NTFR 2011/2609 - Goede procesorde
Aflevering 47, gepubliceerd op 24-11-2011 geschreven door mr. J. LamensDe belastingrechter beroept zich regelmatig op regels van ‘goede procesorde’. Ook procespartijen kennen en gebruiken inmiddels deze toverspreuk al langere tijd.Die gevallen blijven hier buiten beeld. Voor een voorbeeld waaruit blijkt hoe specieus het soms wordt, zie de conclusie van IJzerman bij BNB 2010/235. De oudste vermelding van het begrip ‘goede procesorde’ vond ik in MvT, Kamerstukken II, 1929-1930, 391, nr 3, p. 94. De belangstelling voor dit onderwerp in de rechtspraak gaat gelijk op met de aandacht die in wetenschappelijke kring aan dit onderwerp is en wordt besteed. Niet alleen in het strafrechtC.P.M. Cleiren, Beginselen van een goede procesorde. Een analyse van rechtspraak in strafzaken, diss. Leiden, Gouda Quint Arnhem 1989., het algemeen bestuursrechtB.W.N. de Waard, ‘De goede procesorde’, JBPlus 2001, p. 148-162. en het civiele rechtV.C.L. Lindijer, De goede procesorde, Serie Burgerlijk proces & Praktijk deel IV, Kluwer, Deventer 2006., maar ook in het belastingrechtG. de Bont, Goede procesorde in het fiscale procesrecht, oratie Erasmus School of Law 2011.. Daarbij kwam de Raad voor de Rechtspraak begin dit jaar nog met een ‘research memorandum’ onder de titel ‘De goede procesorde in beeld’.M. Barendrecht/S. van Gulijk/M. Gramatikov/P. Sluijter, Research Memoranda 2011/1, Raad voor de Rechtspraak, Sdu Uitgevers, Den Haag. In die publicatie gaat het meer over het gedrag van procespartijen en de regiefunctie van de rechter. De rechter beschikt met de regels van goede procesorde over een instrument dat hem in staat stelt om in bijzondere gevallen van processuele aard een beslissing te geven die niet wettelijk geregeld is of soms zelfs daarvan afwijkt. Hierna zal in kort bestek worden bezien in welke gevallen doorgaans een beroep op de regels van goede procesorde wordt gedaan en zal aandacht worden gevraagd voor problemen van kenbaarheid en legitimiteit.