk verklaard. Dit leidt eveneens tot niet-ontvankelijkheid van het incidentele appel, aldus het hof .

NTFR 2009/992 - Kwalificatie buitenlandse sociale verzekeringen

Aflevering 18, gepubliceerd op 01-05-2009
Dit besluit is een samenvoeging en actualisering van eerdere besluiten over de kwalificatie van buitenlandse sociale verzekeringen. Deze kwalificatie is van belang voor de beoordeling – naar Nederlandse fiscale maatstaven – van de aftrek van de betaalde bijdragen en premies en van de belastbaarheid van de ontvangen aanspraken, vergoedingen en uitkeringen. De actualisering houdt verband met nieuwe jurisprudentie en het vervallen van art. 58 Uitv.reg. LB 2001. Het besluit geeft standpunten over diverse Duitse, Belgische en Luxemburgse sociale verzekeringen. Een aantal daarvan is nieuw. Het besluit bevat verder goedkeuringen voor de op aanslag betaalde Belgische RSVZ-bijdrage en voor de waardering van Belgische ziektekostenaanspraken.

NTFR 2009/995 - EC keurt rapport over het functioneren van de Rente-royaltyrichtlijn goed

Aflevering 18, gepubliceerd op 01-05-2009
De Europese Commissie heeft een rapport over het functioneren van de Rente-royaltyrichtlijn naar de Raad gestuurd. Het doel van de richtlijn is dubbele belastingheffing op grensoverschrijdende rente en royaltybetalingen tussen gelieerde ondernemingen te elimineren. Het rapport zegt dat de algemene tenuitvoerlegging van de richtlijn bevredigend is geweest. Niettemin, worden suggesties voor een meer uniforme interpretatie en wettelijke zekerheid voorgesteld. Het rapport bekijkt ook verbeteringen aan de bestaande tekst, met inbegrip van het verbreden van de draagwijdte van de richtlijn.

NTFR 2009/996 - Geen aftrekbeperking bij van overheidswege gesubsidieerde aanschaf van investeringsgoederen

Aflevering 18, gepubliceerd op 01-05-2009 met annotatie van mr. dr. J.Th. Sanders
Aan Parat, een Hongaarse ondernemer, is van overheidswege een subsidie verleend voor een investering ter verhoging van de productiecapaciteit voor opvouwbare daken voor personenwagens ter grootte van 47% van de totale uitgaven. Op vragen van de rechter in het tussen Parat en de Hongaarse fiscus ontstane geschil over de mate van aftrek van de in dat verband berekende btw verklaart het Hof van Justitie EG voor recht dat art. 17, lid 2 en 6, Zesde Richtlijn aldus moet worden uitgelegd dat het in de weg staat aan een nationale regeling volgens welke in geval van een uit overheidsmiddelen gesubsidieerde aanschaf van goederen de daarover voldane btw slechts mag worden afgetrokken voor zover zij betrekking heeft op het niet gesubsidieerde gedeelte van die aanschaf. Art. 17, lid 2, Zesde Richtlijn kent aan de belastingplichtigen rechten toe waarop deze zich voor de nationale rechter kunnen beroepen tegen een nationale regeling die onverenigbaar is met deze bepaling.

NTFR 2009/1001 - Bedrag van aanslag moet duidelijk blijken uit gecombineerd aanslagbiljet

ECLI:NL:HR:2009:BG4766, datum uitspraak 17-04-2009, publicatiedatum 17-04-2009
Aflevering 18, gepubliceerd op 01-05-2009 met annotatie van mr. dr. G. Groenewegen
De gemeente Amsterdam heeft aan belanghebbende een gecombineerd aanslagbiljet (combibiljet) voor het jaar 2004 toegezonden. Daarop is onder meer het totaalbedrag van € 52,14 vermeld van de ingezetenenomslagen van het Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht (AGV) en van het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK). Met het combibiljet is een informatiefolder meegezonden waarin ook alleen het totaaltarief van € 52,14 is vermeld. De afzonderlijke tarieven van € 22,31 voor AGV en € 29,83 voor HHNK zijn wel vermeld in de Amsterdamse Belastinggids 2004. Deze gids is aan belanghebbende toegezonden, maar niet tezamen met het combibiljet. Volgens de Hoge Raad voldoet het combibiljet niet aan de eisen die daaraan moeten worden gesteld. Op het combibiljet zijn de bedragen van de aanslag niet afzonderlijk vermeld, en ook in de gelijktijdig meegezonden informatiefolder zijn de bedragen niet vermeld. De aanslag is terecht vernietigd.

NTFR 2009/1003 - Tariefstelling leges voor bouwaanvraag zuivelfabriek niet onredelijk of willekeurig

ECLI:NL:PHR:2009:BI1943, datum uitspraak 14-08-2009, publicatiedatum 14-08-2009
Aflevering 18, gepubliceerd op 01-05-2009
Belanghebbende heeft een aanvraag ingediend tot het verkrijgen van een vergunning voor het bouwen van een fabriek, waarvan de bouwsom f 14.000.000 bedraagt. In verband hiermee is door de gemeente Nijkerk een nota bouwleges opgelegd van f 201.502. Voor Hof Arnhem heeft belanghebbende onder meer gesteld dat de onderhavige tariefstelling leidt tot onredelijke en willekeurige belastingheffing, omdat aan de leges toegerekende kosten naar willekeur worden toegedeeld aan de bouwleges. Belanghebbende wijst daarbij erop dat de kostendekkendheid van de leges welke worden geheven in verband met bouwvergunningen 102,21% bedraagt, terwijl de kostendekkendheid met betrekking tot kapvergunningen slechts 12,12% bedraagt. Het hof (NTFR 2006/532) is met de gemeente van oordeel dat in het licht van de jurisprudentie van de Hoge Raad – toetsing op verordeningenniveau – en de vrijheid van de gemeentelijke wetgever op dit terrein, een geraamde winst van 2,21% op de leges die voor bouwvergunningen worden geheven, op zichzelf bezien niet noopt tot de conclusie dat sprake is van een onredelijke/willekeurige heffing. Dit neemt volgens het hof echter niet weg dat in het onderhavige geval, waarin tussen onderscheiden groepen van diensten sprake is van niet onaanzienlijke verschillen in kostendekkingspercentages (van 12,12 % tot 102,21%) en tevens van een absoluut en relatief hoog bedrag aan geheven leges, wel sprake is van een onredelijke/willekeurige heffing. Het hof merkt hierbij nog op dat de hoogte van de legesheffing (f 201.502) niet in een redelijke verhouding staat tot de redelijkerwijs met de behandeling van de onderhavige vergunningenaanvraag voor de gemeente gemoeide kosten. De gemeente Nijkerk heeft cassatieberoep ingesteld. A-G Van Ballegooijen is, anders dan het hof, van mening dat de aanzienlijke verschillen in kostendekkendheid in één legesverordening niet een vermoeden scheppen van onredelijkheid of willekeur waarvoor de gemeente een motivering dient te geven. Hetzelfde geldt voor de wetenschap dat kruissubsidiëring plaatsvindt onder aanvragers van bouwvergunningen; getuige de (grote) ‘nieuwe vrijheid’ die gemeenten met ingang van 1 januari 1995 hebben verkregen. Een rechtstreeks (en redelijk) verband tussen de hoogte van de leges en de omvang van de met de dienst gemoeide kosten is blijkens de wetgeving en jurisprudentie niet vereist. En er bestaat geen wettelijke verplichting tot het maximeren van bouwleges en het hanteren van een degressief tarief. In dit verband is niet van belang dat in tal van recente beleidsstukken wordt gediscussieerd over de wenselijkheid van degressie, vaste tarieven en maxima in de tariefstelling van bouwleges. De advocaat-generaal ziet in het onderhavige geval onvoldoende aanknopingspunten om de onderhavige heffingsmaatstaf als willekeurig en onredelijk te bestempelen.