Aflevering 3

Gepubliceerd op 21 januari 2021

NTFR 2021/312 - Achter de gesloten deuren van de erfrechtkamer

Aflevering 3, gepubliceerd op 21-01-2021 geschreven door mr. M.B. Weijers
Enige tijd geleden viel mij op dat er een uitspraak over de bedrijfsopvolgingsfaciliteit in de Successiewet werd gedaan door een zetel die is samengesteld uit raadsheren die afkomstig zijn uit verschillende hoven (Hof Amsterdam 14 januari 2020, nr. 18/00282, NTFR 2020/2271). Het ging om een zaak van Hof Amsterdam die werd behandeld door raadsheren van respectievelijk dat hof, Hof Den Bosch en Hof Arnhem-Leeuwarden. Na een korte zoektocht op rechtspraak.nl werd duidelijk dat dit geen incident is, maar opgaat voor erf- en schenkbelastingzaken in bredere zin. Ter illustratie: over de jaren 2019 en 2020 werden op rechtspraak.nl 38 fiscale hofuitspraken gepubliceerd die betrekking op hebben op de erf- of schenkbelasting.Resultaten gevonden met de zoekslag ‘Successiewet’ op rechtspraak.nl. De zoekresultaten zijn vervolgens verfijnd op ‘Gerechtshoven’, ‘Belastingrecht’, en de jaren ‘2019’ en ‘2020’. Dat resulteerde in 47 fiscale hofuitspraken. Daarvan hebben er negen geen betrekking op de schenk- of erfbelasting. Ik heb rechtspraak.nl op 5 januari 2021 voor het laatst geraadpleegd. In 32 van die zaken was sprake van een zetel die is samengesteld uit een vast groepje van vijf raadsheren, afkomstig van de vier hoven.

NTFR 2021/313 - COVID-19: Aanscherping fraudemaatregelen wegens signalen misbruik TVL

Aflevering 3, gepubliceerd op 21-01-2021
Staatssecretaris Keijzer van EZK heeft de Tweede Kamer geïnformeerd over de risicobeheersing Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL). Na signalen van mogelijk misbruik met de TVL-regeling is de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) een onderzoek gestart en zijn de fraudemaatregelen aangescherpt. Sinds de opening van de TVL-regeling zijn er bijna 110.000 aanvragen voor de TVL ontvangen waarvan er tot nu toe ruim 96.000 zijn toegekend. Het gaat om 481 gevallen van mogelijk misbruik. De RVO heeft, na overleg met de FIOD en het Openbaar Ministerie, aangiften gedaan bij het Openbaar Ministerie vanwege vermoedens van misbruik bij de TVL-regeling. RVO werkt in samenwerking met de banken aan terugvordering en gebruikt deze signalen om het proces aan te scherpen.

NTFR 2021/314 - 2e rectificatie Bijstellingsregeling directe belastingen 2021

Aflevering 3, gepubliceerd op 21-01-2021
De Bijstellingsregeling directe belastingen 2021 is opnieuw gerectificeerd. De tabel voor de bijtelling privégebruik woning van art. 3.19, lid 2, Wet IB 2001 bevatte een onjuist percentage en een onjuist bedrag. De andere aanpassing betreft de percentages voor de opbouw van ouderdomspensioen bij middelloon en eindloon; art. 10aa, lid 1 en 2, Uitv.besl. LB 1965 bevatte vier onjuiste bedragen.

NTFR 2021/323 - Geen afwaardering vordering op dochtermaatschappij (art. 81.1 Wet RO)

ECLI:NL:HR:2021:45, datum uitspraak 15-01-2021, publicatiedatum 15-01-2021
Aflevering 3, gepubliceerd op 21-01-2021
Belanghebbende, Y bv, heeft voor het jaar 2008 haar rekening-courantvordering op I bv, een dochtermaatschappij, ten laste van de fiscale winst afgewaardeerd. Ook heeft zij met betrekking tot de verhuur van machines aan M bv, een kleindochtervennootschap, geen huurbaten tot haar winst gerekend, omdat de huur door de slechte solvabiliteit van M bv niet geïnd kon worden. Ze heeft voor de schuldig gebleven huur direct een voorziening wegens oninbaarheid gevormd. De inspecteur heeft de afwaardering niet toegestaan en huurbaten tot een bedrag van € 327.996 per jaar tot de winst gerekend. Het hof (Hof Arnhem-Leeuwarden 10 december 2019, nrs. 18/00087, 18/00097 en 18/00098, (NTFR 2020/276)) heeft vastgesteld dat partijen eigenlijk verdeeld houdt de vraag of voor het bedrag van de schuldig gebleven huur een onttrekking aan de winst is gedaan, gevolgd door een (middellijke) informele kapitaalstorting. Daarvan is sprake. De correcties zijn daarom terecht aangebracht. Dit geldt ook voor de afwaardering van de vordering op I bv. Belanghebbende heeft niet aannemelijk gemaakt dat zij de vordering naar nihil moest afwaarderen gelet op de omstandigheid dat zij in eerste aanleg uitdrukkelijk heeft gesteld dat de kredietwaardigheid van I bv ten tijde van de geldverstrekking goed was. Bovendien heeft I bv in 2008 zelfs nog € 600.000 op de vordering afgelost.

NTFR 2021/328 - Besluit aftrek voorbelasting

Aflevering 3, gepubliceerd op 21-01-2021 geschreven door mr. drs. W.A.P Nieuwenhuizen
Dit besluit is een actualisering van het besluit van 25 november 2011 inzake de aftrek van voorbelasting. Actualisering is onder andere noodzakelijk als gevolg van jurisprudentie en beleidsmatige wijzigingen. Ook zijn er enkele tekstuele wijzigingen aangebracht.