NTFR 2024/290 - Historische wijziging globale fiscale architectuur!?
Aflevering 7, gepubliceerd op 13-02-2024 geschreven door prof. dr. I.J.J. Burgers30 juni en 1 juli 2016 waren historische dagen voor de globale fiscale architectuur. Op die dagen kwamen de leden van het OESO/G20 Inclusive Framework bij elkaar. Die bijeenkomst vormde het begin van een breed draagvlak voor de voorstellen van de OESO voor het tegengaan van agressieve vormen van belasting ontgaan. Het Inclusive Framework begon met 80 lidstaten. Op 15 november 2023 telde het OESO/G20 Inclusive Framework 145 lidstaten.1 Het resultaat is bekend. De voorstellen van het Inclusive Framework hebben wereldwijd geleid tot een tsunami aan nieuwe regelgeving. De fiscale regelgeving is er wellicht wel eerlijker en transparanter, maar niet bepaald eenvoudiger op geworden. Ook de extreem complexe Pillar 2-regelgeving heeft haar weg gevonden naar de regelgeving van de meeste staten van het Inclusive Framework.2 Zelfs Kenia, een van de vier staten die het OECD/G20 Outcome Statement betreffende Pillar 1 en Pillar 2 niet hadden ondertekend, is gezwicht, onder druk van de Verenigde Staten, welk land als eis stelde voor het sluiten van een vrijhandelsverdrag met Kenia dat Kenia het Outcome Statement zou aanvaarden.3 Ontwikkelingslanden hebben voor het overgrote deel de voorstellen geïmplementeerd, maar hebben het gevoel dat zij onvoldoende gehoord zijn en dat de perceptiekosten voor hen onevenredig hoog zijn.4 De legitimiteit van de BEPS-voorstellen is sowieso een van de zwakke plekken, naast bijvoorbeeld een mogelijke strijd van Pillar 1 en Pillar 2 met belastingverdragen,5 art. 104 Grondwet,6, art. 1 EP EVRM bij art. 1 EVRM,7 art. 2 Internationaal Verdrag Economische, Sociale en Culturele Rechten en mogelijke strijd met de non-discriminatiebepalingen van het EU-Werkingsverdrag.8 Alleen de OESO-lidstaten zijn immers betrokken geweest bij de ‘agenda-setting’ en de totstandkoming van de meeste BEPS-rapporten.9