Aflevering 41

Gepubliceerd op 9 oktober 2008

NTFR 2008/1916 - Fiscale Onderhoudswet 2009 naar de Tweede Kamer

Aflevering 41, gepubliceerd op 09-10-2008
De staatssecretaris van Financiën stuurt het Wetsvoorstel Fiscale Onderhoudswet 2009 naar de Tweede Kamer. In dit wetsvoorstel zijn vooral wijzigingen opgenomen van technische en redactionele aard. Verder wordt in dit wetsvoorstel een aantal beleidsbesluiten in wetgeving omgezet.

NTFR 2008/1918 - Commentaar NOB op BP 2009 en OFM 2009

Aflevering 41, gepubliceerd op 09-10-2008
De Nederlandse Orde van Belastingadviseurs (de Orde) heeft commentaar uitgebracht op het Belastingplan 2009 (zie NTFR 2008/1782) en het wetsvoorstel Overige fiscale maatregelen 2009 (OFM 2009; zie NTFR 2008/1783). De Orde meldt onder meer het volgende.

NTFR 2008/1922 - Besluit terugwerkende kracht bij ruisende inbreng geactualiseerd

Aflevering 41, gepubliceerd op 09-10-2008
De staatssecretaris heeft een besluit geactualiseerd over terugwerkende kracht bij ruisende inbreng. Hij keurt goed dat een voor-voorperiode in aanmerking wordt genomen van maximaal drie maanden. Ten opzichte van het vorige besluit is de goedkeuring uitgebreid naar resultaat uit overige werkzaamheden. Een werkzaamheid kan dus ook met terugwerkende kracht worden ingebracht.

NTFR 2008/1924 - Duitse ondernemer heeft voor de LB geen fictieve vaste inrichting in Nederland

ECLI:NL:RBBRE:2008:BF0423, datum uitspraak 19-06-2008, publicatiedatum 11-09-2008
Aflevering 41, gepubliceerd op 09-10-2008 met annotatie van mr. J.C.L.M. Fijen
Belanghebbende drijft een eenmanszaak, gevestigd in Duitsland. Zijn werkzaamheden bestaan uit montage- en installatiewerkzaamheden in de bouwsector. In Nederland heeft belanghebbende een opdrachtgever (bv). Er is geen schriftelijke overeenkomst noch een vaste aanneemsom. Afrekening geschiedt op basis van gewerkte uren. In 2005 heeft belanghebbende meerdere werkzaamheden voor de bv verricht, waarbij tien werknemers in Nederland hebben gewerkt. Belanghebbende is als meewerkend voorman steeds aanwezig bij de werkzaamheden in Nederland; de benodigde apparatuur en gereedschap worden door belanghebbende meegenomen. In geschil is de vraag of sprake is van een fictieve vaste inrichting in Nederland voor de loonbelasting.

NTFR 2008/1928 - Verkoopresultaat van na onteigening door ruil verkregen pand belast

Aflevering 41, gepubliceerd op 09-10-2008
Het huis van belanghebbende wordt onteigend door de gemeente. In het kader van deze onteigening krijgt hij door ruil de beschikking over een kavel met daarop opstallen. Deze opstallen worden gesloopt en hierop verrijzen twee woningen. De gemeente is bij de onteigening met belanghebbende overeengekomen dat zij zich in zou spannen de benodigde vergunningen zo snel mogelijk te verlenen. Eén woning wordt verkocht en één wordt door belanghebbende zelf bewoond. In geschil is onder andere of de aan de verkochte woning toe te rekenen verkoopwinst belast is als resultaat uit overige werkzaamheden. De rechtbank beantwoordt deze vraag bevestigend, aangezien belanghebbende heeft deelgenomen aan het economische verkeer, geldelijk voordeel beoogde en redelijkerwijs kon verwachten.

NTFR 2008/1939 - Herziening onjuiste tegemoetkoming buitengewone uitgaven terecht

ECLI:NL:RBBRE:2008:BF0421, datum uitspraak 12-06-2008, publicatiedatum 11-09-2008
Aflevering 41, gepubliceerd op 09-10-2008
Belanghebbende woont in Nederland en werkt in België. In de aangifte IB/PVV over 2003 heeft hij geen aftrek buitengewone uitgaven geclaimd. In de aangifte over 2004 heeft hij dat wel gedaan. Door een administratieve vergissing van de Belastingdienst is bij beschikking een tegemoetkoming buitengewone uitgaven (TBU) vastgesteld ter grootte van € 393. Nadat de inspecteur de fout had ontdekt heeft hij de eerder verleende beschikking herzien. In geschil is de vraag of de inspecteur dat mocht doen.

NTFR 2008/1940 - Deelnemingsvrijstelling terecht buiten toepassing gesteld

Aflevering 41, gepubliceerd op 09-10-2008
X, enig directeur van belanghebbende, heeft in 1993 een bedrag van f 70.000 in contanten gestort op een door belanghebbende bij de ABN AMRO-bank te Z aangehouden bankrekening. Het voormelde bedrag vloeit voort uit een of meer Pools-Russische handelstransacties waarbij X betrokken was. Belanghebbende heeft het bedrag tot haar winst gerekend. Het bedrag is niet in de jaarstukken van haar Poolse deelneming (XP Sp) verantwoord. Deze jaarstukken zijn door X ondertekend. Tegenover de FIOD heeft X verklaard dat die jaarstukken juist zijn. Volgens belanghebbende behoort het bedrag niet tot haar belastbare winst, onder meer omdat het als deelnemingsvoordeel moet worden aangemerkt. De inspecteur bestrijdt dat.

NTFR 2008/1944 - Geen cassatie tegen hofoordeel inzake landbouwstructuurvrijstelling

Aflevering 41, gepubliceerd op 09-10-2008
De staatssecretaris van Financiën deelt mede geen beroep in cassatie in te stellen tegen Hof Den Haag 29 januari 2008, nr. 07/00436 (NTFR 2008/1943). Hof Den Haag oordeelde na verwijzing (HR 13 juli 2007, nr. 42.153, NTFR 2007/271) dat de verkrijging van de landbouwgronden heeft plaatsgevonden met de bedoeling tot verbetering van de landbouwstructuur. Voorts is redelijkerwijs aannemelijk dat een verbetering van de landbouwstructuur is verwezenlijkt dan wel zich zal verwezenlijken. De vrijstelling vindt derhalve toepassing, ook voor de situatie waarin belanghebbende het vruchtgebruik heeft verkregen.

NTFR 2008/1945 - Naheffingsaanslag na beroep op vrijstelling niet nietig ondanks formele gebreken

Aflevering 41, gepubliceerd op 09-10-2008
A bv gaat failliet en heeft onroerende zaken in eigendom. Twee beleggingsmaatschappijen hebben belangstelling om deze onroerende zaken te kopen voor een bedrag van f 125.000.000. In 1999 wordt belanghebbende (een cv) opgericht. A bv en de beleggingsmaatschappijen zijn commanditair vennoot in belanghebbende. Overeengekomen wordt dat uiterlijk 3 maanden na de inbreng van de onroerende zaken, A bv zal worden uitgekocht voor een bedrag van minimaal f 12.500.000. A bv brengt het onroerend goed in op 26 augustus 1999 en belanghebbende beroept zich op de inbrengvrijstelling. A bv wordt gecrediteerd wegens overinbreng. De inspecteur legt hierop een naheffingsaanslag met vergrijpboete op, aangezien volgens de werkelijke bedoeling van partijen A bv geen deel heeft uitgemaakt van de cv, zodat de inbrengvrijstelling niet van toepassing is. De naheffingsaanslag bevat geen omschrijving van het heffingsmoment of het belastbaar feit.

NTFR 2008/1948 - Geen verhuisboedelvrijstelling voor beroepssporter

ECLI:NL:HR:2008:BF3763, datum uitspraak 03-10-2008, publicatiedatum 05-04-2013
Aflevering 41, gepubliceerd op 09-10-2008
Deze zaak betreft de verwijzingsprocedure van HR 8 juni 2007, nr. 42.029, NTFR 2007/1050. Belanghebbende, die als beroepssporter in Duitsland heeft gewerkt, heeft in verband met zijn terugkeer naar Nederland aanspraak gemaakt op een vrijstelling van BPM voor zijn personenauto. De inspecteur heeft die vrijstelling bij beschikking verleend. Belanghebbende heeft de auto vervolgens laten registreren in het kentekenregister. Na een FIOD-onderzoek is gebleken dat belanghebbende geen recht heeft op de vrijstelling, omdat hij al die tijd in Nederland woonruimte heeft aangehouden. Daarom heeft de inspecteur de onderhavige naheffingsaanslag BPM opgelegd. Hof Den Bosch vernietigde deze naheffingsaanslag echter, omdat naar zijn opvatting niet kan worden nageheven als niet eerst de vrijstellingsvergunning is ingetrokken. Die visie is volgens de Hoge Raad echter onjuist. Voor naheffing is geen voorafgaande intrekking van de vrijstellingsvergunning vereist. Hof Arnhem diende vervolgens na verwijzing de zaak inhoudelijk te beoordelen. Dit hof (NTFR 2008/52) concludeerde op basis van de feiten en omstandigheden dat belanghebbende inderdaad, zoals de inspecteur stelt, steeds zijn normale verblijfplaats in Nederland heeft gehad, zodat terecht is nageheven.

NTFR 2008/1952 - Beroep op meerderheidsregel slaagt

ECLI:NL:RBLEE:2008:BF2977, datum uitspraak 29-09-2008, publicatiedatum 01-10-2008
Aflevering 41, gepubliceerd op 09-10-2008
In 2000 zijn een veertigtal cv's opgericht met als doel het produceren van een film. Belanghebbende is in 2001 toegetreden als commanditair vennoot in ‘cv 9'. Hij heeft in zijn aangifte IB 2001 een bedrag van € 15.203 in aftrek gebracht ter zake van zijn deelname in de cv. De inspecteur heeft deze aftrek niet geaccepteerd. Uit de toetredingsakte van cv 9 blijkt dat binnen het ambtsgebied van de inspecteur naast belanghebbende nog vijf participanten hebben deelgenomen aan cv 9. Bij hen zijn de opgevoerde verliezen in 2001 wel aanvaard.

NTFR 2008/1953 - Navordering: kennis van contactinspecteur wordt toegerekend aan lokale inspecteur

ECLI:NL:RBLEE:2008:BF2247, datum uitspraak 29-09-2008, publicatiedatum 01-10-2008
Aflevering 41, gepubliceerd op 09-10-2008
In 2000 zijn een veertigtal cv's opgericht met als doel het produceren van een film. Voorafgaand aan de oprichting heeft overleg plaatsgevonden met een landelijk bevoegde contactinspecteur. Belanghebbende is in 2001 toegetreden als commanditair vennoot in ‘cv 9'. Hij heeft in zijn aangifte IB 2001 een bedrag van € 7.601 in aftrek gebracht ter zake van zijn deelname in de cv. In 2005 wordt aan belanghebbende een navorderingsaanslag opgelegd waarin voormeld bedrag van hem wordt nagevorderd. In geschil is of de navorderingsaanslag terecht is opgelegd.

NTFR 2008/1954 - Onderlinge overlegprocedures belastingverdragen en EU-arbitrageverdrag

Aflevering 41, gepubliceerd op 09-10-2008
In dit besluit geeft de staatssecretaris van Financiën een nadere beschrijving en invulling van de onderlinge overlegprocedure op grond van een bilateraal belastingverdrag of het EU-arbitrageverdrag. In het besluit wordt uitgebreid ingegaan op onder meer de start van een onderlinge overlegprocedure, op het verloop van een dergelijke procedure, op de implementatie van de (eventuele) uitkomsten en op de relatie met onder meer arbitrage en de APA-procedure.