Aflevering 17

Bij het horizontaal toezicht van de fiscus op zeer grote ondernemingen wordt onder meer gebruikgemaakt van handhavingsconvenanten. Zie over dat onderwerp onder meer de Opinie van mijn hand in NTFR 2006/554 en het gepubliceerde voorbeeld van een handhavingsconvenant met commentaar van de redactie in NTFR 2006/879. Inmiddels komt er steeds meer belangstelling voor de fenomenen ‘tax control framework’ en ‘in control’ zijn. Die belangstelling ligt voor de hand. Immers, bij het gebruik van handhavingsconvenanten zijn vertrouwen en transparantie uitgangspunt. Maar steun voor dat vertrouwen zou kunnen worden gevonden in de omstandigheid dat de betrokken zeer grote ondernemingen toch in elk geval zélf correct zicht hebben op het voorwerp van horizontaal toezicht: hun fiscale positie. Daarbij kan de vraag opkomen wanneer men ‘in control’ is voor de toepassing van een handhavingsconvenant. Neemt men aan dat ‘in control’ zijn ziet op fiscale risico’s, dan is van belang om te weten wanneer voor elk van de bij een handhavingsconvenant betrokken partijen sprake is van zo’n risico.

De Belastingdienst heeft de afgelopen maanden achter de schermen gewerkt aan een groot plan om fraudeurs op te sporen en aan te pakken. Dit blijkt uit een bericht van de Directie Voorlichting van het Ministerie van Financiën. Met het plan voert de fiscus de controles op kwaadwillende belastingplichtigen verder op. De Belastingdienst heeft nu al zo’n 700 nieuwe medewerkers aangetrokken die speciaal worden opgeleid voor dit actieve veldwerk. In 2011 bedraagt het totale aantal toezichtmedewerkers bijna 7.000.

Belanghebbende drijft samen met zijn broer en vader in maatschapverband een melkveehouderij. Deze maatschap wordt op 31 december 1997 ontbonden. Vanaf 1 januari 1998 zetten belanghebbende en zijn broer de melkveehouderij voort. Tot het ondernemingsvermogen van de oude maatschap behoorde onder meer een perceel. Belanghebbende wenste op het perceel een tweede woning te bouwen waarvoor grond is onttrokken aan het ondernemingsvermogen. Voor de bouw van deze woning is door B&W een vergunning afgegeven door het geven van een vrijstelling van het geldende bestemmingsplan. In geschil is op welk tijdstip gedurende het belastingjaar 1998 belanghebbende mocht overgaan tot onttrekking van de kavel aan het ondernemingsvermogen naar aanleiding van de bouw van een tweede bedrijfswoning.

ondernemer

Eiser exploiteert een melkveebedrijf. Eiser wenst deze onderneming per 1 januari 2004 geruisloos in te brengen in een bv. Hij heeft echter bezwaar tegen de eerste (standaard) voorwaarde die de inspecteur heeft gesteld. In deze voorwaarde is een weerlegbaar bewijsvermoeden opgenomen dat bij vervreemding van de verkregen aandelen binnen drie jaar na inbreng, de inbreng geacht wordt gericht te zijn geweest op de overdracht van de onderneming, zodat een geruisloze omzetting buiten toepassing zal blijven. Blijkens de toelichting bij deze voorwaarde wordt onder vervreemding mede verstaan het anders dan door overlijden ophouden binnenlandsbelastingplichtige te zijn.

Belanghebbende drijft een onderneming in de vorm van een eenmanszaak. De onderneming is gevestigd in de woning van belanghebbende en haar echtgenoot. Deze woning is voor belanghebbende aangemerkt als privévermogen. In 1997 en 1998 heeft er een verbouwing van de zolder plaatsgevonden om deze geschikt te maken als kantoorruimte. Tevens is in 1998 geïnvesteerd in onder meer de keukeninrichting. In geschil is of (i) investeringsaftrek kan worden verleend over de verbouwingskosten en de keukeninrichting, en (ii) of over de verbouwingskosten en de keukeninrichting kan worden afgeschreven.

Belanghebbende is als controlerend accountant in loondienst werkzaam. Hij bezit een eigen auto die hij zowel voor zakelijke (klantbezoeken) als voor privédoeleinden gebruikt. Omdat belanghebbende bij de aanvang van zijn dienstbetrekking al over een eigen auto beschikte, heeft hij niet gekozen om een auto ter beschikking gesteld te krijgen maar voor uitbetaling van een normleasebedrag. Hij heeft dan geen recht op enige andere vergoeding van reiskosten, ook niet in bijzondere omstandigheden. Op basis van deze regeling kreeg hij per maand een bedrag uitgekeerd. Dit bedrag dekt alle kosten die verbonden zijn aan het houden van de auto. Op het uit te betalen normleasebedrag houdt de werkgever loonheffing en premies sociale verzekeringen in. In zijn aangifte heeft belanghebbende als belastbaar loon aangegeven het belastbaar loon volgens zijn jaaropgaaf verminderd met het bedrag van de leasevergoeding. Daarnaast heeft hij een bedrag aangegeven als voordeel privégebruik auto.

fictieve kosten, Midden Oosten, valuta

beroepskosten, gelijkheidsbeginsel, objectieve en redelijke rechtvaardiging, toezegging, vergoeding, vertrouwensbeginsel, welbewuste standpuntbepaling

De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft mede namens de staatssecretaris van Financiën een brief aan de Tweede Kamer gestuurd over de vereenvoudiging van de premieheffing werknemersverzekeringen. Eerder, zie NTFR 2006/1430, werd aangekondigd om uiterlijk 1 april 2007 een notitie met mogelijke vereenvoudigingen aan de Tweede Kamer te zenden.

koerswinst, rente

inkomensafhankelijke bijdrage, overgangsregeling

De staatssecretaris van Financiën beantwoordt een serie vragen van het Kamerlid Dezentjé Hamming-Bluemink over de fiscale worsteling met de bijleenregeling. De vragen spitsten zich toe op de uitvoerbaarheid van de bijleenregeling voor de burger en voor de Belastingdienst en op het verschil in behandeling tussen financieringskosten voor de eigenwoningregeling en voor de bijleenregeling. Ook wordt gevraagd waarom de keuze is gemaakt voor de bijleenregeling als controlethema voor de behandeling van de aangifte inkomstenbelasting 2006. De staatssecretaris geeft toe dat de bijleenregeling tot de lastiger items van de aangifte behoort, maar geeft tegelijkertijd aan dat de meeste belastingplichtige met een eenvoudiger rekenprogramma toekunnen. Ook op de andere punten stelt hij de vragenstelster gerust.

eigen woning

handelsvoorraad, vertrouwensbeginsel

afkoop, kapitaalverzekering, lijfrente, schenking, schijnhandeling

Als particulieren in een aangewezen groenfonds beleggen, hebben ze voor de inkomstenbelasting recht op een vrijstelling in box 3 en op de heffingskorting maatschappelijk beleggen. Het groenfonds moet onder meer aan de eis voldoen dat ten minste 70% van het vermogen is belegd in groene projecten. Groene projecten zijn beschreven in de Regeling groenprojecten 2005 (zie NTFR 2005/950). Thans is deze regeling op een aantal punten gewijzigd. Deze wijzigingen betreffen onder meer milieu- en bouwtechnische specificaties van de projecten.

nabestaandenuitkering, Nederlandse Antillen

gestoorde lichaamsfunctie, hulpmiddel

Naar aanleiding van HR 6 april 2007, nr. 41.720 over de waardering van de eigen woning voor het successierecht heeft de heer Van Dijck (PVV) aan de staatssecretaris van Financiën onder meer gevraagd of hij bereid is om de wet zodanig aan te passen, dat de uitspraak van de Hoge Raad teniet wordt gedaan (NTFR 2007/709 met commentaar van Hemels). Volgens de staatssecretaris is het arrest van de Hoge Raad geheel in overeenstemming met de bedoeling van de wetgever. Verder zijn de staatssecretaris geen gevallen bekend waaruit blijkt dat een en ander tot grote problemen heeft geleid. In reactie op vragen van mevrouw Dezentjé Hamming (VVD) zegt de staatssecretaris te willen toekijken of het toptarief van de successierechten nog wel van deze tijd is en of het niet te hoog is. Voor een verlaging van de successierechten is op dit moment echter weinig ruimte gezien het hiermee gemoeide budgettaire beslag. Verder zal de staatssecretaris voor het zomerreces de Kamer een internationale vergelijking van de successierechten geven.

afkoop polis, renseignering

aanvang beroepstermijn

aansprakelijkheid voor hoofdsom, bestuurdersaansprakelijkheid, melding betalingsonmacht, vervolgingskosten en invorderingsrente

uitspraak op bezwaar

belastingplichtigheid, startende ondernemer

inkomsten uit onroerende zaken, Luxemburg, vrij verkeer van werknemers

Belanghebbende, een bv, heeft drie aandeelhouders die alledrie in België wonen. Op 13 september 2002 heeft er een aantal emissies plaatsgevonden. De eerste serie bedroeg een storting van in totaal € 1.361.340 en heeft door de drie aandeelhouders in geld plaatsgevonden. De tweede serie bedroeg een storting van € 2.089.689 en heeft plaatsgevonden door middel van verrekening met de agioreserve.

Gemeente, ondernemingssfeer, schoolgebouw

BUA, consumptief, naheffingsaanslag, verstrekking, vrijvervoerbewijs

De minister van Financiën heeft meegedeeld dat het cassatieberoep tegen het oordeel van Hof Amsterdam (NTFR 2007/46) is ingetrokken. In die uitspraak heeft het hof geoordeeld dat een fysiotherapeut/osteopaat ook voor de werkzaamheden als osteopaat deelt in de omzetbelastingvrijstelling. De minister licht de intrekking toe onder verwijzing naar de feitelijkheid van het hofoordeel dat belanghebbende met al hetgeen hij heeft aangevoerd heeft aangetoond dat de kwaliteit van de door de fysiotherapeut/osteopaten verleende zorg van gelijkwaardig niveau is als de door arts/osteopaten verleende zorg. Daarbij zal vooral ook zijn meegewogen dat belanghebbende als fysiotherapeut een in de Wet BIG geregelde opleiding heeft afgerond. De minister verwacht dat van het instellen van beroep in cassatie tegen dit oordeel geen succes valt te verwachten.

EUR 1-certificaten, navordering

bunkervergunning, bunkerverklaring, voorwaarden vrijstelling

De gemeente Nijmegen heft rioolrecht uitsluitend van eigenaren van onroerende zaken die zijn aangesloten op de gemeentelijke riolering. Andere gebruikers blijven buiten de heffing. De rechtbank acht dit in strijd met het evenredigheidsbeginsel. Het systeem van heffing van rioolrecht mag er immers niet toe leiden dat aan de in de heffing betrokken groep belastingplichtigen meer kosten in rekening worden gebracht dan naar een redelijke maatstaf aan hen kunnen worden toegerekend. Nu uitsluitend de zakelijk gerechtigden en niet tevens de gebruikers in de heffing worden betrokken, wordt de redelijke maatstaf overschreden. De Verordening rioolrecht is dus onverbindend, zodat de aanslag rioolrecht niet in stand kan blijven.

In een soortgelijke zaak als NTFR 2007/788 komt de rechtbank op grond van het vertrouwensbeginsel tot een ander oordeel. Verweerder heeft in een eerdere uitspraak inzake een andere aanvraag uit 2004 door eiseres de legesvrijstelling van art. 88 Woningwet wel toegepast. De rechtbank oordeelt dat eiseres aan deze tegemoetkoming het in rechte te honoreren vertrouwen heeft ontleend en redelijkerwijs ook heeft kunnen ontlenen dat de legesvrijstelling in het onderhavige geval van toepassing zou zijn. De toepassing van de legesvrijstelling in de eerdere uitspraak is niet zo duidelijk in strijd met een juiste wetstoepassing dat eiseres redelijkerwijs haar onjuistheid had kunnen en moeten beseffen. Hierbij overweegt de rechtbank dat verschillende rechters over de onderhavige legesvrijstelling uitéénlopende oordelen hebben gegeven. Voorts is gesteld noch gebleken dat de door eiseres aan verweerder verschafte gegevens onjuist of onvolledig waren, althans niet zodanig onjuist of onvolledig waren dat verweerder een andere beslissing zou hebben genomen wanneer hij zich van die onjuistheid of onvolledigheid bewust zou zijn geweest.

legesvrijstelling, rechtszekerheidsbeginsel, Woningwet

De staatssecretaris van Financiën en de minister van Binnenlandse Zaken hebben Kamervragen beantwoord over DigiD. Uit de antwoorden blijkt dat medewerkers van de belastingtelefoon en de helpdesk DigiD aan belastingplichtigen die niet tijdig DigiD hadden aangevraagd het advies hebben gegeven om de DigiD van een buurman te gebruiken. Dit advies is volgens de bewindslieden onjuist. Daarom is met het geven deze adviezen zo snel mogelijk gestopt. Bellers wordt nu geadviseerd alsnog DigiD aan te vragen en daarna aangifte te doen.

Onze redactie heeft deze uitspraak niet samengevat of becommentarieerd, maar wil er wel graag op attenderen.

Onze redactie heeft deze uitspraak niet samengevat of becommentarieerd, maar wil er wel graag op attenderen.

Onze redactie heeft deze uitspraak niet samengevat of becommentarieerd, maar wil er wel graag op attenderen.

Onze redactie heeft deze uitspraak niet samengevat of becommentarieerd, maar wil er wel graag op attenderen.